Schijfwereld heeft er een klein broertje bij

Doorluchtig Doorvorser Bomallin Zehaster Rigus (D.D. Bom) is niet bepaald de meest actieve van alle doorvorsers, wier taak het is om navorsingen te doen en de opgedane kennis neer te schrijven. Elke doorvorser heeft ook een aantal leerlingen, gezellen geheten, maar onder Boms leiding leren zij bedroevend weinig bij. Daarom besluit Vrouwe Juirmaelle, Opperdeken van het Genootschap voor Navorsing en Doorvorsing van de stad Dalerkin, hem een opdracht te geven die hem ertoe verplicht een lange tijd te gaan reizen. Hij moet op zoek naar de laatste Afgedwaalde, zo deze al bestaat. De mythe wil dat een aantal Sterren ooit neerdaalden op de planeet en zeven steden stichtten. Op basis van vroegere navorsingen moet Bom de laatste van die steden en zijn bewoner zien te vinden. Met negen gezellen gaat hij op pad. Maar Bom is een schelm en algauw haalt hij zich de woede op de hals van Laezed, Opperraadgevingsdiender van de HogeVorst, nadat hij volgens diezelfde een van de reisbuizen saboteerde. Zijn zoektocht wordt meteen ook een race om uit handen van Laezed te blijven.  

Jacob Pot (1960) schrijft al langer maar met Doornen en Sterren debuteert hij ook publiek. De auteur imponeert meteen door een zeer verzorgde uitgave aan te bieden. Zo maakt hij onder andere komaf met de trend om fantasyboeken vooraan te voorzien van een doorgaans weinig gedetailleerd zwartwitkaartje. In dit boek zitten er maar liefst vijftien, en ze zijn ingekleurd! Elk hoofdstuk wordt door een kaart voorafgegaan die in detail de streek waar het reisgezelschap is aanbeland, beschrijft. Mooi ook is Jacob Pot de kaarten zelf tekende. Er sloop een tweetal typefouten in en enkele kleurcontrasten hadden beter gekund, maar dat terzijde is dit pure verwennerij voor de liefhebber.  

De wereld, Albura, is gedetailleerd uitgewerkt en alle hoofdstukken vangen ter illustratie daarvan aan met een beschrijving door een doorvorser. Het zijn wetenswaardigheden en stukjes folklore die, net als de kaarten, betrekking hebben op de plaats die in dit hoofdstuk bezocht wordt. Om alles nog vollediger te maken, draagt ieder hoofdstuk de naam van een stad, met geografische coördinaten erbij.  

Het verhaal zelf is een klassieke queeste, samengesteld als een opeenvolging van korte avonturen die het reisgezelschap meemaakt. In elke stad, maar ook onderweg, loopt Bom tegen problemen aan. Soms veroorzaakt hij ze zelf, soms ontstaan er misverstanden door plaatselijke gebruiken. In sommige plaatsen verliest Bom een gezel, in andere wint hij er een bij. Maar sluwe Bom wurmt zich overal uit en doorheen. De personages hebben allen wat ludieks en gedragen zich een beetje dommig. Het doet denken aan hoe Terry Pratchett zijn Schijfwereld heeft bevolkt en vormgegeven. Pratchetts niveau blijft ongeëvenaard, maar er zit heel wat groeipotentieel in dit kleine broertje van Schijfwereld. De avonturen die Bom en de zijnen beleven, zijn in ieder geval afwisselend en uniek. Doornen en Sterren gaat nooit vervelen.  

Pot schrijft soepel en prettig, maar maakt twee beginnersfouten. Hij stopte allereerst te veel figuren in het verhaal die daarom niet allemaal goed uit de verf komen. Na hun passage in het boek raken ze snel weer vergeten. Ten tweede heeft hij aan het eind twee lange infodumps nodig om wat ongetwijfeld belangrijke vragen zijn die de lezer bezighouden, te verklaren. Hoewel ze origineel in het verhaal verwerkt zijn, had een ervaren schrijver dit ongetwijfeld anders aangepakt, bijvoorbeeld door een deel ervan alvast mondjesmaat in de loop van het boek prijs te geven. Toch verstoort dit het leesplezier niet. De vele knap bedachte en degelijk uitgewerkte belevenissen van de reisgenoten blijven altijd aangenaam om te lezen en zijn boeiend om te volgen. Omdat elke plaats waar het gezelschap terechtkomt, een eigen cultuur en dynamiek heeft, is het boek erg afwisselend. De gekke vondsten van de auteur, zoals de radwagens of de rituelen bij het vervoer met reisbuizen, zijn origineel en prima in het geheel geïntegreerd. Dit debuut mag dan ook als geslaagd beschouwd worden.