Het leven van alledag in minder alledaagse bewoordingen
Sylvia Witteman (1965) stopte haar studie Nederlands om haar echtgenoot, de journalist Philippe Remarque, te volgen in zijn loopbaan naar verre oorden. Berlijn, Moskou en Washington werden jarenlang bewoond door het tweetal. Daarna streken ze, verrijkt met een driekoppige kroost, neer in Amsterdam. Tot begin 2011 schreef Witteman een wekelijkse kookcolumn in de receptenrubriek ‘de Volkskeuken’ in de Volkskrant en publiceerde enkele kookboeken. Sinds 2005 schrijft ze een niet-culinaire column voor de Volkskrant. Daarnaast schrijft ze columns voor LINDA en Libelle. Haar schrijfsels werden verschillende malen gebundeld, Jullie zijn zelf gek is met andere woorden niet de eerste in de rij. Daarnaast verschenen er verschillende andere publicaties waaronder haar in 2010 verschenen Koken met Sylvia Witteman. De populaire komedie Soof is geïnspireerd op haar stukjes.
‘Het leven schotelt ons dagelijks ingewikkelde vraagstukken voor’ prijst de achterflap het boek aan, gevolgd door een opsomming van enkele vraagstukken die de revue zullen passeren. De vergelijking met vraagstukken, waarbij diepzinnigheid inherent is, is echter licht overtrokken. De verhalen zijn louter stukjes met leuke invalshoeken en bevatten in veel mindere mate de aangekondigde diepzinnige kwesties waar je als lezer de dag over zou kunnen blijven malen.
Daarnaast zijn de stukjes door, rond en over Witteman doorspekt met interpretaties. Witteman poneert meningen zonder dat men als lezer (een gehoorde) tegenwind of beaming kan geven. De informatie wordt bij de lezer binnen gelepeld en het enige dat men kan doen, is slikken. Het achter elkaar lezen van een bundeling stukjes is dan ook van het goede net iets teveel. Daar heeft ook de anti-cimax waarmee elke column lijkt te eindigen vast iets mee te maken. Afrondende one-liners die elke keer weer niet inslaan als een bom, kunnen bij de hoopvolle lezer een licht gevoel van ontgoocheling oproepen. Daarom is elke dag één column de gepaste hoeveelheid om Witteman leuk te blijven vinden. Waarom Wittemans’ echtgenoot, huidig hoofdredacteur van de Volkskrant, steevast weinig flaterend wordt opgevoerd als ‘huisgenoot P.’ is een open vraag. Misschien omdat het hip klinkt om casual te spreken over een mysterieuze man die tijdelijk onder hetzelfde dak vertoeft? Waarom een stevig (minder sexy klinkend?) huwelijksverband verbloemen? Tenslotte is het niet minder dan mooi om in onze huidige gebroken-gezinnen-inwisselbare liaisons-maatschappij al een kwart eeuw bij de liefde van je -meest vitale stuk van je- leven te vertoeven.
Een heel positieve noot is dat de schrijfster het gebruik van dure woorden niet schuwt. Hapklare teksten en boeken zonder uitdaging voor de lezer, zijn er immers al heel veel. In die rubriek passen de stukjes van Witteman in elk geval niet. Het verstoppen van minder frequent aangewende woorden als ‘parafernalia’ en ‘destillaat’ in handig leesbare, korte tekstjes over het leven van alledag die verschijnen in veel gelezen populistische media verdient een literaire volksprijs. Daarnaast staat het buiten kijf dat Witteman kan schrijven.
Voor wie houdt van leuke, korte verhaaltjes over het leven van alledag zonder lichtvoetigheid en met een taalgebruik op hoger niveau, is Jullie zijn zelf gek best een aanrader. Hou echter de volgende regel in acht: geniet maar lees met mate.
Reageer op deze recensie