Familiedrama dat qua verhaalcompositie oneindig lijkt
De roman Gevallen God van Kate Atkinson maakt bij lezing niet de indruk één samenhangend geheel te vormen. Dat komt doordat de schrijfster de gebeurtenissen en bedrijvigheden in haar verhaal te veel in de tijd heeft gesitueerd. Vanwege de tijdsfasering lijkt de chronologische volgorde van het relaas verstoord te zijn. De schrijfster opent het verhaal in 1944, springt terug naar Teddy's kindertijd in 1925, vervolgens gaat het relaas over naar 1980 en tot slot daalt het terug naar de onmiddellijke naoorlogse periode, in het heetst van de oorlog - en zo gaat het heen en weer.
In Gevallen God focust de schrijfster zich op haar lievelingsbroer Teddy, die tijdens de Tweede Wereldoorlog als RAF- piloot bommen boven Duitsland dropte. Lange tijd leefde de familie Todd in de veronderstelling dat hij bij een luchtaanval boven Neurenberg om het leven zou zijn gekomen, maar tegen alle verwachtingen in, na beëindiging van de oorlog terugkeerde uit het krijgsgevangenschap waarna hij tot op hoge leeftijd verder zou leven. Op het eerste gezicht lijkt Gevallen God eenvoudig van opzet maar toch is het een voortdurend heen en weer springen tussen de tijd. Uit het nawoord blijkt dat Kate Atkinson weloverwogen voor de Halifax bommenwerper koos omdat de Lancasters in haar ogen (en die van Teddy), na de oorlog geheel onterecht alle roem en glorie kregen.
Teddy had ook voor de oorlog een doorsnee baan als bankbediende en hield zich veelal aan zijn vaders voorschriften om veilig in het midden te blijven. Dat wat ook erg opspeelt in de beschrijving is dat je in een oorlog als bemanningslid van een bommenwerper meer hebt aan het betrouwbare soort á la Teddy, dan aan een piloot die onnodige risico’s neemt omwille van een kort moment van roem. Mede door zijn integriteit en karaktervastheid was Teddy erg geliefd onder zijn collega’s en later ook bij zijn kleinkinderen Sunny en Moon (Bertie), die vanwege de wispelturigheid van de ouders geen solide thuisbasis kenden. Teddy was weliswaar wat ouderwets, hij hield toch van het rustige leven dat hij zichzelf na de oorlog had beloofd; een bescheiden leven waarin hij zijn uiterste best zou doen om goed te zijn voor anderen. Hij was dan ook content met zijn werk als onderwijzer en later als journalist van een plaatselijk krantje. Teddy verkeerde in de waan dat hij vóór de oorlog Nancy kende maar ontdekte dat zij getransformeerd was tot een bron van verbazing. Hij had zelfs gehoopt, verwacht en erover gedroomd dat de kleefkracht tussen hen na hun huwelijk in intensiteit zou toenemen, desnoods in een vage Bijbelse betekenis, maar helaas bleek die verwachting ontsproten te zijn aan zijn droomzieke brein.
De schrijfster bezielt kleindochter Viola met karaktertrekken als nukkig, venijnig, resoluutheid met afkeer, humor en zelfs met plezier. Viola ontwikkelt zich tot een boze, ondankbare puber, die haar vader de vroege dood van haar moeder (en dat van onschuldige Duitse burgers) op het conto schrijft. In alles ageert ze tegen de onvermurwbare burgerlijkheid van de vader welke resulteert tot relaties met zwakke mannen en tot een aansluiting bij een veganistische commune, verder tot andere tegendraadse bewegingen. Ondertussen heeft zij ook weinig oog voor haar eigen kinderen. Viola’s onbegrijpelijke woede heeft wel degelijk een grondslag maar die komt pas veel later in een korte flits aan het licht.
Desalniettemin blijft zij zich niet provocerend profileren als het monster dat zich blijft openbaren. In 2012 ontaardt zij in een succesvolle schrijfster en verbaast zij haar oude vader met uitspraken die hij in diverse magazines tegenkomt. Misschien hadden de door haar zelf ingeslagen wegen haar milder, wijzer of zelfs vergevingsgezind gemaakt, of wie weet had het schrijven een zuiverende en helende werking op haar. Deze roman is haast in alle opzichten te vergelijken met Wuthering heights van de Britse schrijfster Emily Brontë, waarvan de verhaalcompositie oneindig lijkt te zijn.
Reageer op deze recensie