Leve de verbeelding!
De vader van Joyce – die zichzelf Joys is gaan noemen want dat is hipper – houdt zich bezig met activiteiten die niet altijd zuiver op de graat zijn. Smokkel vooral. Als hij op een gegeven moment een honderd jaar oude oldtimer de grens tussen Italië en Oostenrijk over moet rijden, besluit hij dat dit een makkelijk klusje is en dat hij er een vakantie met vrouw en dochter aan vast kan knopen. Maar de relaties in het gezin zijn niet bepaald goed, en tijdens een moment van onoplettendheid als gevolg van een ruzie, overrijdt Joys’ vader een vos en verliest daarbij de controle over het stuur. Joys wordt uit de wagen geslingerd, haar ouders zijn op slag dood. De vos is ook dood maar even later ziet Joys hoe zich het onmogelijke voltrekt.
“Tegelijk met het sluiten van zijn bek zette hij zijn voorpoten op de grond en drukte hij zich omhoog. De vos trok met zijn bovenlijf zijn onderlijf in het fatsoen. Hij herstelde zijn huid, schudde de botten op hun plaats, liet een rilling door zijn lijf gaan om wat er als een scheur uitzag met bont te bedekken, draaide zijn kop en beet in zijn vacht om hem op te schuiven zodat hij op de goede plaats kwam te zitten.”
Door de klap is Joys vergeten wie ze is en waar ze vandaan komt. De vos doopt ze Arago terwijl ze zelf als naamloze door de omgeving gaat zwerven. Enkel een foto met daarop iemand die haar bekend voorkomt en geld, grist ze nog mee van de plaats van het ongeluk. Op een nieuwe naam is het wachten tot ze Simone Werner ontmoet, een alleenstaande vrouw, die haar onder haar hoede neemt en Lise Werner doopt. Samen reizen ze naar Paul Ehrenfest in Leiden, die nog familie is van Simone. Daar heeft Lise ontmoetingen met onder anderen Albert Einstein en Niels Bohr.
Tomas Lieske (1943) won in 2001 met Franklin al eens de Libris Literatuur Prijs. Om meteen met de deur in huis te vallen: er is geen enkele reden te bedenken waarom zijn nieuwste telg, De vrolijke verrijzenis van Arago, het in 2019 niet minstens zou schoppen tot de longlist daarvan. Dit negentiende boek van Lieske laat ons zien hoe sterk de kracht van de verbeelding kan zijn.
Een deel van het boek speelt zich nu af, een ander deel in de jaren ‘20 van de vorige eeuw, hoogdagen voor de natuurkunde toen knappe koppen volop in de ban waren van de relativiteitstheorie en de kwantummechanica. Lieske heeft er enkelen samengebracht in dit boek. Die samenkomsten zijn overigens niet fictief, er bestaan zelfs foto’s van. In het heden ligt Joys in coma in een hospitaal in het Italiaanse Vipiteno. Ze is zich bewust van haar omgeving en van de twee vreemde snuiters – Magerkäse en Gifkikker – die haar vonden en naar het ziekenhuis brachten, én die haar nu geregeld bezoeken om haar stiekem te bepotelen. Haar coma maakt haar echter weerloos hiertegen. Dankzij haar verbeelding compenseert Joys haar immobiliteit door als Lise Werner het leven in te stappen in een periode waarin kunst, cultuur en wetenschap hoogtij vierden. In het verleden waarin Joys Lise is geworden, beleeft ze een volle en rijke tienertijd, samen met haar vos Arago, het gezin van Paul Ehrenfest en de talrijke bezoekers.
Zowel Joys als Lise zijn heel goed in evenwichtsoefeningen. Vooral Lise balanceert op balken en koorden alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Tomas Lieske zijn circusact ziet er wat anders uit. Hij jongleert. Hij gooit stukjes plot als taalballetjes omhoog en vangt ze netjes weer op, ondertussen spelend met woord en rede. Heden en verleden worden kundig verstrengeld, feit en fictie vermengen zich naadloos, volkomen logische gebeurtenissen volgen absurde hersenspinsels op. Het is voor de lezer een bijzonder aangenaam samenzijn met Joys, Lise en Arago.
Reageer op deze recensie