Hebban recensie
De introductie van een dubbelzijdige held
Het is 1952. In Oracabessa, Jamaica zit een man in zijn buitenverblijf. Hij is 43 jaar, rookt een sigaret en kijkt uit over een zonnige baai. Hij overpeinst zijn rijke verleden. Zes jaar bij de Britse geheime dienst, als journalist veel van de wereld gezien, veel plezier gehad met evenveel vrouwelijk schoon, een meer dan prima inkomen. Hij is er nog lang niet mee klaar. Maar ja, hij staat op het punt om te gaan trouwen. En er is een kind op komst.
Ian Fleming hield van zijn vrouw, maar had ook wel eens moeite met haar aanwezigheid. Hij was zijn vrijheid kwijt en dat was eigenlijk niet de bedoeling. Hij was op zoek naar iets waarin hij zijn gang kon gaan. Hij vond het in een verhaal over een onbetwistbare held. Een man die kon wat Fleming zelf niet meer kon. Een vrijgezelle man die vrij kon reizen over de wereld, voor wie alleen het beste goed genoeg was. En die kon flirten zoveel hij wilde. Een man met grootse daden en een saaie naam (geleend van de schrijver van een boek over Caribische vogels). Zo ontstond geheim agent James Bond. Het verhaal kreeg de naam Casino Royale.
In zijn eerste op schrift vastgelegde avontuur gaat geheim agent 007 de strijd aan met Sovjetagent LeChiffre. Ze ontmoeten elkaar in een Frans casino, waar Bond de pot wint. Door het handelen van femme fatale Vesper Llynd valt Bond later in handen van LeChiffre. Hij wordt op gruwelijke wijze gemarteld. Vreemd genoeg lijken de Russen zijn redders. Hierna moet hij afrekenen met Llynd, maar dat is moeilijker dan het lijkt nu ze voor elkaar gevallen zijn.
Casino Royale is een kort en krachtig Bond-verhaal dat dankzij de meeslepende verteltrant van Fleming (de Fleming Sweep) leest als een trein. We maken kennis met de twee kanten van Bond. De een is hard, duister en wreed. Het toont een bittere, meedogenloze en vrouwonvriendelijke Bond. De ander is zachter; het laat een Bond zien die langzaam ontdooit in de handen van een eveneens door het leven geharde vrouw. Een Bond die opmerkt dat hij het doden van zijn tegenstanders verafschuwt.
Bovenal is Casino Royale een boek dat alle ingrediënten van de successerie in zich heeft: een knappe held, een schone dame, een lelijke schurk en een spannende strijd. Het is voldoende geloofwaardig, maar heeft zijn kracht vooral te danken aan Flemings aandacht voor details. Bond gebruikt geen gewone aansteker, maar een zwart geëloxeerde Ronson. En hij drinkt geen champagne, maar een Taittinger Blanc de Blanc Brut uit 1943.
Flemings heerlijke debuut werd - met een redelijke trouw aan het boek - (pas) verfilmd in 2006. Daniel Craig speelde hierin voor het eerst de rol van James Bond.
Ian Fleming hield van zijn vrouw, maar had ook wel eens moeite met haar aanwezigheid. Hij was zijn vrijheid kwijt en dat was eigenlijk niet de bedoeling. Hij was op zoek naar iets waarin hij zijn gang kon gaan. Hij vond het in een verhaal over een onbetwistbare held. Een man die kon wat Fleming zelf niet meer kon. Een vrijgezelle man die vrij kon reizen over de wereld, voor wie alleen het beste goed genoeg was. En die kon flirten zoveel hij wilde. Een man met grootse daden en een saaie naam (geleend van de schrijver van een boek over Caribische vogels). Zo ontstond geheim agent James Bond. Het verhaal kreeg de naam Casino Royale.
In zijn eerste op schrift vastgelegde avontuur gaat geheim agent 007 de strijd aan met Sovjetagent LeChiffre. Ze ontmoeten elkaar in een Frans casino, waar Bond de pot wint. Door het handelen van femme fatale Vesper Llynd valt Bond later in handen van LeChiffre. Hij wordt op gruwelijke wijze gemarteld. Vreemd genoeg lijken de Russen zijn redders. Hierna moet hij afrekenen met Llynd, maar dat is moeilijker dan het lijkt nu ze voor elkaar gevallen zijn.
Casino Royale is een kort en krachtig Bond-verhaal dat dankzij de meeslepende verteltrant van Fleming (de Fleming Sweep) leest als een trein. We maken kennis met de twee kanten van Bond. De een is hard, duister en wreed. Het toont een bittere, meedogenloze en vrouwonvriendelijke Bond. De ander is zachter; het laat een Bond zien die langzaam ontdooit in de handen van een eveneens door het leven geharde vrouw. Een Bond die opmerkt dat hij het doden van zijn tegenstanders verafschuwt.
Bovenal is Casino Royale een boek dat alle ingrediënten van de successerie in zich heeft: een knappe held, een schone dame, een lelijke schurk en een spannende strijd. Het is voldoende geloofwaardig, maar heeft zijn kracht vooral te danken aan Flemings aandacht voor details. Bond gebruikt geen gewone aansteker, maar een zwart geëloxeerde Ronson. En hij drinkt geen champagne, maar een Taittinger Blanc de Blanc Brut uit 1943.
Flemings heerlijke debuut werd - met een redelijke trouw aan het boek - (pas) verfilmd in 2006. Daniel Craig speelde hierin voor het eerst de rol van James Bond.
1
Reageer op deze recensie