Lezersrecensie
Open eind, hinkend op twee gedachten
De opzet van het boek vind ik prachtig; een jongen van 12 (Ferdi Heijen) is kennelijk verdwenen en enkel aan de hand van getuigenverslagen van verschillende mensen in en om het dorp proberen we er achter te komen wat er gebeurd is.
Of toch niet?
Die korte beschrijving klinkt goed, maar dekt te lading niet helemaal. Om maar te beginnen met de getuigenverslagen. Dat zijn het niet helemaal, want hoewel ze lezen alsof het letterlijke verslagen zijn van iemand die met een recorder het dorp door is gegaan, is het op plaatsen net weer te gelikt en staan er toevoegingen en beschrijvingen in die iemand in een gesproken verklaring nooit zou doen.
Letterlijk verslag:
Nou, ik werkte dus vanuit mijn auto die dag. Dat doe ik meestal wel, behalve als het te koud wordt, dan kost de verwarming me te veel benzine. Ik ben niet de enige, er zijn genoeg collega’s die dat doen, we mogen per sessie amper een uurtje schrijven – dat is drie kwartier met het kind en dan nog het bijwerken van hun dossier.
Beschrijvend:
In de tuin voor het rijtjeshuis groeide niets, er lagen alleen tegels. Er was ook geen bel, er hingen twee draden uit een gaatje in de deurpost, dus ik klopte op het donkerbruine glas. Het duurde even. Aan de overkant van de straat zat een man in een leren stoel in de voortuin. Hij rookte een sigaar, hij keek naar me, maar zodra ik terugkeek liet hij zijn hoofd zakken. Ergens blaften twee honden. Een oudere vrouw deed open. Ze had geblondeerde krullen en zwaar opgemaakte ogen.
Omdat het boek zo "authentiek" mogelijk probeert te zijn, krijg je allerlei streekgebruiken/dialectdingetjes kado in de verslagen. Dat is op zich mooi, maar het viel mij op dat wel heel veel mensen dezelfde manier van praten hebben. Bepaalde uitdrukkingen kwamen me net iets te vaak voor:
Janine Thielen: Het was geen grote boerderij die we hadden, dat moet je niet denken.
Michael Nelissen: Ik ben trouwens niet sentimenteel, dat moet je niet denken,
Vince Verpoort: En dan bedoel ik niet alleen jou, Jacques, dat moet je niet denken
Ook het veelvuldig gebruik van "ons", als in "ons mam", "ons pap", "ons Jacques" begon me op een zeker moment wat tegen te staan, net als de veelvuldige dubbele ontkenningen:
- Gaat verder niemand niks aan hoe wij wonen
- bij boeren loop je nooit niet door de voordeur binnen
- je hebt hier in de buurt toch nergens geen natuur of niks
Dan een probleem van meer logische aard. Kennelijk is Ferdi verdwenen, maar als dat zo is, hoe komen we dan aan zijn verklaring? Verschillende keren lezen we hoe Ferdi zelf tegen de zaak aankijkt en wat er gebeurd is, maar dat kan alleen gedaan zijn voordat hij verdween en toen was er nog geen aanleiding om hem te interviewen.
Ook dat zou nog prima te doen zijn, ware het niet dat er niet echt een einde of clou aan het boek zit. Het eindigt met een stukje over Ferdi en that's it. De lezer moet zelf maar bedenken of er iets gebeurd is en zo ja, wat dat dan is. Wat mij betreft wordt dat iets te vaag gelaten. Toch beklemt het boek wel, juist door het ontbreken van een alwetende verteller. Het boek is daardoor traag, maar dat is niet persé negatief. De verslagen van de betrokkenen zorgen er voor dat je steeds iets meer van het complete plaatje ziet. Al is dat uiteindelijk wat mij betreft net iets te weinig
Of toch niet?
Die korte beschrijving klinkt goed, maar dekt te lading niet helemaal. Om maar te beginnen met de getuigenverslagen. Dat zijn het niet helemaal, want hoewel ze lezen alsof het letterlijke verslagen zijn van iemand die met een recorder het dorp door is gegaan, is het op plaatsen net weer te gelikt en staan er toevoegingen en beschrijvingen in die iemand in een gesproken verklaring nooit zou doen.
Letterlijk verslag:
Nou, ik werkte dus vanuit mijn auto die dag. Dat doe ik meestal wel, behalve als het te koud wordt, dan kost de verwarming me te veel benzine. Ik ben niet de enige, er zijn genoeg collega’s die dat doen, we mogen per sessie amper een uurtje schrijven – dat is drie kwartier met het kind en dan nog het bijwerken van hun dossier.
Beschrijvend:
In de tuin voor het rijtjeshuis groeide niets, er lagen alleen tegels. Er was ook geen bel, er hingen twee draden uit een gaatje in de deurpost, dus ik klopte op het donkerbruine glas. Het duurde even. Aan de overkant van de straat zat een man in een leren stoel in de voortuin. Hij rookte een sigaar, hij keek naar me, maar zodra ik terugkeek liet hij zijn hoofd zakken. Ergens blaften twee honden. Een oudere vrouw deed open. Ze had geblondeerde krullen en zwaar opgemaakte ogen.
Omdat het boek zo "authentiek" mogelijk probeert te zijn, krijg je allerlei streekgebruiken/dialectdingetjes kado in de verslagen. Dat is op zich mooi, maar het viel mij op dat wel heel veel mensen dezelfde manier van praten hebben. Bepaalde uitdrukkingen kwamen me net iets te vaak voor:
Janine Thielen: Het was geen grote boerderij die we hadden, dat moet je niet denken.
Michael Nelissen: Ik ben trouwens niet sentimenteel, dat moet je niet denken,
Vince Verpoort: En dan bedoel ik niet alleen jou, Jacques, dat moet je niet denken
Ook het veelvuldig gebruik van "ons", als in "ons mam", "ons pap", "ons Jacques" begon me op een zeker moment wat tegen te staan, net als de veelvuldige dubbele ontkenningen:
- Gaat verder niemand niks aan hoe wij wonen
- bij boeren loop je nooit niet door de voordeur binnen
- je hebt hier in de buurt toch nergens geen natuur of niks
Dan een probleem van meer logische aard. Kennelijk is Ferdi verdwenen, maar als dat zo is, hoe komen we dan aan zijn verklaring? Verschillende keren lezen we hoe Ferdi zelf tegen de zaak aankijkt en wat er gebeurd is, maar dat kan alleen gedaan zijn voordat hij verdween en toen was er nog geen aanleiding om hem te interviewen.
Ook dat zou nog prima te doen zijn, ware het niet dat er niet echt een einde of clou aan het boek zit. Het eindigt met een stukje over Ferdi en that's it. De lezer moet zelf maar bedenken of er iets gebeurd is en zo ja, wat dat dan is. Wat mij betreft wordt dat iets te vaag gelaten. Toch beklemt het boek wel, juist door het ontbreken van een alwetende verteller. Het boek is daardoor traag, maar dat is niet persé negatief. De verslagen van de betrokkenen zorgen er voor dat je steeds iets meer van het complete plaatje ziet. Al is dat uiteindelijk wat mij betreft net iets te weinig
1
Reageer op deze recensie