Lezersrecensie
Criminaliteit op zee
Na lezing van Ian Urbina’s De Jungle op Zee zou je bijna hopen dat Hugo de Groot zijn Mare Liberum, 1509, nimmer het licht had doen zien – of dat zijn principe van de vrije zee, met de rechtsmacht van de statenvlag niet langer een fundament van het zeerecht zou zijn, op grond waarvan kwaadwilligen, die doorgaans puur uit zijn op economisch gewin, daarin een onbeperkte vrijbrief zien om hun gang te gaan en de oceaan “als eindeloze bron van goede gaven, een goddelijke overvloed die nooit uitgeput raakt”, zoals Ian Urbina in zijn monumentale en veel geprezen boek schrijft.
De zeejungle is bijkans een thriller, gestoeld op uitvoerig bronnenonderzoek en eigen waarneming van de auteur, die meevoer met schepen van Seasheperd en Greenpeace, die beide jacht maken op criminelen op zee, en aanwezig was op het abortuszeilschip van de Nederlandse arts Rebecca Gomperts, die níet uit is op eigen gewin, maar wel handig gebruik maakt van de vrije zee. Die matrozen interviewt en de vrij onschuldig gestichte eigen staat op een door de Britten verlaten militair platform in de Noordzee bezoekt – kortom zich vrijwillig onderwerpt aan niet zelden gevaarlijk jongensboek heroïek om zijn boek op te stoelen naast uitvoerig bronnenonderzoek.
Op deze ontdekkingstochten maakt de schrijver kennis met de ongebreidelde visvangst in territoriale wateren, uitbuiting van manschappen, die veel weg heeft van slavernij met onmenselijk lange werkdagen tegen een schandalig laag loon, half bedorven eten en miserabele kooien als nachtverblijf, illegale walvisvangst door Japanse visserijvloten onder het mom van wetenschappelijk onderzoek, het lozen van olie en zwaar verontreinigd afval en zelfs het laten zinken van schepen om bewijsmateriaal te verdoezelen.
Het gebeurt allemaal onder onze ogen, zonder dat wij er weet van hebben. Soms omdat overheden nauwelijks bij machte zijn om hun eigen wateren te beschermen, zoals de regering van Palau, vaker omdat het geld in het laatje brengen van staten die tegen simpele betaling schepen onder hun vlag laten varen en het verder allemaal wel best vinden. Met het leegvissen van de Afrikaanse west- en oostkust tot gevolg ten koste van de lokale kustvisserij, het toelaten van volstrekt niet-zeewaardige olietankers en visserijschepen. Het niet optreden tegen moorden. Op zee heerst de ware jungle, waar het tegenwoordig ook gaat om grondstoffen in de bodem, zoals olie, gas en mineralen, om de bescherming van het milieu en het transport van hard drugs.
De Jungle op Zee is meer een reeks uitmuntende reportages dan essays, zoals de schrijver zegt, die onafhankelijk van elkaar te lezen zijn én een gedegen overzicht bieden van de wetteloosheid en de onbestrafte misdaden van moord, piraterij, slavernij, overbevissing en vernietiging van het milieu op onze oceanen – een even baanbrekend als meeslepend verslag.
De zeejungle is bijkans een thriller, gestoeld op uitvoerig bronnenonderzoek en eigen waarneming van de auteur, die meevoer met schepen van Seasheperd en Greenpeace, die beide jacht maken op criminelen op zee, en aanwezig was op het abortuszeilschip van de Nederlandse arts Rebecca Gomperts, die níet uit is op eigen gewin, maar wel handig gebruik maakt van de vrije zee. Die matrozen interviewt en de vrij onschuldig gestichte eigen staat op een door de Britten verlaten militair platform in de Noordzee bezoekt – kortom zich vrijwillig onderwerpt aan niet zelden gevaarlijk jongensboek heroïek om zijn boek op te stoelen naast uitvoerig bronnenonderzoek.
Op deze ontdekkingstochten maakt de schrijver kennis met de ongebreidelde visvangst in territoriale wateren, uitbuiting van manschappen, die veel weg heeft van slavernij met onmenselijk lange werkdagen tegen een schandalig laag loon, half bedorven eten en miserabele kooien als nachtverblijf, illegale walvisvangst door Japanse visserijvloten onder het mom van wetenschappelijk onderzoek, het lozen van olie en zwaar verontreinigd afval en zelfs het laten zinken van schepen om bewijsmateriaal te verdoezelen.
Het gebeurt allemaal onder onze ogen, zonder dat wij er weet van hebben. Soms omdat overheden nauwelijks bij machte zijn om hun eigen wateren te beschermen, zoals de regering van Palau, vaker omdat het geld in het laatje brengen van staten die tegen simpele betaling schepen onder hun vlag laten varen en het verder allemaal wel best vinden. Met het leegvissen van de Afrikaanse west- en oostkust tot gevolg ten koste van de lokale kustvisserij, het toelaten van volstrekt niet-zeewaardige olietankers en visserijschepen. Het niet optreden tegen moorden. Op zee heerst de ware jungle, waar het tegenwoordig ook gaat om grondstoffen in de bodem, zoals olie, gas en mineralen, om de bescherming van het milieu en het transport van hard drugs.
De Jungle op Zee is meer een reeks uitmuntende reportages dan essays, zoals de schrijver zegt, die onafhankelijk van elkaar te lezen zijn én een gedegen overzicht bieden van de wetteloosheid en de onbestrafte misdaden van moord, piraterij, slavernij, overbevissing en vernietiging van het milieu op onze oceanen – een even baanbrekend als meeslepend verslag.
1
Reageer op deze recensie