Schitterende familieroman over de gevolgen van WOII
Wanneer de roomskatholieke Josefien Langeveldt tijdens de oorlog bevalt van Lise heeft ze al een groot gezin met zeven jongens die ze amper kan voeden. Ze is dolgelukkig dat het deze keer een meisje is en smeekt de Heer om Lise de oorlog door te helpen. Ze heeft er alles voor over. Om zo weinig mogelijk contact te hebben met de bezetters en het verzet sluit het gezin zich zo veel mogelijk in huis op. Josefien spaart het eten uit haar mond om dat ene meisje, dat haar vriendin en hulpje zal worden, in leven te houden.
Maar dan slaat het noodlot toe: Lise wordt ziek. Om met het doodzieke kind naar de dokter te gaan verlaat Josefien op een zondagmorgen, wanneer iedereen naar de kerk is, met de moed der wanhoop dan toch het huis. Vlakbij haar huis stuit ze op een razzia. Een joodse vrouw met een baby in haar armen smeekt Josefien de baby over te nemen, maar Josefien kan alleen maar leven volgens strikte regels. Iets doen dat niet mag van de Duitse invallers zou haar gezin en Lise immers kunnen schaden. Ze weigert te helpen en loopt met haar eigen dochter weg richting dokter. Het voorval verzwaart echter haar gemoed. En ook al overleeft Lise de oorlog en heeft God Josefien dus niet gestraft, toch zal de weigering Josefiens verdere leven en denken beïnvloeden.
Wanneer ze midden jaren vijftig joodse buren krijgt met een dochter die even oud is als Lise, flakkeren de onrusten in Josefien’s hoofd weer helemaal op. Ze durft de buren (een alleenstaande dame met haar dochter Pauli) niet onder ogen te komen en ze verbiedt ook Lise om contact te hebben met het joodse buurmeisje. Ieder dient vrienden in zijn eigen gemeenschap te zoeken, luidt haar devies. Maar Lise lapt deze raad aan haar laars en trekt zoveel mogelijk op met de vrijgevochten Pauli. Zo leert ze de wereld buitenshuis kennen en ook de lokroep van het toneelspelen. En als Lise verliefd wordt loopt het helemaal uit de hand.
Alweer een oorlogsboek, zou je denken, maar sla het toch maar niet over. Joodse buren schetst een zeldzaam mooi en levensecht tijdsbeeld van een groot katholiek gezin uit Amsterdam, in de periode tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. In het begin van het boek kruip je in de huid van Josefien en wanneer Lise oud genoeg is volg je ook haar gedachten. Dat alleen al is een genot om te lezen. Voeg daarbij nog een verboden vriendschap en dito liefde, de kleinburgerlijkheid van de verschillende gemeenschappen, de gevolgen van oorlog en rassenhaat, de strijd van een moeder om haar kinderen dicht bij haar te houden, de strijd van kinderen om uit te breken, Shakespeare en bovenal het fantastische verteltalent van Maria Boonzaaijer, en je krijgt een verhaal dat je nog heel lang zal bijblijven.
Reageer op deze recensie