Een harmonieus spel tussen beeld en tekst
Een jurk vliegt vanuit het niets…
Een paar sokken ploft op de vers gevormde stapel kleren op het bed…
“Ik ga nu, hoor je me?!... NU!!!”
Een boek openen en er direct in meegezogen worden; dat zijn bijzonder fijne boeken. Niet dat het verhaal inhoudelijk altijd zo plezierig te noemen is, maar de manier waarop het verhaal en de beelden je meenemen is dat zeker wel.
In 2002 verscheen de roman Familieziek van Adriaan van Dis, een roman die bestaat uit losse herinneringen en impressies uit zijn jeugd. Van Dis opgroeiend in een Indisch gezin waar moeder, haar leven verscheurd door de koloniale oorlog, ternauwernood het kamp overleeft en met haar drie dochters losgerukt is van haar grote liefde. Moeder, die in het kamp haar hoofd boven water probeert te houden en haar kinderen een vader gunt en die vindt in meneer Java, waar ze voor ze het weet een kind van verwacht, smokkelkind – Adriaan. Niet dat hij die naam horen wil, hij haat zijn naam, het liefst heeft hij elke dag een andere.
Amper in het Nederland van de jaren 50 aangekomen wordt Adriaan, de jongen, geboren èn verguisd. Hij is het kind dat amper gewenst is, zich vastdraaiend in jongensachtige onhandigheid, vol opgekropte emoties die soms tot uitbarsting komen. Het broertje waar weinig begrip voor te vinden is bij zijn Indische halfzussen, de zoon die frustratie bij zijn vader oproept en geregeld gedoemd is tot onzichtbaarheid bij zijn moeder. Ieder probeert zijn hoofd boven water te houden, gevangen in het repatriëringshuis aan zee en onder toezicht van de ‘zo hoort het Hollanders’ die een soort heropvoedingsprogramma op ‘die Indiërs’ loslaten. Ze lijden en niet in z’n minst onder het juk van Meneer Java. Meneer Java die op zoek is naar zijn waardigheid die hij denkt terug te vinden in zijn tien paar ‘schoenen voor elke gelegenheid’, die zijn Indische verleden verdringt, want heimwee is zwakte. Die zijn waardigheid verliest in driftbuien die hij op de jongen loslaat, die zichzelf kwijtraakt als hij in zichzelf gevangen zit en onmogelijk wordt voor zijn omgeving. Het boek laat ontroerend en rakend zien hoe een jongen, een kind, probeert te overleven in zo’n onrustige en onveilige situatie.
Al snel na het verschijnen van het boek benaderde Van Dis Peter van Dongen, die zojuist zijn bijzonder fraai getekende tweeluik Rampokan had afgerond, met de vraag van Familieziek een beeldroman te maken. Van Dongen accepteerde de opdracht en werkte jaren aan het boek, maar het resultaat is er dan ook naar. De tekenaar, die een meester van de klare lijn is, heeft zich in dit boek overtroffen. De details zijn prachtig uitgewerkt en zijn kleurkeuze uitermate sfeervol. Het resultaat is een harmonieus spel tussen beeld en tekst geworden. Familieziek laat een enorme verbondenheid tussen schrijver en tekenaar en hun gedeelde verleden zien. Twee krachtige persoonlijkheden die elkaar de ruimte laten waardoor de beeldroman geen geïllustreerde roman is geworden, maar een krachtig werk waarin beide tot hun recht komen. Peter van Dongen, zelf ook met een Indische achtergrond, kon als geen ander Van Dis’ boek verbeelden. Een boek zó mooi verbeeld kan de lezer alleen zó raken als er verbondenheid is. De zachte kleuren, de klare lijn, ze passen perfect bij het verhaal en onderstrepen de tijdgeest. Alsof je zo de wereld van de jongen in bent gestapt. Subtiel detail hierbij is dat de tekeningen die de jongen in het verhaal maakt zijn getekend door Milan van Dongen, de zoon van Peter. Ze leveren prachtige expressieve hoofdstukspreads op, die de onderlinge verbondenheid tussen de geschiedenis en achtergrond van de makers nog eens extra onderstreept.
Reageer op deze recensie