Meeslepend en intrigerend
George R(aymond) R(ichard) Martin − vier voornamen om het gemakkelijk te maken − is in Amerika een redelijk bekende naam. Hier kwam hij pas 'in the picture' met Het spel der tronen (1996), het eerste deel uit zijn cyclus fantasyverhalen Het lied van ijs en vuur, die voorlopig uit vijf boeken bestaat. Daarnaast schreef George R.R. Martin een tweede fantasycyclus van drie romans, een tiental verhalenbundels en zon zes romans. De Fevre Dream uit 1982 is een van de weinige uitstapjes buiten het fantasygenre.
Niet dat De Fevre Dream gespeend is van bovennatuurlijke krachten. Die worden dit keer echter geleverd door dat andere leger van bovenmenselijke krachtpatsers: de vampiers.
Vampiers zijn tegenwoordig weer in bloedvorm. Ze zijn het nieuwe zwart sinds het succes van 'True Blood' en hebben niets meer van dat oubollige uit de tijd van Bram Stoker en Dracula. Vampiers 2.1 zijn verleidelijk, geestig, slim en charmant maar des te dodelijker. De combinatie van het dier in de mens lijkt onweerstaanbaar. Ook Vlaams thrillerschrijver Kevin Valgaeren is met redelijk succes een vampierscyclus begonnen.
Dat een boek uit 1982 voor de Nederlandstalige markt wordt opgediept heeft dus alles te maken met de zoektocht naar goed materiaal over vampiers in deze nieuwe gouden periode. Komende van de schepper van Het spel der tronen lijkt dat geen risicovolle beslissing, daarmee zit George voor de rest van zijn leven gebeiteld.
Het pleit voor De Fevre Dream, ik zeg het meteen, dat het een sterke roman is. Nergens valt een spoor van desynchroniciteit te bekennen. De vampiers uit 1982 zijn even sterk en intrigerend als die van 2013, en dat is zowaar een prestatie voor een boek dat uit een tijdperk komt waarin het nog belachelijke pastiches en komedies op het thema vampier régende. Knoflook, spiegels en gespietste palen: het leek er onveranderlijk bij te horen.
Het helpt natuurlijk ook dat dit verhaal een balans inhoudt over het Goede en het Kwade, met hoofdletters, waarbij niets honderd procent het ene of het andere is. Daarvoor brengt George R.R. Martin drie sterke figuren naar voren. Vooraan staat kapitein Abner Marsh pal: een rivierman, zo lelijk als de nacht, maar met het hart op de juiste plaats. Iemand die geen praatjes maakt maar handelt in overeenstemming met zijn intuïtie en geweten. In het begin van het boek begeeft hij zich naar een 'blind date' met een mogelijke investeerder. We leren vrij vlug dat de vloot van Marsh zo goed als compleet is vergaan en al wat hem rest een kleine rivierboot is. Toch wil zakenman Joshua York hem een nieuwe boot bouwen, de snelste en grootste op de Mississippi, waarmee ze zich snel een reputatie kunnen maken en welvarend zullen worden. Alleen, en hier komt de Blauwbaard-encryptie te voorschijn, die éne daad die Marsh niet mag stellen is vragen stellen over het gedrag van Joshua en zijn vrienden.
Marsh is terecht wantrouwend, maar Joshua wint snel zijn vertrouwen. Marsh is maar wat trots dat hij straks de snelste stoomboot op de rivieren zal leiden. In het begin gaat alles prima: de handel floreert en een korte wedstrijd tegen een andere stomer maakt dat de reputatie van de Fevre Dream haar vooruitsnelt. De bestellingen stromen binnen. Maar al snel begint het gedrag van Joshua naast intrigerend ook hinderlijk te worden. De gewonnen tijd wordt verspeeld met het aanleggen aan onbeduidende aanlegplaatsen. De bemanning mort, de passagiers klagen en uiteindelijk gaat Marsh verhaal halen bij York. Het bekomt hem slecht. Wordt vervolgd vanaf pagina 120 of zo...
Daarnaast heb je het bloederige leidmotief van de vampier, gekoppeld aan de filosofie van Goed en Kwaad. De oeverloze zoektocht van Joshua York naar de bekering van alle vampiers tot het mensdom tegenover het monsterlijk opportunisme van Nemesis Damon Julian, de derde sterke figuur uit deze roman, vormt de motor van de intrige. Meer mag ik echt niet kwijt. De helft van het plezier is de eigen ontdekking.
Vedette van het verhaal is zeer zeker de voor ons onbekende locatie annex tijdsgeest. De wereld van stoomboten op de grote rivieren van Amerika is een verdwenen grandeur van stoom en kolen en hout en water. Het duurt niet lang voor je helemaal mee bent. Je leert het belang van een rivierloods kennen, je begrijpt hoe de handel in elkaar steekt en waarom snelheid belangrijk is. Je staat letterlijk mee op de brug van kapitein Marsh en je begrijpt zijn zorgen. Voor de lezer is dit een immens plezier.
Dit vampiersverhaal op een stoomboot van de Mississippi krijgt van mij vier sterren. Het is meeslepend en intrigerend, en twintig jaar na datum nog steeds aantrekkelijke lectuur. Het drinken van rode wijn bij het lezen wordt echter sterk ontraden.
Reageer op deze recensie