Wat gebeurt er als je droom doorgeprikt wordt; mag dat eigenlijk wel, en wat moet je dan doen?

Deze recensie werd eerder gepubliceerd op mijn blog GraagGelezen.

Wat een heerlijk begin van een verhaal:

“Heel lang geleden werd er veel gepraat over een heel bijzonder land waarvan niemand wist waar het lag. Zelfs de slimste professoren kregen het niet voor elkaar het land te vinden. Om die reden was het ook nog niemand gelukt er heen te reizen.”

Na deze start kun je niets anders dan doorlezen, want je wilt meer weten!

Je leest over het land dat niet op de wereldkaart staat, maar wel al een naam had gekregen van de mensen: Aipotu. (Tip: lees het eens van achter naar voor)
Dit verhaal gaat over Mell, een jongen die vaak ontevreden was. Maar hij was ook vaak bang in het donker, en wanneer hij naar bed moest was het meestal al donker. Gelukkig kon hij de maan lenen en daarmee begint het avontuur! Lees over de ober en zijn plaats in ‘Mell en de droomdoorprikker’.

Maak in het eerste hoofdstuk kennis met Spies; hij is een droomdoorprikker. Hij stelt zich voor aan Mell.

“Mensen dromen over zoveel mooie dingen, dat ze ontevreden worden als ze zien dat alles anders is als ze wakker zijn. Iedereen mag ergens over dromen, dat is zelfs leuk en goed, maar als je gaat overdrijven en enkel in mooie dromen gelooft, kun je met echte dingen niet meer tevreden zijn.”

Dit verhaal in zes hoofdstukken zal je zeker niet teleurstellen, is mijn ervaring. De prachtige illustraties door Ljuba Gilani completeren het verhaal.
En gaat het ook goed met dagdromen? Dat moet je zelf even lezen om daar zeker van te zijn.

Je wilt niet dat het verhaal stopt, maar inderdaad… een sprookje moet ergens stoppen.

Ik kijk uit naar een volgend werk van Jacqueline Booij: het is steeds opnieuw of je nog écht mag dromen...