Kleine Broer schittert in Groots Sprookje
Kleine Broer is het tweede boek van de Noorse illustrator Øyvind Torseter. Zijn debuut Het gat werd in 2016 in het land van herkomst bekroond met het Gulden Palet en andere prestigieuze kinderboekenprijzen. Het verbaast hierdoor niemand dat Kleine Broer een nieuw avontuur beleeft waarin hij zelfs de hoofdrol heeft gekregen.
Torseter vertelt zijn verhalen in navolging van de bekende Noorse folkloristische traditie van Asbjørnsen & Moe. Dit 19e-eeuwse duo verzamelde oude sages en volksvertellingen en zocht hierbij naar de oervorm van die verhalen. Ze schreven deze oervertellingen niet klakkeloos of onbewerkt op, maar maakten er leesbare verhalen van, echter zonder het ‘rauwe’ karakter te verliezen. De taal die het duo hanteerde was simpel, wat de oorspronkelijke sfeer moest onderstrepen. Hun publicaties werden vanaf het begin voorzien van prachtige illustraties. Torseter bouwt hierop voort en legt de nadruk nog meer op het visuele aspect en maakt er een beeldverhaal van vergezeld met hier en daar een tekstballon. Vergist u zich niet: het boek is meer dan een simpele strip, maar wellicht is ‘Graphic Novel’ een iets te zware kwalificatie.
Kleine Broer is een sprookje. Het omslag verklapt als het ware de hele leesbelevenis in een notendop: wat u gaat zien is oogstrelend mooi, maar pas op de details, want er liggen de nodige doodskoppen op uw pad. Kortom: niet voor de tere ziel. Is het dan geen kinderboek? Jawel, het is zelfs kinderliteratuur, maar dan zonder onnodige woorden!
‘Er was eens een koning die zeven zonen had van wie hij zoveel hield dat hij ze nooit allemaal tegelijk kon missen.’ Met deze zin begint het verhaal. Zes zonen gaan op pad en vinden ieder een mooie prinses. Ze hadden beloofd om voor Kleine Broer ook een bruid te zoeken maar dat zijn ze vergeten. Met zijn twaalven gaan ze terug naar huis maar stuiten helaas op de trol. Die versteent de broers en hun bruiden. Kleine Broer reist ze achterna om zijn broers en de kersverse bruiden te redden. Een lange, donkere reis begint.
Dit is een boek vol met schedels, donkere tochten, enge trollen, vreemde prinsessen en een alleraardigst kereltje dat nergens voor terugdeinst. Hij is gekomen om zijn broers te redden en als hij daar het hart van de trol voor moet vermorzelen, dan doet hij dat.
Op het beginstuk na, waar we de informatie krijgen waarom Kleine Broer op reis gaat, is er weinig tekst. De trol schreeuwt, de prinses spreekt met weinig woorden en Kleine Broer verspilt er nog minder. Dat maakt niet uit. De tekst geeft enkel de richting van het verhaal aan maar voegt weinig toe aan de sfeer van het boek. Dat doen de tekeningen.
En die zijn heel bijzonder. De illustraties zijn gemaakt met een dunne zwarte pen en later ingekleurd met sterke kleuren. Torseter gebruikt veel geel- en roodtinten en mengvormen daarvan. Hij beheerst veel verschillende technieken en mengt die moeiteloos door elkaar. Soms lijkt Kleine Broer in een groter werk te zijn geplakt als een cartoon. Ook is er een leuke knipoog naar Michelangelo.
Naast de geestachtige trol, een octopus die geraamtes lijkt te verzamelen en een vreemde wolf zijn er vele enge details toegevoegd waardoor de vraag meteen rijst of dit wel een geschikt kinderboek is. Dit gevoel wordt versterkt door de King Kong-achtige erotiek die er lichtjes in verweven zit.
Verwacht geen zoetsappige Disney, zoek niet naar verheven teksten, maar keer terug naar de kern van het sprookje zoals deze oervertellingen zijn bedoeld en u en uw kind zullen griezelend genieten.
Reageer op deze recensie