Lezersrecensie
Zoek de 7 parels
Een mooi cadeau vanwege één van de stiefkinderen.
Omdat ik inmiddels heb gezien dat op deze site niemand dusver dit boek als gelezen heeft aangeduid en beoordeeld, laat staan een recensie erover heeft geschreven, kon ik het niet nalaten om er zelf een te maken over een werk dat toch beslist de moeite waard is.
In negen hoofdstukken (negen wijken) geeft Tanguy een overzicht van de architectuur die ooit de Antwerpse binnenstad sierde en inmiddels verdwenen is, gestoffeerd met veel foto’s, historische wetenswaardigheden en anecdotes.
Het mooie van de zaak is dat mensen die in Antwerpen zijn opgegroeid tijdens het lezen van dit toffe boekje een virtuele wandeling in hun geheugen kunnen maken om de beschrijvingen en de foto’s te vergelijken met het huidige straatbeeld van het centrum van de stad.
Na het lezen van dit hoogst interessant geschreven werk beseft de Antwerpenaar welk een puinhoop in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw (en ook in andere tijden) onder het erfgoed van zijn stad werd aangericht, een pervers effect van een voorgenomen “modernisatie” waar ook Brussel aan ten prooi is gevallen.
Maar ook krijgt dezelfde Antwerpenaar oog voor historische details die hem vroeger nooit waren opgevallen; tips voor interessante bezienswaardigheden bij de vleet.
De lezer komt vele dingen te weten waar hij vroeger geen benul van had; een (gulle) greep uit wat zoal tijdens de lezing is blijven hangen :
- De impact van het Hollandse Scheidingsverdrag en latere (terug) vrijmaking van de Schelde op de economie (en de bouw) van de stad (en op het rechttrekken van de Scheldekaaien, met het verdwijnen van het historische middeleeuwse centrum rond het kasteel “Het Steen”, de evolutie van de Vleeshuiswijk, en waarom dit “Het Steen” dan toch (gelukkig) zelf is blijven staan …)
- De Groenplaats die vroeger veel groener was dan vandaag ondanks het verdwijnen van koning auto
- De Nationalestraat die uitgroeit tot het modehart van de stad
- De afbraak van de Citadel in ‘t Zuid en van de Spaanse wallen, met het ontstaan van de Leien; en de twee Wereldtentoonstellingen met het ontstaan van een Museum van Schone Kunsten en daar tegenover een heuse (inmiddels verdwenen) Hippodroom
- De demping van de Zuiderdokken
- De zielige afbraak van het beeldschone Zuidstation (met een aan een belfort gelijkende vierkante toren)
- De Sinksenfoor op de zuidelijke Leien, die daarna in de jaren ’60 verhuist naar de Zuiderdokken (en nog veel later in 2015 naar het oude rangeerterrein van Park Spoor Oost)
- Waar de bronzen beelden tegenover Antwerp Expo (de vroegere Boekenbeurs) vandaan komen
- Het imposante en charmante Grand Hotel Weber op de Teniersplaats (waar nu (sinds de jaren ’60, alweer) de oerlelijke veel te hoge Antwerp Tower staat) (waar in nov 1944 een Duitse V2 onder de toevallige voorbijgangers en in de toevallig passerende tram een slachting aanricht - 157 doden – een tafereel dat ook opduikt in het beroemde Hubert Lampo boek “De komst van Joachim Stiller”)
- De schade die WOII aanbracht aan de belle époque overkapping van de “Spoorwegkathedraal” Antwerpen-Centraal, waardoor het station in de jaren ’50 in dusdanige slechte staat verkeerde dat het spook van de sloophamer wederom om de hoek kwam kijken
- Hoe de flamboyante ondernemer Georges Heylen een cinema-imperium in het hart van de stad uit de grond stampt (na de heropbouw van Cinema Rex in 1947, die op 16 dec 1944 ook een Duitse V2 moet incasseren – 567 doden – dus op een luttel paar honderd meter van de Teniersplaats …)
- Waarom de inwoners niet zo enthousiast waren over het Peter Benoit monument aan de Vlaamse Opera, later verplaatst naar het Harmoniepark
- Waarom de “Franklin Rooseveltplaats” “Franklin Rooseveltplaats” is genoemd, waarom die vroeger “Victorieplaats” noemde, en daarvoor “Gemeenteplaats” maar in de volksmond de “Geuzenhofkes” en hoe die er toen uitzag (en wat er toen zoal werd uitgespookt …)
- Waarom het Museum Aan de Stroom “het MAS” niet echt op “het Eilandje” is gelegen maar wel op de “Hanzestedenplaats”, en hoe het Hanzehuis door zijn sierlijkheid zelfs bij Napoleon zodanig in de smaak viel dat hij besloot het te sparen tijdens de uitbouw van de Antwerpse dokken, en wat de oorzaak is dat het dan toch verdwenen is
- Op het prachtige pittoreske Conscienceplein met de Carolus Borromeuskerk, dat in de tijd van mei ’68 door de hippies werd geclaimd (en later door de punkers) zijn ooit nog parkeerplaatsen geweest
- Net zoals op de Meir die grondig gewijzigd werd tot een permanente autoloze winkelwandelstraat n.a.v. Antwerpen Culturele Hoofdstad van Europa 1993, wat ons mijns inziens tot de meest memorabele Antwerpse metamorfoses brengt (die van de Meir) :
- 1. “Den Innovation” op de Meir was vroeger een modehuis van Leonard Tietz, bekend om de typische strohoeden met zwarte band (waarmee in zomertijden zeer enthousiast geflaneerd werd), waarvan het historische fin-de-siècle interieur verdwenen is, maar de prachtig uitgewerkte gevel gelukkig bewaard en beschermd is. Na WOI werd het succesvolle warenhuis in de ban gedaan (wegens ietsje té Duits …) en aangeslagen door het concern dat nu de Galeria Inno is. De laatste getuige is de gevelinscriptie die nu vandaag nog te lezen is boven het ionische fronton in de rechtervleugel van het pand : “Passage Tietz”
- 2. De Wapper was vroeger helemaal geen plein, maar een huizenblok met een smal doorsteekstraatje langs het Rubenshuis tussen de Meir en Hopland. Schuin tegenover het pand waar nu de 2de hands boekenwinkel De Slegte nog aanwezig is, staat de gerecupereerde rococo-gevel van het voormalige Hotel de Fraula dat tot in de jaren ’60 in de chique Keizerstraat gelegen was (ttz “chique” in de 17de eeuwse betekenis toen de wijk het “Beverly Hills” van Antwerpen was, maar waar nu nog altijd het meeste van de prachtige paleizen bewaard is gebleven). De toenmalige eigenaar van het in de jaren ’60 verlaten en verkommerde etablissement, de universiteit van Antwerpen, wou het laten slopen (!). Een gepassioneerde kenner Georges de Belder besloot de gevel op te kopen, deze te laten opmeten, de stenen te laten nummeren, en alles naar zijn domein in Kalmthout te laten overbrengen. In 1983 besloot de Generale Bank (nu BNP Paribas Fortis), als nieuwe eigenaar en medebouwheer aan de Wapper, om de gevel voor hun nieuw filiaal herop te bouwen.
- 3. Het had niet veel gescholen of de iconische “Den Boerentoren” op de Meirbrug werd in de jaren ’70 gesloopt (jawel, ook weer), ware het niet dat de druk van de publieke opinie de toren heeft gered. Het opvallende Art-Deco interieur waarin o.a. de lokettenzaal was opgetrokken is toen wél grotendeels verdwenen. De toren is er gekomen n.a.v. de 7de Olympiade in Antwerpen in 1920, het stadsbestuur wilde uitpakken met een moderne heropbouw van de stad (na WOI …) (net zoals het Atomium op de Heizel in Brussel er gekomen is n.a.v. de Wereldexpo in 1958). Het ontwerp van de toren werd geïnspireerd op de eigentijdse “moderne” wolkenkrabbers in Chicago en New York.
Volgens de achterflap is Tanguy Ottomer, zelf uit Antwerpen afkomstig, een gedegen stadsgids die via zijn bedrijf BeroepsBelg originele stadswandelingen en gidsenwerking aanbiedt, wat hem op veel lof komt te staan vanwege o.a. The NY Times, The Financial Times, en CNN (“one of the 7 savviest tour guides in the world”), en een titel vanwege Toerisme Vlaanderen tot beste toeristische ambassadeur (van Vlaanderen).
Voor de rasechte Antwerpenaar is dit boek beslist 5 sterren waard.
Omdat ik inmiddels heb gezien dat op deze site niemand dusver dit boek als gelezen heeft aangeduid en beoordeeld, laat staan een recensie erover heeft geschreven, kon ik het niet nalaten om er zelf een te maken over een werk dat toch beslist de moeite waard is.
In negen hoofdstukken (negen wijken) geeft Tanguy een overzicht van de architectuur die ooit de Antwerpse binnenstad sierde en inmiddels verdwenen is, gestoffeerd met veel foto’s, historische wetenswaardigheden en anecdotes.
Het mooie van de zaak is dat mensen die in Antwerpen zijn opgegroeid tijdens het lezen van dit toffe boekje een virtuele wandeling in hun geheugen kunnen maken om de beschrijvingen en de foto’s te vergelijken met het huidige straatbeeld van het centrum van de stad.
Na het lezen van dit hoogst interessant geschreven werk beseft de Antwerpenaar welk een puinhoop in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw (en ook in andere tijden) onder het erfgoed van zijn stad werd aangericht, een pervers effect van een voorgenomen “modernisatie” waar ook Brussel aan ten prooi is gevallen.
Maar ook krijgt dezelfde Antwerpenaar oog voor historische details die hem vroeger nooit waren opgevallen; tips voor interessante bezienswaardigheden bij de vleet.
De lezer komt vele dingen te weten waar hij vroeger geen benul van had; een (gulle) greep uit wat zoal tijdens de lezing is blijven hangen :
- De impact van het Hollandse Scheidingsverdrag en latere (terug) vrijmaking van de Schelde op de economie (en de bouw) van de stad (en op het rechttrekken van de Scheldekaaien, met het verdwijnen van het historische middeleeuwse centrum rond het kasteel “Het Steen”, de evolutie van de Vleeshuiswijk, en waarom dit “Het Steen” dan toch (gelukkig) zelf is blijven staan …)
- De Groenplaats die vroeger veel groener was dan vandaag ondanks het verdwijnen van koning auto
- De Nationalestraat die uitgroeit tot het modehart van de stad
- De afbraak van de Citadel in ‘t Zuid en van de Spaanse wallen, met het ontstaan van de Leien; en de twee Wereldtentoonstellingen met het ontstaan van een Museum van Schone Kunsten en daar tegenover een heuse (inmiddels verdwenen) Hippodroom
- De demping van de Zuiderdokken
- De zielige afbraak van het beeldschone Zuidstation (met een aan een belfort gelijkende vierkante toren)
- De Sinksenfoor op de zuidelijke Leien, die daarna in de jaren ’60 verhuist naar de Zuiderdokken (en nog veel later in 2015 naar het oude rangeerterrein van Park Spoor Oost)
- Waar de bronzen beelden tegenover Antwerp Expo (de vroegere Boekenbeurs) vandaan komen
- Het imposante en charmante Grand Hotel Weber op de Teniersplaats (waar nu (sinds de jaren ’60, alweer) de oerlelijke veel te hoge Antwerp Tower staat) (waar in nov 1944 een Duitse V2 onder de toevallige voorbijgangers en in de toevallig passerende tram een slachting aanricht - 157 doden – een tafereel dat ook opduikt in het beroemde Hubert Lampo boek “De komst van Joachim Stiller”)
- De schade die WOII aanbracht aan de belle époque overkapping van de “Spoorwegkathedraal” Antwerpen-Centraal, waardoor het station in de jaren ’50 in dusdanige slechte staat verkeerde dat het spook van de sloophamer wederom om de hoek kwam kijken
- Hoe de flamboyante ondernemer Georges Heylen een cinema-imperium in het hart van de stad uit de grond stampt (na de heropbouw van Cinema Rex in 1947, die op 16 dec 1944 ook een Duitse V2 moet incasseren – 567 doden – dus op een luttel paar honderd meter van de Teniersplaats …)
- Waarom de inwoners niet zo enthousiast waren over het Peter Benoit monument aan de Vlaamse Opera, later verplaatst naar het Harmoniepark
- Waarom de “Franklin Rooseveltplaats” “Franklin Rooseveltplaats” is genoemd, waarom die vroeger “Victorieplaats” noemde, en daarvoor “Gemeenteplaats” maar in de volksmond de “Geuzenhofkes” en hoe die er toen uitzag (en wat er toen zoal werd uitgespookt …)
- Waarom het Museum Aan de Stroom “het MAS” niet echt op “het Eilandje” is gelegen maar wel op de “Hanzestedenplaats”, en hoe het Hanzehuis door zijn sierlijkheid zelfs bij Napoleon zodanig in de smaak viel dat hij besloot het te sparen tijdens de uitbouw van de Antwerpse dokken, en wat de oorzaak is dat het dan toch verdwenen is
- Op het prachtige pittoreske Conscienceplein met de Carolus Borromeuskerk, dat in de tijd van mei ’68 door de hippies werd geclaimd (en later door de punkers) zijn ooit nog parkeerplaatsen geweest
- Net zoals op de Meir die grondig gewijzigd werd tot een permanente autoloze winkelwandelstraat n.a.v. Antwerpen Culturele Hoofdstad van Europa 1993, wat ons mijns inziens tot de meest memorabele Antwerpse metamorfoses brengt (die van de Meir) :
- 1. “Den Innovation” op de Meir was vroeger een modehuis van Leonard Tietz, bekend om de typische strohoeden met zwarte band (waarmee in zomertijden zeer enthousiast geflaneerd werd), waarvan het historische fin-de-siècle interieur verdwenen is, maar de prachtig uitgewerkte gevel gelukkig bewaard en beschermd is. Na WOI werd het succesvolle warenhuis in de ban gedaan (wegens ietsje té Duits …) en aangeslagen door het concern dat nu de Galeria Inno is. De laatste getuige is de gevelinscriptie die nu vandaag nog te lezen is boven het ionische fronton in de rechtervleugel van het pand : “Passage Tietz”
- 2. De Wapper was vroeger helemaal geen plein, maar een huizenblok met een smal doorsteekstraatje langs het Rubenshuis tussen de Meir en Hopland. Schuin tegenover het pand waar nu de 2de hands boekenwinkel De Slegte nog aanwezig is, staat de gerecupereerde rococo-gevel van het voormalige Hotel de Fraula dat tot in de jaren ’60 in de chique Keizerstraat gelegen was (ttz “chique” in de 17de eeuwse betekenis toen de wijk het “Beverly Hills” van Antwerpen was, maar waar nu nog altijd het meeste van de prachtige paleizen bewaard is gebleven). De toenmalige eigenaar van het in de jaren ’60 verlaten en verkommerde etablissement, de universiteit van Antwerpen, wou het laten slopen (!). Een gepassioneerde kenner Georges de Belder besloot de gevel op te kopen, deze te laten opmeten, de stenen te laten nummeren, en alles naar zijn domein in Kalmthout te laten overbrengen. In 1983 besloot de Generale Bank (nu BNP Paribas Fortis), als nieuwe eigenaar en medebouwheer aan de Wapper, om de gevel voor hun nieuw filiaal herop te bouwen.
- 3. Het had niet veel gescholen of de iconische “Den Boerentoren” op de Meirbrug werd in de jaren ’70 gesloopt (jawel, ook weer), ware het niet dat de druk van de publieke opinie de toren heeft gered. Het opvallende Art-Deco interieur waarin o.a. de lokettenzaal was opgetrokken is toen wél grotendeels verdwenen. De toren is er gekomen n.a.v. de 7de Olympiade in Antwerpen in 1920, het stadsbestuur wilde uitpakken met een moderne heropbouw van de stad (na WOI …) (net zoals het Atomium op de Heizel in Brussel er gekomen is n.a.v. de Wereldexpo in 1958). Het ontwerp van de toren werd geïnspireerd op de eigentijdse “moderne” wolkenkrabbers in Chicago en New York.
Volgens de achterflap is Tanguy Ottomer, zelf uit Antwerpen afkomstig, een gedegen stadsgids die via zijn bedrijf BeroepsBelg originele stadswandelingen en gidsenwerking aanbiedt, wat hem op veel lof komt te staan vanwege o.a. The NY Times, The Financial Times, en CNN (“one of the 7 savviest tour guides in the world”), en een titel vanwege Toerisme Vlaanderen tot beste toeristische ambassadeur (van Vlaanderen).
Voor de rasechte Antwerpenaar is dit boek beslist 5 sterren waard.
1
Reageer op deze recensie