Lezersrecensie
Erg technische maar bijzonder fascinerende sciencefiction
Ye Wenjie wordt als jonge vrouw gevormd door de Culturele Revolutie. Haar vader gaf les en voedde zijn dochter op tot iemand met een groot vertrouwen in de wetenschap. Dat is tegen de zin van de hervormers, die hem dwingen zijn ideeën te herzien, wat hij weigert. Hij wordt voor het oog van een menigte, waaronder veel van zijn studenten, ter dood gebracht. Zijn vrouw, Wenjies moeder, valt hem publiekelijk af om haar eigen vel te redden. Ye Wenjie is hier getuige van. Het is dan 1967. Ruim veertig jaar later komt ingenieur Wang Miao met haar in contact. Hem werd gevraagd te infiltreren in een wereldwijde beweging van wetenschappers. Veiligheidsdiensten van de machtigste landen zijn bij die vraag betrokken. Wat er aan de hand is, weet hij niet, maar hij ontdekt al snel dat heel recent heel wat vooraanstaande wetenschappers zelfmoord pleegden. Wat hebben zij ontdekt dat hen zoveel angst aanjaagt? En wat hebben een online virtual realityspel, en ook Ye Wenjie, hiermee te maken?
Met The three-body problem brak Cixin Liu wereldwijd door. In China was hij dan al ruim bekend met zijn korte verhalen, die in verschillende Chinese sciencefictiontijdschriften verschenen en waarmee hij tal van prijzen won. Voor een internationale doorbraak was het wachten op een vertaling naar het Engels. Het was zijn landgenoot Ken Liu die hiervoor instond. Alhoewel ze hun achternaam delen (om tegemoet te komen aan de Amerikaanse markt werd deze na de voornaam geplaatst in de vertaling, ook al gaat dat tegen het Chinese gebruik in), zijn ze geen familie van elkaar. Het is het vertaalproces dat hen in contact bracht met elkaar, en uiteindelijk ook vrienden maakte.
De korte verhalen die hij eerder al publiceerde, verrieden al dat Liu geen schrijver is van kleinschalige fictie. Zijn ideeën beïnvloeden de hele macrokosmos. Zelfs een onzichtbaar klein proton heeft de potentie om een hele planeet in beweging te brengen. In meerdere van zijn verhalen is de vernietiging of manipulatie van de gehele mensheid een thema. En altijd zijn zijn verhalen doorspekt met veel wetenschap, die niet altijd de meest eenvoudige is. Liu is ingenieur en de wetenschap die hij in zijn boeken verwerkt, is van het niveau die collega-ingenieurs en andere wetenschappers doet smullen. Soms schrijft hij bijna vakliteratuur met een fictief sausje erover. De fictie maakt zijn boeken ook aantrekkelijk voor andere lezers, die in deze tijden van internet gelukkig altijd op Wikipedia kunnen terugvallen.
Liu is niet de enige auteur die tegenwoordig successen oogst met het verwerken van complexe wetenschap in zijn boeken. Ook schrijvers als Stephen Baxter of Andy Weir, niet toevallig ook allebei ingenieurs, scharen zich in dit rijtje. Hun boeken worden zelden naar het Nederlands vertaald, en dat is een regelrechte doodzonde. Om deze harde, erg technische, sciencefiction te laten renderen is het Nederlandstalige gebied waarschijnlijk te klein. Gelukkig zijn fans van dit subgenre allemaal expert in de Engelse taal. ;-)
Liu zijn ideeën zijn groots en origineel, maar als schrijver heeft hij nog enkele tekortkomingen. Liu vergeet af en toe wel eens dat hij fictie schrijft en geen vakliteratuur. Hij slaat enkele keren aan het doceren en vergeet het show, don’t tell-principe. Het is gelukkig makkelijk om hem dat te vergeven. Dat hij een eersteklas out-of-the-box-denker is, is daar een belangrijke oorzaak van. In een tijd waarin alles al gezegd en geschreven is, toch nog verfrissende ideeën te vinden, dat is waar een sciencefictionliefhebber voor leeft, toch? We mogen bovendien niet vergeten dat hij schrijft vanuit zijn Chinese culturele achtergrond, waarin bepaalde tekortkomingen zoals wij ze ervaren, misschien net sterktes zijn.
Dit boek is in drie delen ingedeeld, met in het eerste deel voornamelijk de jonge jaren van Ye Wenjie, waarin de lezer enig inzicht verwerft in de Chinese Culturele Revolutie. In het tweede deel leest men voornamelijk de belevenissen van Wang Miao en het bijzondere computerspel waarin hij terechtkomt, dat de lezer ook de kans geeft om zelf wat mee te puzzelen op zoek naar de oplossing. In het laatste deel komen personages en gebeurtenissen samen en worden de dingen verklaard. Liu laat de gebeurtenissen niet voor zichzelf spreken. Hij legt bijna letterlijk uit wat de lezer in de voorgaande twee delen nu precies heeft gelezen. Niet meteen een standaardmanier om de conclusie van een boek uit te werken, maar het blijft hoe dan ook bijzonder origineel en spannend en hij creëert een aanzet voor nog meer bijzonders.
Omwille van die aanzet heeft dit boek niet bepaald een afgesloten einde. Dit is immers het eerste deel van een trilogie en na het eerste deel besluiten om de andere delen niet te gaan lezen, is eigenlijk geen optie. Het kan, als de lezer er vrede mee heeft dat er iets op de mensheid afkomt waar deze zich onmogelijk aan kan onttrekken. Dat er nog twee delen volgen, laat vermoeden dat de mensheid dat toch zal proberen. Dat de lezer zijn nieuwsgierigheid de baas zal kunnen en de andere twee boeken links laat liggen, is echter hoogst twijfelachtig. Liu won met The three-body problem natuurlijk niet voor niets de Hugo Award 2015.
Aan de trilogie groeide nog een verrassend staartje. Baoshu, werkelijke naam Li Jun, was zo in de ban van deze trilogie, dat hij na het lezen van het derde deel op drie weken tijd zijn eigen fanfictie schreef die onder andere een aantal onbeantwoorde vragen uit de boeken aanpakt. Toen het laatste deel van de trilogie van Liu in het Chinees verscheen, bevond Baoshu zich als student in België. Hij studeerde aan de universiteit van Leuven en kon niet meteen aan dat derde boekdeel komen. Hij liet het pagina voor pagina fotograferen door een vriend die hem alles e-mailde. Zijn eigen vervolg, The redemption of time, publiceerde hij vervolgens online en het werd een instant succes. Pas later kregen Cixin Liu’s originele boeken voet aan de grond buiten China, maar toen dat gebeurde, was de vraag niet óf, maar wel wannéér ook Baoshu’s fanfictie naar het Engels vertaald zou worden. Dat gebeurde in 2018 en het was opnieuw Ken Liu die de vertaling op zich nam. Of deze fan fictie even goed is als het origineel, is aan de lezer om te beoordelen. Maar het zegt misschien wel iets dat Baoshu zelf ondertussen ook al zes Nebula Awards op zijn naam staan heeft en qua prijzen allerhande zijn voorbeeld Cixin Liu naar de kroon spant.
Met The three-body problem brak Cixin Liu wereldwijd door. In China was hij dan al ruim bekend met zijn korte verhalen, die in verschillende Chinese sciencefictiontijdschriften verschenen en waarmee hij tal van prijzen won. Voor een internationale doorbraak was het wachten op een vertaling naar het Engels. Het was zijn landgenoot Ken Liu die hiervoor instond. Alhoewel ze hun achternaam delen (om tegemoet te komen aan de Amerikaanse markt werd deze na de voornaam geplaatst in de vertaling, ook al gaat dat tegen het Chinese gebruik in), zijn ze geen familie van elkaar. Het is het vertaalproces dat hen in contact bracht met elkaar, en uiteindelijk ook vrienden maakte.
De korte verhalen die hij eerder al publiceerde, verrieden al dat Liu geen schrijver is van kleinschalige fictie. Zijn ideeën beïnvloeden de hele macrokosmos. Zelfs een onzichtbaar klein proton heeft de potentie om een hele planeet in beweging te brengen. In meerdere van zijn verhalen is de vernietiging of manipulatie van de gehele mensheid een thema. En altijd zijn zijn verhalen doorspekt met veel wetenschap, die niet altijd de meest eenvoudige is. Liu is ingenieur en de wetenschap die hij in zijn boeken verwerkt, is van het niveau die collega-ingenieurs en andere wetenschappers doet smullen. Soms schrijft hij bijna vakliteratuur met een fictief sausje erover. De fictie maakt zijn boeken ook aantrekkelijk voor andere lezers, die in deze tijden van internet gelukkig altijd op Wikipedia kunnen terugvallen.
Liu is niet de enige auteur die tegenwoordig successen oogst met het verwerken van complexe wetenschap in zijn boeken. Ook schrijvers als Stephen Baxter of Andy Weir, niet toevallig ook allebei ingenieurs, scharen zich in dit rijtje. Hun boeken worden zelden naar het Nederlands vertaald, en dat is een regelrechte doodzonde. Om deze harde, erg technische, sciencefiction te laten renderen is het Nederlandstalige gebied waarschijnlijk te klein. Gelukkig zijn fans van dit subgenre allemaal expert in de Engelse taal. ;-)
Liu zijn ideeën zijn groots en origineel, maar als schrijver heeft hij nog enkele tekortkomingen. Liu vergeet af en toe wel eens dat hij fictie schrijft en geen vakliteratuur. Hij slaat enkele keren aan het doceren en vergeet het show, don’t tell-principe. Het is gelukkig makkelijk om hem dat te vergeven. Dat hij een eersteklas out-of-the-box-denker is, is daar een belangrijke oorzaak van. In een tijd waarin alles al gezegd en geschreven is, toch nog verfrissende ideeën te vinden, dat is waar een sciencefictionliefhebber voor leeft, toch? We mogen bovendien niet vergeten dat hij schrijft vanuit zijn Chinese culturele achtergrond, waarin bepaalde tekortkomingen zoals wij ze ervaren, misschien net sterktes zijn.
Dit boek is in drie delen ingedeeld, met in het eerste deel voornamelijk de jonge jaren van Ye Wenjie, waarin de lezer enig inzicht verwerft in de Chinese Culturele Revolutie. In het tweede deel leest men voornamelijk de belevenissen van Wang Miao en het bijzondere computerspel waarin hij terechtkomt, dat de lezer ook de kans geeft om zelf wat mee te puzzelen op zoek naar de oplossing. In het laatste deel komen personages en gebeurtenissen samen en worden de dingen verklaard. Liu laat de gebeurtenissen niet voor zichzelf spreken. Hij legt bijna letterlijk uit wat de lezer in de voorgaande twee delen nu precies heeft gelezen. Niet meteen een standaardmanier om de conclusie van een boek uit te werken, maar het blijft hoe dan ook bijzonder origineel en spannend en hij creëert een aanzet voor nog meer bijzonders.
Omwille van die aanzet heeft dit boek niet bepaald een afgesloten einde. Dit is immers het eerste deel van een trilogie en na het eerste deel besluiten om de andere delen niet te gaan lezen, is eigenlijk geen optie. Het kan, als de lezer er vrede mee heeft dat er iets op de mensheid afkomt waar deze zich onmogelijk aan kan onttrekken. Dat er nog twee delen volgen, laat vermoeden dat de mensheid dat toch zal proberen. Dat de lezer zijn nieuwsgierigheid de baas zal kunnen en de andere twee boeken links laat liggen, is echter hoogst twijfelachtig. Liu won met The three-body problem natuurlijk niet voor niets de Hugo Award 2015.
Aan de trilogie groeide nog een verrassend staartje. Baoshu, werkelijke naam Li Jun, was zo in de ban van deze trilogie, dat hij na het lezen van het derde deel op drie weken tijd zijn eigen fanfictie schreef die onder andere een aantal onbeantwoorde vragen uit de boeken aanpakt. Toen het laatste deel van de trilogie van Liu in het Chinees verscheen, bevond Baoshu zich als student in België. Hij studeerde aan de universiteit van Leuven en kon niet meteen aan dat derde boekdeel komen. Hij liet het pagina voor pagina fotograferen door een vriend die hem alles e-mailde. Zijn eigen vervolg, The redemption of time, publiceerde hij vervolgens online en het werd een instant succes. Pas later kregen Cixin Liu’s originele boeken voet aan de grond buiten China, maar toen dat gebeurde, was de vraag niet óf, maar wel wannéér ook Baoshu’s fanfictie naar het Engels vertaald zou worden. Dat gebeurde in 2018 en het was opnieuw Ken Liu die de vertaling op zich nam. Of deze fan fictie even goed is als het origineel, is aan de lezer om te beoordelen. Maar het zegt misschien wel iets dat Baoshu zelf ondertussen ook al zes Nebula Awards op zijn naam staan heeft en qua prijzen allerhande zijn voorbeeld Cixin Liu naar de kroon spant.
3
Reageer op deze recensie