Fernandez is een geweldig schrijver
Bernardo Fernández (1972 Mexico Stad) schrijft (romans, kinderboeken, graphic novels), tekent, geeft les aan de universiteit en doet aan taekwondo. Met Zwart ijs won hij de Premio Grijalbo de Novela. Na Drakenogen is Zwart ijs het tweede boek van Bernardo Fernández dat uitgeverij Signatuur in vertaling uitbrengt.
Een goede beslissing, want Bernardo Fernández is een geweldig schrijver. In krachtige zinnen, waarin geen woord te veel staat, vertelt hij het verhaal van twee bijzondere vrouwen. De ene is Lizzy Zublaga, op jonge leeftijd al bazin van het Constanza-kartel. Ze is extreem wreed en tuigt haar tegenstanders af met een honkbalknuppel die vol spijkers zit. Aan de andere kant is ze een kunstverzamelaar en op zoek naar een beetje liefde. Lizzy's droom is om de wereldmarkt te veroveren met de beste synthetische drug die ooit gemaakt is. Daarvoor heeft ze El Médico ingehuurd, een scheikundig genie en een voormalig huurmoordenaar. Tegenover Lizzy staat de zeer lange, bijna reusachtige Andrea Mijangos, een slecht betaalde rechercheur bij de politie, een vrouw met een kort lontje die voor de duvel niet bang is en zich stoort aan god noch gebod. Wanneer Andrea's minnaar door El Médico om het leven wordt gebracht, zweert ze wraak. Een clash tussen de twee vrouwen kan natuurlijk niet uitblijven.
Zwart ijs is als een stripverhaal. De scènes zijn soms grotesk, op het belachelijke af. Het geweld is heftig en toch is er voortdurend een knipoog aanwezig alsof de schrijver wil benadrukken dat het maar een boek is of een slechte B-film. De dialogen zijn raak. Behalve de twee heldinnen komen ook alle mannelijke personages goed uit te verf. Hufters zijn het, klootzakken. Met een paar pennenstreken weet Bernardo Fernández zijn personages neer te zetten als mensen van vlees en bloed. Achter de pastiche gaat een onverholen kritiek schuil op de Mexicaanse samenleving die bol staat van corruptie en misdaad. Maar wat vooral opvalt, is het plezier waarmee Bernardo Fernández schrijft. Soms kort door de bocht, met een minimum aan woorden, dan weer in fraaie lange zinnen à la Marquez, in de beste Zuid-Amerikaanse verteltraditie. Bernardo Fernández talent zorgt ervoor dat Zwart ijs nergens ontspoort of ordinair of pulp wordt.
Enige nadeel van het economisch taalgebruik van de schrijver is dat het boek nauwelijks boven de tweehonderd pagina's uitkomt. Jammer, want het had best wat langer mogen duren. En tot slot: complimenten voor Jacqueline Visscher voor een uitstekende vertaling.
Reageer op deze recensie