Een boek dat geen potten breekt
Het land is in rouw want de koningin is dood. Ze was al heel lang weduwe en haar huwelijk bleef kinderloos. Een andere erfgenaam voor de troon is er niet. De wet stelt dat de koningin in dat geval zelf bij leven een opvolger aanduidt, maar zij vertikte dat. Hoe gaat een land hiermee om?
Het hoofdpersonage in dit boek stelt zich deze vraag. Hij is journalist maar heeft vakantie. Hij is niet bijzonder koningsgezind maar merkt dat de dood van de koningin toch impact heeft op hem. Dat heeft ook de breuk met zijn vriendin Eline. Die breuk dateert al van enkele maanden geleden, maar de dood van de koningin maakt dat hij hierover begint te reflecteren.
Maarten Goethals (1985) studeerde wijsbegeerte maar ging vervolgens aan de slag bij de krant De Standaard als redacteur. Later werd hij communicatieverantwoordelijke voor de Hubertus Vereniging Vlaanderen die de belangen van de jagers vertegenwoordigt. Hij publiceerde enkele jaren geleden een dichtbundel, Hees. Deze kreeg vooralsnog geen vervolg, want De fragmenten, Goethals’ tweede spruit, is zijn literaire debuut.
Het boek is geschreven in dagboekstijl, echter zonder dat de dagen worden vermeld. Elk nieuw hoofdstuk markeert eenvoudigweg een nieuwe dag en wordt aangevangen met een tekening van Toon Delanote. De tekening is steeds dezelfde, namelijk deze van de koningin die ook op de cover te zien is. Maar elke dag bevat ze minder details dan de voorgaande, zoals ook met het voortschrijden van de tijd de details van onze herinneringen vervagen. Na zeven dagen blijft van de tekening nog amper wat over. De koningin raakt vergeten in de plooien van de geschiedenis.
Alle paragrafen worden voorafgegaan door een liggend streepje, alsof het een boodschappenlijstje betreft. Soms volgen losse ideeën elkaar op, soms loopt het verhaal gewoon door en hadden de streepjes niet gehoeven. Het is experimenteel, maar daar houdt de schrijver niet van, want als een boek experimenteel genoemd wordt, kost dat meteen de helft van de lezers, aldus Goethals. Nochtans beweert hij en passant wel dat het boek, in tegenstelling tot andere boeken, geen geheel belooft. De titel verraadt dat al, maar het klink toch behoorlijk experimenteel. Wat blijkt: ook al voelen de liggende streepjes eerst vreemd aan, niet veel later vallen ze niet eens meer op. Wel laten ze de schrijver toe om bruusk een ander onderwerp aan te snijden zonder de noodzaak van een logische overgang. Uiteindelijk dragen de – soms ellenlange – voetnoten meer bij tot het experimentele dan de rest van het boek.
De koningin is geïnspireerd op, maar is niet gelijk aan, koningin Fabiola. Officiële instituten zijn overduidelijk kopieën van de Belgische. Goethals gebruikt soms anekdoten die ook werkelijk gebeurd zijn in België. Met name de Vlaamse lezers zullen daarom een sterk gevoel van herkenning hebben tijdens het lezen van dit boek. De gebeurtenissen rond de dood van de koningin vormen een hoofdmoot van dit boek, maar moeten sterk concurreren met de herinneringen aan de relatie van de journalist met Eline. Hij beseft dat hij schuld heeft aan de breuk en herbeleeft de relatie stukje bij beetje, wat gepaard gaat met heel wat seksuele driften en dito beschrijvingen. Wat meer suggestie had deze tweede verhaallijn geen kwaad gedaan.
Dat Goethals filosoof is en al een dichtbundel publiceerde, is te merken. Hij kan het niet laten om soms van de beide verhaallijnen af te wijken en zich over te geven aan andere, soms poëtisch verwoorde, gedachten. De onderwerpen waarover wordt doorgeboomd zijn soms reëel, soms abstract, soms diep, soms oppervlakkig. Goethals verbindt moeiteloos heel diverse onderwerpen met elkaar, springt van de ene gedachte naar de andere zoals ook de menselijke geest soms rare sprongen maakt. Het boek laat zich vlot lezen maar heeft uiteindelijk hetzelfde effect als de koningin in de tekeningen: de inhoud vervaagt heel snel. Er zit niet genoeg in dat het onthouden waard is. Het verrast niet, en breekt geen potten.
Reageer op deze recensie