Lezersrecensie
Knappe dichtbundel met hoog ritme die de verbeelding prikkelt
18 januari 2020
“Poëzie verrast en verwondert, een gedicht raakt het hart en geeft kleur aan de dag.” Deze zin stond onlangs bij een bericht dat de aankomende Poëzieweek (30 jan – 5 feb) aankondigt. En dat deden de gedichten uit de bundel ‘Hier raken we mij kwijt’ van Bert Van Raemdonck (1977) met mij. Van Raemdonck is een dichter, recensent en auteur, en schreef o.a. voor rekto:verso, De Standaard en als dichter voor tijdschriften als Het Liegend Konijn, Deus Ex Machina en Poëziekrant. ‘Hier raken we mij kwijt’ is zijn debuutbundel, verschenen bij uitgeverij Polis, een erg goede binnenkomer.
De gedichten in deze bundel gaan over actuele thema’s, en zijn meestal vrij toegankelijk. Onze maatschappij wordt beschreven in haar kleine kantjes als gehaastheid en weinig tijd, consumentisme, de wereld die dol draait, relatieproblemen, enz., maar ze blijft toch gewoon altijd hetzelfde, of we hopen toch dat dingen hetzelfde blijven, we alles onder controle kunnen houden en streven zoveel mogelijk naar geluk. Dat gaat echter niet: de tijd raast verder, er wordt getwijfeld, wonden zijn aangebracht.
De bundel beslaat 5 hoofdstukken en een 40-tal gedichten, die zaken scherper stellen, inzicht brengen in krachtige originele verzen, goed van de tongriem gesneden zijn en pakkende beelden neerzetten. Het ritme ligt hoog, waardoor de gedichten vlot en snel te lezen zijn, en toch blijven hangen.
In het eerste deel vind je verhalen waarvan je de gevolgen wel eens in de krant zou kunnen zien staan, getiteld ‘je zal ons morgen in de ochtendkrant zien staan’. En er wordt in geïnventariseerd; letterlijk in een gedicht uit 3 delen die onder dit eerste deel zijn opgenomen.
‘Niet twijfelen niet twijfelen’ is het tweede deel uit de bundel, eigenlijk één langer gedicht waarin de onzekerheid toeslaat, er beslissingen genomen moeten worden, maar de besluiteloosheid regeert. Maar de curve moet omhoog, we moeten vooruit.
'We zijn vanmorgen vroeg gaan stemmen:
zijn wij tegen? zijn wij voor?
Als we maar, zolang we maar, de woorden die we kiezen
en laat ons maar, zolang we maar, we mogen niet verliezen
[…]'
Het gedicht gaat dan verder, en heeft het dan niet meer over politiek, wel over onszelf als mens. Er wordt een gids gezocht om ons vooruit te helpen.
In het derde deel ‘hoe de kou zich over ons verspreidt’ wordt het winter en komen er winterse taferelen en andere zware tijden aan bod. De natuur is niet meer wat het geweest is. In dit deel sijpelen de kou en de angst binnen.
In ‘huishout’ wordt er bijv. op de zomer gewacht, en evoceren de eerste zinnen de leegloop van het platteland in het oude Europa.
Het gedicht ‘leeggang’ raakt dan weer aan hoe eenzaamheid er uit kan zien:
'Wat leeg is, weegt nog zwaarder
dan de dingen die te veel zijn
en alles wat er niet meer is
is toch veel meer dan wij alleen'
In het vierde deel ‘eendracht sint anna’ mogen we mee naar Bottelare. In dat langere gedicht beleef je het leven van Debby mee tot op het punt dat ze er uit weg wil, en daar heeft ze iets voor over.
In het vijfde deel met de titel van de bundel is het vooral de dichter die zichzelf kwijt raakt en zich door een letterperk en vrije verzen heen probeert te murwen, tot op het einde als het echt niet meer gaat… Ook deze lezer snapt niet alles (van de eerste keer), maar gaat er wel al rap ver in mee.
Deze bundel zit goed, de verbeelding is aan het werk gezet!
De gedichten in deze bundel gaan over actuele thema’s, en zijn meestal vrij toegankelijk. Onze maatschappij wordt beschreven in haar kleine kantjes als gehaastheid en weinig tijd, consumentisme, de wereld die dol draait, relatieproblemen, enz., maar ze blijft toch gewoon altijd hetzelfde, of we hopen toch dat dingen hetzelfde blijven, we alles onder controle kunnen houden en streven zoveel mogelijk naar geluk. Dat gaat echter niet: de tijd raast verder, er wordt getwijfeld, wonden zijn aangebracht.
De bundel beslaat 5 hoofdstukken en een 40-tal gedichten, die zaken scherper stellen, inzicht brengen in krachtige originele verzen, goed van de tongriem gesneden zijn en pakkende beelden neerzetten. Het ritme ligt hoog, waardoor de gedichten vlot en snel te lezen zijn, en toch blijven hangen.
In het eerste deel vind je verhalen waarvan je de gevolgen wel eens in de krant zou kunnen zien staan, getiteld ‘je zal ons morgen in de ochtendkrant zien staan’. En er wordt in geïnventariseerd; letterlijk in een gedicht uit 3 delen die onder dit eerste deel zijn opgenomen.
‘Niet twijfelen niet twijfelen’ is het tweede deel uit de bundel, eigenlijk één langer gedicht waarin de onzekerheid toeslaat, er beslissingen genomen moeten worden, maar de besluiteloosheid regeert. Maar de curve moet omhoog, we moeten vooruit.
'We zijn vanmorgen vroeg gaan stemmen:
zijn wij tegen? zijn wij voor?
Als we maar, zolang we maar, de woorden die we kiezen
en laat ons maar, zolang we maar, we mogen niet verliezen
[…]'
Het gedicht gaat dan verder, en heeft het dan niet meer over politiek, wel over onszelf als mens. Er wordt een gids gezocht om ons vooruit te helpen.
In het derde deel ‘hoe de kou zich over ons verspreidt’ wordt het winter en komen er winterse taferelen en andere zware tijden aan bod. De natuur is niet meer wat het geweest is. In dit deel sijpelen de kou en de angst binnen.
In ‘huishout’ wordt er bijv. op de zomer gewacht, en evoceren de eerste zinnen de leegloop van het platteland in het oude Europa.
Het gedicht ‘leeggang’ raakt dan weer aan hoe eenzaamheid er uit kan zien:
'Wat leeg is, weegt nog zwaarder
dan de dingen die te veel zijn
en alles wat er niet meer is
is toch veel meer dan wij alleen'
In het vierde deel ‘eendracht sint anna’ mogen we mee naar Bottelare. In dat langere gedicht beleef je het leven van Debby mee tot op het punt dat ze er uit weg wil, en daar heeft ze iets voor over.
In het vijfde deel met de titel van de bundel is het vooral de dichter die zichzelf kwijt raakt en zich door een letterperk en vrije verzen heen probeert te murwen, tot op het einde als het echt niet meer gaat… Ook deze lezer snapt niet alles (van de eerste keer), maar gaat er wel al rap ver in mee.
Deze bundel zit goed, de verbeelding is aan het werk gezet!
1
Reageer op deze recensie