Intens maar hoopvol verhaal over verder leven na verlies
Merlijn is nog geen twaalf jaar als zijn vader, Antonie Kamerling, zelfmoord pleegt. Al snel gaat hij gesprekken over zijn vader uit de weg en kijkt hij al helemaal geen films en interviews met zijn vader. Totdat Merlijn, inmiddels begin twintig, beseft dat het lijkt alsof zijn leven stil is komen te staan. In hoeverre heeft dat te maken met het verlies? Hij beseft dat hij eigenlijk heel weinig over zijn vader weet. Tien jaar na diens dood gaat hij daarom op zoek naar wie Antonie Kamerling was en in hoeverre hij op zijn vader lijkt.
Deze dappere zoektocht van Merlijn Kamerling volgen we op de voet in Nu ik je zie, opgetekend door televisiepresentator en schrijver Matthijs Kleyn. Met het uitgeven van dit boek treedt Kamerling in de voetsporen van zijn moeder Isa Hoes; zij schreef in 2013 het boek Toen ik je zag over haar leven met Antonie.
In twaalf hoofdstukken gaat Kamerling het gesprek aan met mensen die zijn vader gekend hebben. Sommigen van hen kenden hem goed, zoals Kamerlings oma Ammie of Marc Wemerman, de beste vriend van Antonie. Anderen kenden hem slechts oppervlakkig, zoals collega’s die hem alleen op de set spraken. De gesprekken worden afgewisseld met fragmenten uit oude interviews, waarin Antonie heel openlijk bleek te spreken over zijn depressies. Zowel Kamerling als de lezer leren Antonie in verschillende contexten kennen, waardoor er een gevarieerd beeld ontstaat. Zowel de goede als slechte kanten worden niet geschuwd.
Het maakt bij Kamerling heel wat los. Het is een emotionele zoektocht die ook de lezer niet onberoerd laat. Pijnlijk is dat niemand echt door had wat er aan de hand was, ondanks Antonies openhartigheid tijdens interviews. De gesprekken die zijn zoon nu voert, laten zien dat veel mensen wel opmerkten dat Antonie zich vreemd gedroeg, maar dat hij slecht begrepen werd. Tijdens manische periodes vonden anderen hem vaak raar. Reinout Oerlemans herinnert zich:
'Heel hard lachen en heel erg aanwezig zijn, waardoor ik op een aantal momenten dacht: doe even rustig, man!'
Ook zijn meer onzekere en depressieve periodes zorgden ervoor dat mensen afstand tot hem namen. Zo vertelt Simone Kleinsma tijdens haar boswandeling met Kamerling dat ze Antonie maar liet. Ze werd gek van dat onzekere gedrag en besloot dan ook dat ze gewoon met hem ging spelen, en dat hij het verder zelf maar moest weten. Deze situaties laten zien dat mensen geneigd zijn zich te verwijderen van iemand die depressief is, waardoor echt contact niet tot stand kan komen. Terwijl dat voor de persoon met een depressie juist belangrijk is. Hoe slecht het met hem ging, werd pas duidelijk toen het te laat was.
Nu ik je zie toont dat je het rouwen wel uit kunt stellen, maar dat je er uiteindelijk toch doorheen moet om verder te kunnen met je eigen leven. Erover praten helpt om het verlies een plek te geven. Doordat Kamerling zich open is gaan stellen voor gesprekken, gaat hij de keuze van zijn vader steeds beter begrijpen. De woede neemt af en daardoor is er weer ruimte voor mooie herinneringen aan Antonie. Daarin herkent hij veel van zichzelf terug, wat hem helpt om zijn eigen leven richting te geven. Hierdoor is het, ondanks het zware en intense onderwerp, toch een hoopvol boek geworden.
Reageer op deze recensie