Gelukkig zijn: een overwinning op de nazi’s
De Joodse Eddie Jaku werd in 1920 geboren in Leipzig. Als kind is hij er trots op om Duitser te zijn. Dit verandert echter als hij tijdens de Kristallnacht al het geweld om hem heen ziet en ook zelf in elkaar geslagen wordt. Vanaf dat moment kijkt hij met andere ogen naar zijn vaderland. Niet lang na deze nacht probeert hij samen met zijn vader het land te ontvluchten, maar het lukt slechts korte tijd om uit handen van de nazi's te blijven. Jaku wordt opgepakt en komt eerst in concentratiekamp Buchenwald en later in Auschwitz terecht. In zijn memoir De gelukkigste man ter wereld, vertaald door Edzard Krol, vertelt hij zijn verhaal.
De titel lijkt op het eerste oog wat bijzonder voor een verhaal waarin zoveel ellende en verdriet voorkomt. De pijn begint als Jaku gescheiden van zijn familie leeft om onder een valse naam toch te kunnen studeren en neemt tijdens de oorlog heftigere vormen aan als hij wordt geconfronteerd met geweld en de dood. Zo wordt hij in Auschwitz gescheiden van zijn ouders. Als hij navraag doet, laat een bewaker hem op botte manier weten dat zijn ouders vergast zijn.
In vijftien korte hoofdstukken beschrijft Jaku zijn leven vanaf zijn jeugd tot aan het heden, waarbij zijn tijd in Auschwitz iets uitgebreider aan bod komt dan de andere gebeurtenissen in zijn leven. De situaties worden in compacte vorm met weinig uitweidingen verteld. Opvallend is dat de meeste ervaringen feitelijk beschreven worden, maar dat is wellicht de enige manier om de verschrikkingen te benaderen:
'Ik kreeg zeven zweepslagen op mijn rug. Ik werd aan een paal gebonden, met mijn borst naar beneden en vastgezette benen, terwijl twee grote sterke mannen mij om de beurt sloegen. Bij de derde klap barstte mijn huid open en stroomde het bloed uit de wonden.'
Ondanks deze wat afstandelijke schrijfstijl is het zeker geen verhaal zonder emoties geworden, deze zijn meer impliciet in het verhaal aanwezig. De impact van de gebeurtenissen op Jaku komt namelijk sterk naar voren in de adviezen die hij aan zijn lezers geeft. Zo raadt hij met klem aan om tegen je moeder te zeggen dat je van haar houdt, waaruit zijn grote verdriet blijkt dat hij nooit afscheid van zijn eigen moeder heeft kunnen nemen.
Jaku gaat het dus niet uit de weg om verschrikkelijke gebeurtenissen uit zijn leven te benoemen, maar probeert de focus wel te verleggen naar het positieve. Hij schrijft bijvoorbeeld over hoe zijn vriendschap met Kurt hem heeft geholpen om zijn tijd in het kamp te overleven en over de mensen, waaronder ook Duitse kampbewaarders, die hem te hulp schoten. Hij wil laten zien dat er zelfs in de donkerste tijden altijd wel iets goeds te vinden is. Door zijn positieve houding is het hem gelukt om ondanks zijn geschiedenis een gelukkig man te worden. Dat is, misschien nog wel meer dan het overleven van de holocaust, een overwinning op de nazi’s.
De lezer wordt actief aangesproken als vriend en wordt hierdoor betrokken bij het verhaal. Het is alsof Jaku zijn levensgeschiedenis persoonlijk aan je vertelt. De feiten mogen dan bekend zijn uit andere verhalen, toch is het een heel nieuw boek. Dat komt vooral door de positieve benadering van Jaku die de lezer leert om altijd aandacht te blijven houden voor de lichtpuntjes in je leven. Hierdoor is het, ondanks het zware onderwerp, vooral een hoopvol boek geworden.
Reageer op deze recensie