Vechten, vluchten en bulderen met Julius Zebra

Julius is niet zoals alle andere zebra’s op de Afrikaanse prairie. Hij wil niet met zijn moeder, vervelende broertje Brutus en alle stinkende dieren naar het stinkende meer om het vieze water te drinken. Hij walgt ervan en besluit stiekem er tussenuit te knijpen. Door het commentaar van zeurend wrattenzwijn Cornelius dat achter hem aan blijft lopen, keert hij toch terug richting het inmiddels verlaten meer. De aanwezigheid van een hongerige leeuw doet nu ook het duo op de vlucht slaan, maar dan verdwijnt de grond onder hun voeten en zijn ze, met de leeuw, gevangen.  

Het zijn niet zomaar gevangenen. Het gestreepte paard (les 1: noem een zebra nooit een gestreept paard), het wrattenzwijn en de leeuw zijn gevangen door Romeinen. In een lange stoet met wagens worden ze door Afrika vervoerd om uiteindelijk in het circus te belanden. Van het stinkende meer reizen ze via Leptis Magna naar Carthago en dan honderden mijlen naar Rome. Maar tegen zijn eigen verwachting in is een circus helemaal niet leuk. In plaats van gezellig jongleren zal Julius moeten vechten voor zijn leven en zijn vrijheid. Hij wordt een gladiator! Het gruwelijke bestaan van een gladiator en de omstandigheden waarop ze moesten leven wordt metaforisch verpakt in Julius, de verrassend moedige zebra.  

Gary Northfield maakte eerder strips en de aantrekkingskracht hiervan vind je absoluut terug in dit verhaal. De personages zijn goed uitgewerkt en er zit een enorme vaart en lichtheid in het verhaal. Julius Zebra heeft als ondertitel Rollebollen met de Romeinen, en dat zegt alles. Een gek avontuur vol humor en ongein waar je min of meer onbewust ook nog wat van opsteekt. De tekst wordt afgewisseld met illustraties die commentaar leveren op het verhaal.  

Julius Zebra is in het kort een historische komedie waar vriendschap centraal staat. Het geheim van dit boek zit in de details. Historische feiten zijn verpakt in de illustraties of worden terloops genoemd: trainingsmethodes, kledingstijl, historische bouwkundige feiten, het zit er allemaal in. Maar geen enkel kind zal dit een saaie klomp informatie vinden. Let op de pagina-nummering in Romeinse cijfers, de verhelderende illustraties, de verklarende woordenlijst achterin of de interactieve spelletjes aan het einde van het boek.  

Northfield weet feilloos aan te voelen waar kinderen van houden. Dat maakt dit boek tot een absolute aanrader voor kinderen vanaf 7 à 8 jaar die de boeken van De boomhut – met x-aantal verdiepingen – verslinden en die wel houden van een sterk verhaal. Net als de boeken van De boomhut zal Julius Zebra een vervolg krijgen en dat is absoluut iets om naar uit te kijken. Neem het boek mee deze zomer in de vakantiekoffer en begin met lezen!