Twee vrouwen, als slavin geboren, verwerven hoog aanzien in de VS én in Nederland
Het nieuwste boek van Annejet van der Zijl, Fortuna’s kinderen, vertelt de historie van twee aan elkaar gelieerde Nederlandse families, de Herckenraths en de De Fremery’s. De familiekroniek begint in 1818 en loopt tot het begin van de vorige eeuw. Beide welvarende families zijn afkomstig uit Monster, een dorp in het Westland, maar al snel verplaatst de geschiedenis zich naar Amerika en wel om te beginnen naar Charleston, waar Leon Herckenrath zich als jonge man vestigt. Zijn ambities richten zich op de handel en gezien de ligging van Charleston aan de oostkant van wat nu de Verenigde Staten is, was die stad geen ondoordachte keus. Hij komt in huis bij een plantagehouder en wijnhandelaar, James Magnan.
Naast de elegantie van de zuidelijke stad met zijn welvaart en weelde, was er ook een uiterst donkere schaduwzijde, de slavernij vierde er hoogtij. Voor de Nederlander een fenomeen dat alleen uit kranten en boeken bekend moet zijn geweest. Er was weliswaar Nederlandse slavenhandel, maar die speelde zich af aan de andere kant van de wereld en was in het Westland geen dagelijks gebeuren. De gastheer Magnan bezat voor zijn bedrijf veel slaven en was bepaald niet zachtzinnig. Toen Leon gele koorts kreeg en zwaar ziek was, werd hij verzorgd door de negen- of tienjarige Juliëtte, dochter van een slavin. Leon werd beter en besloot haar vrij te kopen. In het uiterste geheim trouwde hij met haar en bracht haar onder in een kleine, sobere woning, want samenwonen had daar niet gekund. De wetten waren uitermate streng en een “gemengd huwelijk” was strafbaar. De geschiedenis van Leon en Juliëtte beschreef Van der Zijl in het Boekenweekgeschenk van 2020. Voor velen zal dat deel van de geschiedenis dus al bekend zijn.
Het tweede deel bevat de levensloop van Virginie en Jacob, later James De Fremery-Herckenrath. Virginie is de oudste dochter van Leon en Juliëtte, die op haar negende naar Nederland gesmokkeld werd, later gevolgd door haar moeder en de andere kinderen. De geschiedenis van Virginie en James speelt zich af aan de westkant van Amerika en wel in en om San Francisco. De stad die ontstaat als de goudkoorts in Amerika de economie in het westen gaat bepalen. In tegenstelling tot Charleston is San Francisco een stad van diversiteit. Door de goudkoorts komen er uit alle hoeken van de wereld mensen op af en rassenongelijkheid is dan geen item. Het is dan ook prachtig om te zien hoe de familie in grote welstand kan leven en hoe Virginie, dochter van een zwarte vrouw, zich inzet voor de armen in haar omgeving. Haar rol is zelfs toonaangevend in hoge kringen en haar naam leeft tot op de dag van vandaag voort in een straatnaam en de naam van een park aldaar.
Wie een keer kennisgemaakt heeft met Annejet van der Zijl, raakt verslingerd aan haar werk. Haar stijl is elegant, maar nooit ontoegankelijk. Haar kennis van de geschiedenis is overweldigend. Voor dit boek heeft ze enige tijd in de VS doorgebracht en dat is echt te merken. Ze is in staat de lezer te boeien, zelfs met economische feiten. Nergens krijg je echter het gevoel dat ze belerend is, eerder is ze zelf af en toe verwonderd over de ontwikkelingen van dat ’nieuwe land’. Daarnaast schuwt ze ook de historie van het Westland niet, eveneens interessant, omdat James De Fremery zich daar ook in verdiepte.
Interessant is te vermelden dat de schrijfster dit boek een familiekroniek noemt, ze heeft absoluut niet willen romantiseren, maar de uitgever noemt het een historische roman. Bij alles wat Van der Zijl schrijft over personen, noemt ze de bron. Wanneer het over gevoelens gaat, komt haar kennis uit nagelaten brieven en dagboeken. Ze is nergens te betrappen op persoonlijke invulling. Eigenlijk is dat ook de grote kracht van deze auteur, zij verstaat de kunst om de lezer, aan de hand van echte personen, mee te voeren in een belangwekkend stuk geschiedenis, zonder te romantiseren.
Reageer op deze recensie