Tweede-deel-syndroom
Philip Pullman (1946) liet de wereld voor het eerst met Lyra Zilvertong kennismaken in 1995, toen The golden compass verscheen, het eerste deel van de Noorderlicht-trilogie. Het succesvolle drieluik werd in 2000 gecompleteerd en daarna volgden nog enkele extraatjes voor de fans, zoals delen 0,5 en 3,5, twee dunne novelles die respectievelijk kort voor en kort na de feiten spelen. De trilogie leek verder wel klaar. Toch vond Pullman inspiratie om zijn bijzondere wereld met zijn daemonen en zijn Victoriaanse achtergrond weer vanonder het stof te halen. De nieuwe serie werd aangekondigd als los te lezen. Deel een, La Belle Sauvage, bewees dat ook. Lyra speelde hierin als baby nauwelijks een rol, het boek draaide vooral om nieuwkomer Malcolm. Nieuwe lezers konden perfect instappen want alles wat Pullmans wereld zo speciaal maakt, werd geduldig opnieuw aan de lezer uitgelegd.
Hoewel Pullman het zelf niet zo bedoeld had, sloegen de oorspronkelijke boeken vooral aan bij een jeugdiger publiek. Misschien wilde Pullman daar vanaf want met deel twee, Het geheime bondgenootschap, zorgt hij voor een kentering. Hij maakt een sprong van twintig jaar vooruit en komt hiermee meteen ook zeven jaar na het einde van de eerste trilogie terecht. Lyra is nu twintig, en wie dacht zomaar verder te kunnen in deel twee, kan dat vergeten. Nieuwe lezers hebben de keuze: zich alsnog in de Noorderlicht-trilogie inlezen of aanvaarden dat niet alles in dit boek te volgen is.
Het boek ontbeert de speelsheid en het optimisme van de voorgaande delen. De volwassen Lyra is geen aangenaam personage. Daar draait het verhaal voor een deel ook rond. Lyra is melancholisch, wat depri en ze kan haar daemon Pan niet meer uitstaan. Pan meent dat dat te maken heeft met enkele boeken die Lyra leest en waarin het bestaan van daemonen ontkend wordt. Volgens hem is Lyra haar verbeelding erdoor kwijtgeraakt en hij wil ernaar op zoek. Een onvrijwillige betrokkenheid bij een moord en iemand die nog een oude rekening met haar te vereffenen heeft, brengen Lyra’s leven in gevaar. Ze moet vluchten en reist zo doorheen Europa en Azië. Maar ook Malcolm is er nog. De jongen uit het eerste boek is nu uiteraard ook volwassen en gaat de vluchtende Lyra achterna.
De verhaallijnen met Lyra, Pan en Malcolm worden apart en door elkaar verteld en alle drie hebben ze de potentie om snelle actie en interessante avonturen te garanderen. Maar Pullman slaagt er niet in dat ook waar te maken. Vaak reizen personages van de ene naar de andere plaats zonder dat er wat gebeurt. Het inleidende deel weet de lezer bezig te houden omdat de sprong in de tijd voor nieuwigheden zorgt. Daarna valt alles grotendeels stil en wat rest is langdradig en fantasieloos. Op enkele korte opflakkeringen na kabbelen de verhaallijnen voort.
Reële problemen worden in het boek verwerkt. De vluchtelingenproblematiek komt om de hoek kijken, een rozenoliecrisis vervangt onze aardolie, en het instituut Kerk speelt alweer een opvallend negatieve rol, een stokpaardje van Pullman. Bovenop Lyra’s nieuwe, donkere ik beuren deze thema’s niet bepaald op. Vele nevenpersonages die slechts even komen kijken, maken het boek bovendien onnodig dik. Deze, maar ook de hoofdpersonages, blijven alle erg flets. Dit versterkt de malaise die van het boek uitgaat.
La Belle Sauvage was een afgewerkt geheel en aangenaam om lezen. Dat kan je van dit tweede deel niet zeggen. Niet alleen zit er weinig verhaal in het boek, het kent ook geen einde. Het houdt abrupt op met een “wordt voltooid”-melding. Niets is opgelost, het wordt wachten op deel drie om alsnog te besluiten of deze trilogie de moeite waard is of niet. Het geheime bondgenootschap heeft sterk te lijden onder het tweede-deel-syndroom. Na het lange middenstuk vol overbodige passages kon alleen een spetterende finale het boek nog redden. Dat dat niet gebeurt is bijzonder teleurstellend.
Reageer op deze recensie