Een relaas in alle eerlijkheid
Een groot deel van het non-fictie-genre verhaalt over een bijzondere en/of ingrijpende episode uit het leven van gewone mensen. Deze persoonlijke geschiedenis wordt vervolgens door diezelfde mensen neergeschreven zonder dat ze daarbij gehinderd worden door enige vorm van schrijftalent. Vreemd genoeg vinden deze epistels ook nog eens probleemloos hun weg naar uitgevers die het zonder al teveel investering op redigeervlak even enthousiast op de markt gooien. Dergelijke boeken bieden vaak wel een boeiend verhaal maar zijn dusdanig amateuristisch geschreven dat er veel van het eventuele leesplezier verloren gaat.
Dit is allerminst het geval bij Voor Siri van Judith Newman. Newman is dan ook geen leek wat schrijven betreft. Ze behaalde in 1984 een Masters of Arts graad in Engels en in Literatuurwetenschappen aan Columbia University en schijft sindsdien artikelen voor magazines, kranten en tijdschriften. Ook op boekenvlak was ze met Voor Siri niet aan haar proefstuk toe. In 1993 debuteerde ze met Bath (Chic Simple). To Siri with Love verscheen in augustus 2017. Terwijl ze eerder als een van de meest succesvolle hedendaagse freelance journalisten beschouwd werd, stuitte deze uitgave op heel wat weerstand.
In dit boek vertelt Newman over haar leven met Gus, haar autistische zoon. Dit doet ze zonder een blad voor de mond te nemen, zonder iets te verbloemen. In haar beschrijvingen van zowel gebeurtenissen als van haar eigen gevoelens en angsten is ze pijnlijk eerlijk. Deze openheid leidde tot de nodige controversie. In een bepaalde passage spreekt Newman haar bezorgdheid uit over Gus’ inabiliteit om voor een nakomeling te zorgen en daarom eist ze het beslissingsrecht op voor een eventuele sterilisatie na zijn achttiende verjaardag. Dit standpunt zorgde voor heel wat commotie in de autisme-gemeenschap, die prompt een campagne startte op Twitter om het boek te boycotten. Men oordeelde dat het boek niet alleen anti-autisme was, maar ook een inbreuk vormde op Gus’ privacy.
Nochtans staat Voor Siri ook stil bij de vragen en onzekerheden waarmee ouders van een autistisch kind te maken krijgen. En in die zin kan het juist een houvast betekenen. Leven met een autistisch kind is namelijk geen rozengeur en maneschijn; Newman maakt er geen geromantiseerd verhaal van. Ze geeft toe dat het soms hard labour is, af en toe vervelend en vaak onbegrijpelijk. Hierover vertelt ze met de nodige zelfrelativering en met een flinke portie humor.
‘Onlangs stonden Gus en ik boven aan een heel steile roltrap neer te kijken op de hoofden van mensen.
“Mama, kijk dan hoe mooi,” zegt Gus verrukt. “Kijk dan!”
Ik zie mensen op een roltrap. Misschien moeten er paddo’s aan te pas komen om te kunnen zien wat hij ziet.’
Daarnaast staat haar oneindige liefde voor Gus en zijn tweelingbroer (zonder ASS) steeds op de voorgrond, want geen van beide kinderen zou ze ooit willen missen. En met Siri, de virtuele assistente van Apple die geduldig elke vraag van Gus’ eindeloze vragenstroom beantwoordt, wordt het leven in huize Newman net dat tikkeltje relaxter.
Voor Siri is een vlot leesbaar, goed geschreven boek over een intrigerende, vaak onbegrijpelijke aandoening. Wie hoopt een duidelijk, eenvormig beeld te krijgen van personen met ASS is er echter aan voor de moeite. Daarvoor is ASS net iets te complex en dit boek niet wetenschappelijk genoeg. Wel maakt het ASS op respectvolle wijze bevattelijker. Aangenaam leesvoer. Leerrijk voor wie dat wil. Controversieel voor sommigen.
Reageer op deze recensie