Fax-gedachtenstroom toont chaotische binnenwereld
De ‘Faxen aan Ger’-boekenreeks van Nicolien Mizee, die in 2017 startte met De kennismaking, is binnen en buiten boekenland een begrip geworden. Geheel op eigen kracht creëerde Mizee met deze boeken een genre binnen een genre. De geschiedenis is al vaak verteld: ze schrijft sinds 1994 brieven aan de door haar hevig bewonderde docent scenarioschrijven, Ger Beukenkamp, en faxt hem de teksten door. De faxen worden uiteindelijk gebundeld in boeken, niet dat dat iets uitmaakt want Ger antwoordde nog nooit. De bruut.
'Ze schrijft los uit de pols, van onderwerp naar onderwerp hoppend, zaken scherp analyserend, soms ronduit zeurend.' - recensent Nico
In handen hebben we Een licht bewoond eiland, met als ondertitel Faxen aan Ger 5. Het boek is uitgegeven in 2022 en beslaat de periode van 24 februari 2000 tot en met 1 augustus 2000. Een sprong terug in de tijd, niet alleen faxgewijs.
Na de mooie aanhef ‘Allesverpletterende,’ gaat Mizee los in een associatieve stijl. Langs allerlei uithoeken, omwegen, gedachtesprongen, afdwalingen, zichzelf interrumperende correcties, hak op de takkige stukjes, nadrukstréépjes, overpeinzingen, twijfels, citaatjes, (tussen haakjes), vraagtekens, aanhalingstekens en behoorlijk wat uitroeptekens, maakt ze haar punt. Dat vaak geen punt is.
Zo vertelt ze aan Ger over haar discussie met ene Charlie over An angel at my Table van Janet Frame, een veelgelezen boek uit die tijd:
'En toen begon hij weer over An angel at my Table van Janet Frame.
Qua inhoud (door jou ooit samengevat als: lelijk eendje wordt zwaan) lijkt het wel wat op mijn boek maar de stijl is een beetje vreemd. "Mijn gebit was nu bijna volledig verrot", staat er. Maar daarvóór hebben we nog niets over slechte tanden gehoord. Ik terugbladeren, nee hoor, niks over tanden. Terwijl rotte tanden zo verschrikkelijk zijn dat je er een heel boek aan zou kunnen wijden. (Wat ook wel gebeurd is.)'
Deze stijl vind je door het hele boek en geeft een goede indruk van deze wonderlijk eenzijdige correspondentie. Van Nicolien doemt een beeld op van iemand die een niet erg florissant zelfbeeld heeft. In feite heeft ze de grootste moeite de dag door te komen, beginnend met het grote probleem van het opstaan. Je bed uit komen, de gordijnen opentrekken, koffie voor jezelf maken. Die routine vraagt al in de eerste uren van de dag haar volledig beschikbare energie. En dan moet ze de rest van de dag nog.
De schrijfstijl is behoorlijk in contrast met dat beeld – ze schrijft los uit de pols, van onderwerp naar onderwerp hoppend, zaken scherp analyserend, soms ronduit zeurend. Haar leven van dag tot dag. Alle dagen eigenlijk, waarin ze het liefst met rust gelaten wordt, maar ja, ze moet toch eten, drinken, naar de buurtsuper.
Die stijl maakt het faxboek bijzonder. Het over de onderwerpen heen scheren, afgewisseld met het loodzware tillen aan het dagelijkse leven, geeft een mooi evenwicht. Belangrijker: het maakt de faxteksten prettig leesbaar. Je gaat meeleven met haar angsten, met haar spannende zaken. Zoals dat nieuwe boek dat ze geschreven heeft. Geen faxboek, maar een ‘gewoon’ boek, dat door de uitgever ‘gewoon’ uitgegeven gaat worden. Met een presentatie. En mensen die komen kijken. Allemaal zaken waar ze heftig neurotiserend naartoe leeft, en die ze uiteraard gewoon overleeft. Dat zou Ger toch ook moeten waarderen. Alleen antwoordt hij nooit. De bruut.
Reageer op deze recensie