Een historische roman van grote klasse
Frans en Jan Bosbeeck heten ze, de criminele Gebroeders B., geboren in de tweede helft van de 18e eeuw in Antwerpen. Het gezin is arm, de tirannieke vader sterft jong en de tweeling wordt geacht voor het gezin en voor zichzelf te zorgen. Ze gaan in de leer bij Moyse Jacobs die hen de fijne kneepjes van het dievenvak bijbrengt. Amateurs met mazzel, noemde hij de jongens. Zij luisterden gretig naar de lessen van Jacobs.
'Je moet geen mazematten* plegen op de plek waar je woont, maar alleen elders.'
Dat was een wet van hem, iets heiligs, vertelt zijn dochter Rebecca. Als het misloopt heb je immers getuigenissen nodig, van buren bijvoorbeeld, over je gedrag.
Bosbeeck is weliswaar de geboortenaam van de heren, maar meestal heten ze anders. Vooral Jan wisselt noodgedwongen vaak van naam. Frans en Jan zijn slim en zien er goed uit. Lang, slank, bruin haar en lichte ogen. Voor wie nu denkt dat Steffie van den Oord dit allemaal bedacht heeft, dat is niet het geval. De tweeling heeft echt bestaan en de schrijfster heeft diepgravend onderzoek verricht naar hen en hun daden. Daarbij heeft ze ook het signalement aangetroffen in gerechtelijke stukken. Het geeft het verhaal extra cachet.
De bendes van de Bosbeecks, de Noord-Brabantse en de Hollandse, maakten onderdeel uit van de Grote Nederlandse Bende. Er zijn veel archiefstukken bewaard gebleven, zoals valse paspoorten, getuigenverklaringen, signalementen, arrestatiebevelen, maar ook brieven en inspectierapporten van inbraken.
De brieven van Marianne, later de vrouw van Jan, hebben een heel bijzondere rol gespeeld. Toen Jan en Marianne elkaar ontmoetten, was zij net weduwe. Haar vader, een eerzaam burger, zou een huwelijk nooit goedkeuren. Het stel schreef daarom samen brieven, die de vader ervan moesten overtuigen dat zij elkaar al kenden voor Mariannes huwelijk. Ook deze brieven zijn bewaard gebleven.
Met recht kunnen we spreken van een historische roman. Steffie van den Oord heeft als het ware een weefwerk gemaakt, waarbij de schering historisch is en de inslag de roman. Het geeft het boek een grote authenticiteit. Het is ook spannend. De werkelijkheid is weer eens sterker gebleken dan de stoutste fantasie. Zoals de schrijfster zelf in een interview zegt:
'Als ze in deze tijd geleefd hadden waren ze vast uitgenodigd voor College Tour.'
Het verhaal wordt niet chronologisch verteld en er wordt gebruik gemaakt van een wisselend perspectief. Zo weten we hoe Marianne over Jan denkt, maar ook via Jan, dat zijn vrouw niet alles over hem weet. Van de andere vrouwen in zijn leven weet zij niks. Een vondst is ook om Rebecca, ooit geliefde van Frans en dochter van leermeester Jacobs, tijdens een lange tocht in een koets te laten vertellen over Frans en wat er allemaal is misgegaan. Het boek geeft ook een prachtig inkijkje in het dagelijkse leven van die tijd. Het nette burgerlijke gezin van de klokkenmaker, het landhuis van de edelman, waar Frans een zeepfabriek start, maar ook een armelijk huis in Amsterdam en de rosse buurt van Hamburg komen aan bod.
Met veel empathie en een vlotte stijl heeft Steffie van den Oord hier weer prachtig werk geleverd. Hopelijk blijft ze zoeken naar verhalen uit het verleden en krijgen wij in de toekomst nog meer moois van haar te lezen.
*Mazemat is Antwerps voor een overval die nog het meest op een ramkraak lijkt. Onderweg haalt de bende een boom om, waarmee de voordeur wordt geramd.
Reageer op deze recensie