Onevenwichtig boek, beginscène geniaal
Uitgeverij AW Bruna lijkt oudere titels een nieuwe kans te willen geven. Eerder dit jaar werd Het laatste journaal van Petros Markaris uit 1995 opnieuw uitgegeven. Nu is het de beurt aan Allen die gestorven zijn van Åke Edwardson, eveneens uit 1995.
Het eerste hoofdstuk van Allen die gestorven zijn opent met een sublieme scène die werkelijk geniaal is opgebouwd wat betreft spanning en verwachting. Zelden zo'n goede scène gelezen. Het begint heel gewoon met een man die op een bankje langs een oeverpromenade zit. Het is 's ochtends vroeg, maar al behoorlijk warm. De man en zijn uitzicht worden in detail beschreven. De wind waait zijn haar door elkaar, en de man laat het gebeuren. De lezer begint zich een en ander af te vragen, want hij zit daar al twee uur in dezelfde houding. En dan komt de meesterlijke clou met de verklaring waarom: hij zit met een mes in zijn rug vast aan het bankje. De dode man blijkt drugshandelaar met vele dubieuze contacten te zijn. Commissaris Sten Ard krijgt de opdracht om deze moord op te lossen. Privédetective en voormalige politieman Jonathan Wide wordt tegen wil en dank bij de zaak betrokken. Er wordt een aanslag op hem gepleegd die een verband lijkt te hebben met deze zaak. Hetzelfde overkomt de weduwe van de drugshandelaar, die vervolgens Wide inhuurt om een en ander uit te zoeken. Grote vraag is of de moord en de aanslagen te maken hebben met de drugshandel in het heden, of dat het allemaal wortelt in een verder verleden. Of hebben de moorden toch een heel ander motief ?
Allen die gestorven zijn is een spannend verhaal met een on-Zweedse zinderende hitte. Het laat zich lastig navertellen, want het is een chaotisch verhaal dat van de hak op de tak springt. Allen die gestorven zijn bevat vele verhaallijnen, waarvan sommige niet direct verband lijken te houden met de plot. Zo wordt het niet echt duidelijk wat de rol was van de verhaallijn over het gedrogeerde meisje en de taxichauffeur die haar naar het ziekenhuis bracht. Ook blijven er losse draadjes hangen. Op sommige punten is het boek zeer gedetailleerd, bijvoorbeeld bij de bereiding van eten waar Edwardson vrijwel complete recepten vermeldt en bereidingswijzen uiteenzet. Daar tegenover staan momenten waarop hij met grote stappen door het verhaal gaat, en de lezer het spoor bijster raakt.
Alles bij elkaar levert dit een onevenwichtig boek op. De beginscène is geniaal, en het verhaal is spannend genoeg om door te willen lezen. Zijn schrijfstijl is wel oké, net als de personages die echte mensen van vlees en bloed zijn. Helaas doen de opbouw en verhaalstructuur veel afbreuk aan leesplezier en leesgemak. En toch doet het boek verlangen naar een volgend. Allen die gestorven zijn was in 1995 het debuut van Åke Edwardson. Veel auteurs groeien immers in de loop van hun carrière, en dat - zo weten we intussen - heeft Edwardson duidelijk bewezen.
Reageer op deze recensie