Emotieloos geschreven, wat de emoties net versterkt
William Figueras – Willy – is een Cubaans schrijver die naar Miami gevlucht is. Zoals meerdere Cubanen slaagt hij er niet in de gruwelen van het Castroregime van zich af te schudden en mentaal gaat het niet goed met hem. Bij aanvang van het boek moet hij worden opgenomen in het Boarding Home, waar Cubaanse vluchtelingen met psychische problemen onderdak krijgen.
“Buiten op het huis stond BOARDING HOME, maar ik wist dat het mijn graf zou worden. Het was zo’n typisch armoedig onderkomen voor hopeloze gevallen, gekken meestal, maar soms ook ouderen die daar door hun familie waren achtergelaten om in eenzaamheid te sterven, zodat ze het leven van de overwinnaars niet zouden verpesten.”
Het Boarding Home is erger dan wat men zich voorstelt bij het horen van het begrip ‘gekkenhuis’. De bewoners zijn vies en vuil, ze worden mishandeld of mishandelen elkaar, krijgen voedsel die naam amper waardig, en het geld waar ze van overheidswege recht op hebben, wordt achtergehouden door meneer Curbelo, de baas van het tehuis. Willy wordt beïnvloed door de gang van zaken en begint het gedrag van de andere bewoners te kopiëren. Op een dag arriveert Francis (op de achterflap vermeld als Frances) als nieuwe bewoonster in het huis. Vrijwel meteen nadat Willy deze vrouw voor het eerst ziet, neemt hij haar mee naar zijn kamer en vergrijpt zich aan haar. De mentaal labiele vrouw vindt dat prima en Willy bedenkt dat hij met haar een toekomst kan opbouwen buiten het tehuis.
Guillermo Rosales (1946-1993) schreef met Het huis van de drenkelingen een deels autobiografisch boek. Het leven van William Figueras dat hij in dit boek beschrijft, vertoont veel parallellen met dat van hemzelf. Ook hij is vanuit Cuba gevlucht en uiteindelijk via Spanje in Miami terechtgekomen. Rosales kampte al van jongs af aan met depressies en psychische problemen en werd reeds in 1965 als schizofreen gediagnosticeerd. Dat gebeurde in Tsjecho-Slowakije waar zijn vader diplomaat was. In 1979 reisde Rosales naar Madrid maar keerde niet meer naar Cuba terug. Hij was van plan het in Amerika te gaan maken als schrijver. Zijn mentale problemen brachten hem echter naar opvangtehuizen zoals het Boarding Home en die ervaringen gebruikte hij om Het huis van de drenkelingen te schrijven. In 1993 benam hij zich van het leven, nadat hij het grootste deel van zijn eigen werk vernietigde. Het huis van de drenkelingen was een van de weinige manuscripten die de vernietiging overleefden, werd uiteindelijk een succes en werd zelfs verfilmd.
De beschrijving van het Boarding Home is hard, een pure weergave van de feiten zonder emotie. Alles wat de bewoners ondergaan of zelf veroorzaken, gebeurt zonder enige blijk van gevoel. Mishandelingen, vernederingen, verkrachtingen, niets schijnt de bewoners wat te doen. Ze raken er niet van onder de voet en ondergaan alles als vanzelfsprekend. Men vindt ook geen sprankeltje humor in het boek terug. Deze weergave van de feiten en de berusting van de bewoners wint hierdoor alleen maar aan kracht. Zelfs wat moet doorgaan voor een romance tussen Willy en Francis, wordt klinisch beschreven. Het hoofdpersonage lijkt buiten zijn eigen lichaam te leven en slechts te registreren. Zelfs wie niet weet dat de auteur schizofreen was, gaat onwillekeurig denken dat het hoofdpersonage aan schizofrenie lijdt.
Arie van der Wal vertaalde dit boek uit het Spaans. Het is achteraan ook voorzien van een 25 pagina’s lange biografie van de auteur van de hand van Ivette Leyva Martínez. Inhoudelijk is dit boek sterk maar triest. Het schetst een rauw en confronterend beeld van de gang van zaken in opvangtehuizen waarvan we willen hopen dat het slechts fictie is, maar waarvan we weten dat het soms ook wel eens realiteit is. Rosales observeert, geeft weer, toont geen enkele emotie maar zuigt de lezer in amper 130 bladzijden toch emotioneel leeg.
Reageer op deze recensie