Lezersrecensie
Kijk niet weg
“Zeven maanden na het begin van de oorlog in Besulia, een land dat bijna niemand kende en waarvan de oorlog maar kort in het nieuws was geweest, verschenen de vermoorde lijven onder eettafels, naast designbanken en op bedden.”
De lichamen stinken niet, ontbinden niet. Ze liggen zomaar van het ene op het andere moment bij de mensen thuis in, noem het maar zo, ons land. De inwoners hebben door video’s van de Besuliaanse Anna van tijdens de begindagen van de oorlog meegekregen dat ze middels een bijzondere dans de doden tot leven kunnen wekken. Deze zogeheten svaboda samoverzjenja wint aan kracht naargelang meer mensen meedoen.
De hier benoemde magisch-realistische elementen geven Dans dans revolutie een bovennatuurlijke sfeer maar verbloemen niet dat Lisa Weeda de menselijke (West-Europese) gedragingen sinds het uitbreken van de oorlog op Oekraïens grondgebied beschrijft. De parabel draagt geen oplossingen aan voor de problemen die het gedrag oplevert (kan dat? is de vraag die ik mezelf stel), maar houdt de lezer een spiegel voor.
Hoe de schrik er vlak na aanvang in zit, men geld doneert of zich via sociale media voor de onschuldigen inzet. Hoe men lichamen wakker danst en onderdak verschaft in een nieuw land. Hoe de oorlog na enkele maanden niet meer “interessant” is, de mensen stoppen met dansen en maar body-drop-off-centra inrichten, waar natuurlijk maar weinigen willen werken. Eerste hoofdpersoon Toni werkt daar wel. Door haar ogen lees je hoe bewoners maar al te graag geld betalen om van een lichaam af te komen. Vervolgens neemt de auteur je in omgekeerd chronologische volgorde en met andere personages mee terug naar de eerdere stadia van de oorlog en vluchtelingencrisis.
Ondertussen heeft Toni persoonlijk nog iets af te hechten. Ze heeft haar moeder nooit kunnen begraven in hun thuisland, want ook zij moesten vluchten door een oorlog. Voelt ze zich juist daarom verbonden met de Besuliaanse doden en in het bijzonder twee kinderen?
Weeda’s debuut Aleksandra vond ik heel goed, het was zelfs gespreksstof voor een leesclub. Qua taal en vertelperspectief lijkt het dunnere Dans dans revolutie makkelijker te lezen. Vergis je echter niet: toen ik het uit had, ging ik er vanaf het begin weer doorheen en ontdekte verbanden die ik eerder vaag of niet had opgemerkt.
Over de boodschap van deze roman hoef je dan weer niet lang na te denken, al was het omdat die door Anna herhaald wordt: kijk niet weg, maar doe iets zodra/zolang dat kan. Kom in beweging. Dans.
P.S.: ik denk dat dit boek echt genomineerd moet worden voor de Libris Literatuurprijs 2025. (Al de tweede keer dit jaar dat ik dat zeg.)
De lichamen stinken niet, ontbinden niet. Ze liggen zomaar van het ene op het andere moment bij de mensen thuis in, noem het maar zo, ons land. De inwoners hebben door video’s van de Besuliaanse Anna van tijdens de begindagen van de oorlog meegekregen dat ze middels een bijzondere dans de doden tot leven kunnen wekken. Deze zogeheten svaboda samoverzjenja wint aan kracht naargelang meer mensen meedoen.
De hier benoemde magisch-realistische elementen geven Dans dans revolutie een bovennatuurlijke sfeer maar verbloemen niet dat Lisa Weeda de menselijke (West-Europese) gedragingen sinds het uitbreken van de oorlog op Oekraïens grondgebied beschrijft. De parabel draagt geen oplossingen aan voor de problemen die het gedrag oplevert (kan dat? is de vraag die ik mezelf stel), maar houdt de lezer een spiegel voor.
Hoe de schrik er vlak na aanvang in zit, men geld doneert of zich via sociale media voor de onschuldigen inzet. Hoe men lichamen wakker danst en onderdak verschaft in een nieuw land. Hoe de oorlog na enkele maanden niet meer “interessant” is, de mensen stoppen met dansen en maar body-drop-off-centra inrichten, waar natuurlijk maar weinigen willen werken. Eerste hoofdpersoon Toni werkt daar wel. Door haar ogen lees je hoe bewoners maar al te graag geld betalen om van een lichaam af te komen. Vervolgens neemt de auteur je in omgekeerd chronologische volgorde en met andere personages mee terug naar de eerdere stadia van de oorlog en vluchtelingencrisis.
Ondertussen heeft Toni persoonlijk nog iets af te hechten. Ze heeft haar moeder nooit kunnen begraven in hun thuisland, want ook zij moesten vluchten door een oorlog. Voelt ze zich juist daarom verbonden met de Besuliaanse doden en in het bijzonder twee kinderen?
Weeda’s debuut Aleksandra vond ik heel goed, het was zelfs gespreksstof voor een leesclub. Qua taal en vertelperspectief lijkt het dunnere Dans dans revolutie makkelijker te lezen. Vergis je echter niet: toen ik het uit had, ging ik er vanaf het begin weer doorheen en ontdekte verbanden die ik eerder vaag of niet had opgemerkt.
Over de boodschap van deze roman hoef je dan weer niet lang na te denken, al was het omdat die door Anna herhaald wordt: kijk niet weg, maar doe iets zodra/zolang dat kan. Kom in beweging. Dans.
P.S.: ik denk dat dit boek echt genomineerd moet worden voor de Libris Literatuurprijs 2025. (Al de tweede keer dit jaar dat ik dat zeg.)
3
Reageer op deze recensie