Trammelant in het Witte Huis
Michael Wolff is een auteur die sappige verhalen weet te schrijven. Zijn laatste 'kunstje' is Fire and Fury: Inside the Trump White House, een beschrijving van de situatie in het Witte Huis over een periode van ongeveer één jaar, beginnend bij de verkiezingsoverwinning van Donald Trump begin november 2016. Een groot deel van de tijd bivakkeerde Wolff onbelemmerd op een sofa in de West Wing van het Witte Huis en sprak er met iedereen die hem roddels kwijt wilde.
De 64-jarige Michael Wolff heeft jarenlange ervaring in de media industrie. Zo was hij columnist voor Vanity Fair en werkte hij voor de Hollywood Reporter, Newsweek en USA Today. Hij schreef verschillende boeken, waarvan tot voor kort The Man Who Owns the News: Inside the Secret World of Rupert Murdoch uit 2008 het meest geruchtmakende was. Rupert Murdoch was bepaald niet blij met deze biografie. Wolffs critici meenden dat zijn werken meer fantasie dan werkelijkheid bevatten. Wolff zelf zegt dat hij Fire and Fury baseerde op de meer dan 200 gesprekken die hij heeft hebben gehad met personen die in het Witte Huis werken of in zijn campagnestaf werkten.
Het boek geeft een ontluisterend beeld van Donald Trump. Afgezien van de koppen in de krant en artikelen over zichzelf leest hij niet. Hij luistert niet en kan moeilijk zijn aandacht bij een gesprek houden. Hij voert uit wat zijn intimi hem influisteren, althans wanneer ze hun boodschap brengen alsof het Trumps eigen idee is. Ervaring op het gebied van politiek, beleid en wetgeving hebben deze intimi niet. Als buitenstaander is het moeilijk te beoordelen of hetgeen Wolff beschrijft de waarheid is of dat het om 'alternative facts' gaat. In de media is gemeld dat Wolff over opnamen van zijn gesprekken beschikt en de 'ongewone' tweets van de president doen vermoeden dat het verslag van Wolff meer bevat dan alleen een grond van waarheid.
Wolff maakt duidelijk dat er van het begin af aan de bittere rivaliteit tussen de belangrijkste intimi van de president - het koppel dochter Ivanka en schoonzoon Jared Kushner, hoofdstrateeg Steve Bannon en stafchef Reince Priebus - een gezonde werksfeer onmogelijk maakte. De drie partijen deden alle mogelijke moeite om elkaar het Witte Huis uit te werken onder meer door ongunstige en soms zelfs onjuiste informatie over de ander te lekken. Wolff beschrijft helder vanuit welke achtergrond ieder van de drie zijn eigen doel wilde bereiken. Priebus die op goede voet wilde blijven met Paul Ryan, de leider van de Republikeinen, trachtte maatregelen via het Congres te realiseren. Bannon die uit was op chaos kweken, wilde maatregelen via Executive Orders door de president opleggen, bijvoorbeeld de immigratieban op personen uit zeven moslimlanden die tot grote commotie en verwarring leidde. Trumps dochter en schoonzoon - door Wolff in zijn boek aangeduid als Jarvanka, de door Bannon gecreëerde term voor het stel - wilde 'ronde tafels' van CEO's van grote bedrijven het voortouw geven, zodat Jared zich in de kring bevond waarin hij vond dat hij thuis hoorde. Uiteindelijk dolven Brannon en Priebus het onderspit.
Illustratief voor de situatie in het Witte Huis is een e-mail, waarvan gezegd wordt dat het de visie weerspiegelt van Gary Cohn, de chef van de National Economic Council en in het verleden president van de internationaal opererende investeringsbank Goldman Sachs:
“It’s worse than you can imagine. An idiot surrounded by clowns. Trump won’t read anything—not one-page memos, not the brief policy papers; nothing. He gets up halfway through meetings with world leaders because he is bored. And his staff is no better. Kushner is an entitled baby who knows nothing. Bannon is an arrogant prick who thinks he’s smarter than he is. Trump is less a person than a collection of terrible traits. No one will survive the first year but his family. I hate the work, but feel I need to stay because I’m the only person there with a clue what he’s doing. The reason so few jobs have been filled is that they only accept people who pass ridiculous purity tests, even for midlevel policy-making jobs where the people will never see the light of day. I am in a constant state of shock and horror.”
Trump zelf scheen er ook niet vies van te zijn om tegenover anderen zijn mening te uiten over zijn medewerkers:
'When the president got on the phone after dinner, it was often a rambling affair. In paranoid or sadistic fashion, he’d speculate on the flaws and weaknesses of each member of his staff. Bannon was disloyal (not to mention he always looks like shit). Priebus was weak (not to mention he was short—a midget). Kushner was a suck-up. Spicer was stupid (and looks terrible too). Conway was a crybaby. Jared and Ivanka should never have come to Washington.'
Als non-fictie boek - Trump zelf verklaart overigens stellig dat het hier om fictie gaat - weet Wolff er een spannend verhaal van te maken. Los van wat en hoeveel in het verhaal waar of niet waar is, het blijft een boeiend en tegelijk vermakelijk en uiteraard verontrustend boek. Achteraf zal de lezer zich wel afvragen waar Amerika met deze president op termijn naartoe moet.
Reageer op deze recensie