Lezersrecensie
Zeer ingenieuze, spannende pageturner!
In Wilgeneiland van Gerwin van der Werf bijt de jonge Natan zich begin jaren negentig vast in een eigen onderzoek naar de geheimzinnige dood van kluizenaar Aalt zo’n tien jaar eerder. Dat gaat niet zonder slag of stoot mede door de gesloten gemeenschap in het kleine Oud Zweiland, gelegen aan een Hollandse veenplas genaamd de Zwarte Poel (met in het midden het eiland uit de titel). Zij houden buitenstaanders het liefst op de grootst mogelijke afstand. Dit boek wordt verteld door de ogen van 4 ontwortelde, kunstzinnige buitenstaanders die in dit gehucht terecht komen (Tom alias Jezus, Aalt de kluizenaar, Marie, dochter van een geadopteerde Koreaanse, en zoals gezegd Natan). Door de vernuftige perspectief wisselingen gedurende het boek wordt de lezer constant op het verkeerde been gezet in het hoe en waarom van de dood van Aalt. De enorme suspense blijft tot je het boek dichtklapt.
Dat laatste wordt nog versterkt door de stilistische saus waarin dit alles is gegoten. Van der Werf gebruikt korte en krachtige taal. Daarnaast echter, zijn zijn omschrijvingen van de natuur van zo’n schoonheid dat de Zwarte Poel en Oud Zweiland werkelijk tot leven komen voor je ogen en je je nog beter in de gemoedstoestand van de hoofdpersonages kunt verplaatsen: “ ...Wie op de Poeldijk staat waant zich vanzelf het middelpunt, het hele land strekt zich voor je uit, de hele zomer ligt aan je voeten. De dagen zijn warm en lang, het is de tijd van klaprozen en fluitenkruid, van de grutto’s die boven het weiland cirkelen om hun jongen te bewaken. Hij draait zich om naar het stille water, er dobberen eenden, futen, lelies en geheimen. ...”. Ook het dorpje lijkt wel een opzichzelfstaand personage die samen met de verloederende kerk langzaam ten onder lijkt te gaan door de (ver)zakkende veengrond: “...Op de kerktoren staat een gietijzeren kruis, het helt naar voren. Dat de toren zelf ook uit het lood staat zie je bijna niet. Het is de inklinkende bodem, zeggen ze, alles verzakt, ja alles verzakt hier, er is geen redden aan.”
De auteur combineert diverse thema’s zoals eenzaamheid, geloof vs bijgeloof, somberheid maar het gaat vooral om mensen die moeilijk kunnen aarden op deze planeet, zoals de auteur het zelf letterlijk omschrijft: “ ‘Sommige mensen zijn gewoon niet zo thuis in deze wereld’ zegt ze, alsof ze zijn gedachten heeft geraden.”
Dit zeggende, verwacht de lezer misschien één groot donker en somber boek maar dat is het zeker niet. Ja, je voelt de strijd die de hoofdpersonages leveren maar er zitten de nodige luchtige momenten en ingenieuze humor in verweven. Tel daarbij de perfect opgebouwde spanning en verrassingen in de plot die zorgen voor een heerlijke leeservaring in deze zeer vernuftig opgezette roman.
Op het omslag wordt vermeld dat van der Werf ‘een meesterverteller is’ met ‘een lekkere en zuivere stem’. Van tevoren neem ik zulke aanprijzingen vaak met een korreltje zout maar na lezing kan ik alleen maar beamen. Een boek dat me bij zal blijven. Chapeau!
Dat laatste wordt nog versterkt door de stilistische saus waarin dit alles is gegoten. Van der Werf gebruikt korte en krachtige taal. Daarnaast echter, zijn zijn omschrijvingen van de natuur van zo’n schoonheid dat de Zwarte Poel en Oud Zweiland werkelijk tot leven komen voor je ogen en je je nog beter in de gemoedstoestand van de hoofdpersonages kunt verplaatsen: “ ...Wie op de Poeldijk staat waant zich vanzelf het middelpunt, het hele land strekt zich voor je uit, de hele zomer ligt aan je voeten. De dagen zijn warm en lang, het is de tijd van klaprozen en fluitenkruid, van de grutto’s die boven het weiland cirkelen om hun jongen te bewaken. Hij draait zich om naar het stille water, er dobberen eenden, futen, lelies en geheimen. ...”. Ook het dorpje lijkt wel een opzichzelfstaand personage die samen met de verloederende kerk langzaam ten onder lijkt te gaan door de (ver)zakkende veengrond: “...Op de kerktoren staat een gietijzeren kruis, het helt naar voren. Dat de toren zelf ook uit het lood staat zie je bijna niet. Het is de inklinkende bodem, zeggen ze, alles verzakt, ja alles verzakt hier, er is geen redden aan.”
De auteur combineert diverse thema’s zoals eenzaamheid, geloof vs bijgeloof, somberheid maar het gaat vooral om mensen die moeilijk kunnen aarden op deze planeet, zoals de auteur het zelf letterlijk omschrijft: “ ‘Sommige mensen zijn gewoon niet zo thuis in deze wereld’ zegt ze, alsof ze zijn gedachten heeft geraden.”
Dit zeggende, verwacht de lezer misschien één groot donker en somber boek maar dat is het zeker niet. Ja, je voelt de strijd die de hoofdpersonages leveren maar er zitten de nodige luchtige momenten en ingenieuze humor in verweven. Tel daarbij de perfect opgebouwde spanning en verrassingen in de plot die zorgen voor een heerlijke leeservaring in deze zeer vernuftig opgezette roman.
Op het omslag wordt vermeld dat van der Werf ‘een meesterverteller is’ met ‘een lekkere en zuivere stem’. Van tevoren neem ik zulke aanprijzingen vaak met een korreltje zout maar na lezing kan ik alleen maar beamen. Een boek dat me bij zal blijven. Chapeau!
1
Reageer op deze recensie