Het testament van een elfjarige
Loop nooit weg zonder helm is de derde roman van de Franse auteur Camille Bordas. De eerste twee boeken vielen in de prijzen, voor deze derde geldt dat niet. Interessant is dat de originele titel How To Behave in a Crowd is. Beide titels zeggen iets over de belevingswereld van de hoofdpersoon Isidore Mazal, elf jaar oud. Hij is de jongste thuis en zijn drie zussen en twee broers zijn superintelligent. Ze hebben allemaal een klas overgeslagen en stuk voor stuk werken ze aan een proefschrift. Ze zijn allemaal behoorlijk vol van zichzelf. Zijn zus Simone wil dat Isidore een biografie over haar schrijft. Ze draagt hem op om altijd een opschrijfboekje bij zich te dragen voor het geval ze iets interessants zegt.
Isidore heeft niet de talenten van zijn broers en zussen. Hij heeft een dusdanig slecht ruimtelijk inzicht dat hij nooit heeft begrepen welke kamer boven de keuken ligt. En zo zijn er meer dingen die hij niet zo goed begrijpt. Toen hij jonger was dacht hij bijvoorbeeld dat acteurs alle talen spreken en dat ze de nasynchronisatie zelf doen. Zijn moeder vindt zijn broers en zussen niet avontuurlijk genoeg, waardoor Isidore er alles aan doet om dat wel te zijn, zodat hij ook eens ergens goed in is. Daarom probeert hij verschillende keren om van huis weg te lopen, maar slaagt hij er nooit in. Onder andere omdat hij op een gegeven moment zijn fietshelm vergeet.
De oorspronkelijke titel slaat op het feit dat Isidore op een gegeven moment tijdens een feest observeert hoe iedereen zich gedraagt. Hij is er voortdurend mee bezig om te proberen de wereld te begrijpen. En hij doet zijn uiterste best om goed te handelen. Hij houdt al vanaf zijn achtste een testament bij waarin staat wie zijn bureaulamp en potloodbeker krijgt. Zijn beschouwingen zijn soms erg afstandelijk; ‘Ik hield van ons gezin (…) het leken me nette mensen.’ Hij vat alles nogal letterlijk op maar is ook heel gevoelig. Wat betreft emotionele intelligentie is Isidore meer ontwikkeld dan zijn broers en zussen. Zij luchten hun hart bij hun jongste broertje want die stelt oprechte vragen, in tegenstelling tot de rest onderling.
Er zit veel humor in het verhaal (vertaald door Gertrud Maes) en tegelijkertijd is het ontroerend om een kijkje te krijgen in het hoofd van Isidore. Die combinatie is knap gedaan van de auteur. Maar verder blijft het verhaal wat oppervlakkig. Het kabbelt voort en is zeker vermakelijk maar ook niet meer dan dat. Er is geen sprake van mooi, poëtisch taalgebruik, er zitten geen interessante perspectiefwisselingen in of tijdsprongen. Het is een rechttoe rechtaan verhaal en dat past ook wel bij de manier waarop Isidore nadenkt over de dingen. Maar dit boek gaat je leven niet veranderen. En dat hoeft ook niet.
Reageer op deze recensie