Met Postscriptum voldoet Pieter Aspe alweer voor het volle pond aan de onveranderlijke verwachtingen van 'zijn' publiek...
In Vlaanderen is Pieter Aspe ongeveer even beroemd als Eddy Merckx, hem nog voorstellen zou dus bijna een belediging zijn. Voor de Nederlandse lezers die Aspe niet kennen zal de volgende vergelijking helpen: denk aan Appie Baantjer en zijn inspecteur De Cock, en je hebt Pieter Aspe en zijn inspecteur Van In. Het kader is meteen duidelijk: ongecompliceerde rechttoe rechtaan verhalen met een hele rits vaste ingrediënten en met personages wier dagelijkse gewoontes zo vast en voorspelbaar zijn dat ze de saaiheid overstijgen. Tenminste, dat is hoe de uitgebreide schare hondstrouwe fans erover zal denken. Voor de meeste andere lezers valt te vrezen dat alleen 'saaiheid' het kenmerkende kernwoord zal blijven. Met Postscriptum voldoet Pieter Aspe alweer voor het volle pond aan de onveranderlijke verwachtingen van 'zijn' publiek...
Jean-Pierre Vandamme is te voet onderweg naar Santiago de Compostela, maar halverwege zijn pelgrimstocht wordt hij in Frankrijk vermoord. In Brugge krijgt inspecteur Van In bezoek van Vandamme's vriendin Livia, die hem smeekt de woning van haar vriend te verzegelen zodat de familie niet aan de haal kan gaan met een enorme voorraad goud die daar in de kluis zit. Vandamme heeft het goud geërfd van zijn oom die ooit een berucht huurlingenleider was tijdens de onafhankelijkheidsstrijd van Belgisch Kongo. Als Van In uiteindelijk een kijkje gaat nemen, is er echter geen goud te vinden. Enkele dagen later wordt ook Livia vermoord. Het onderzoek verloopt stroef en er komen meer vragen dan antwoorden. Wat is het verband met de ontsnapping van de gewelddadige gangster Mad Max uit de Brugse gevangenis, waarom wordt Van In tegengewerkt door de stafhouder van de Brugse balie, en wat betekent het postscriptum in een van de geschriften van de oom, waarin hij verwijst naar de thriller De gesloten kamer van Sjöwall en Wahlöö? Van In dreigt met zijn onderzoek een stinkende pot uit het koloniale verleden open te wrikken, en dat zien een aantal mensen uit de omgeving van Vandamme liever niet gebeuren.
Thrillerfans die opleven bij diepgaande psychologische ontrafelingen van personages of die het moeten hebben van ingewikkelde plots, fijnzinnig onderzoek en ernstig denkwerk, verrassende wendingen en secundaire verhaallijnen, zullen bij Aspe hun gading niet vinden. En wie bij het lezen van een thriller ook graag wat literaire meerwaarde meekrijgt zal ook niet in extase raken. De lezers van Aspe willen zekerheid en eenvoud, en die krijgen ze, telkens weer en dus ook in deze thriller: een rechtlijnig verhaal, een duidelijke plot met spanning, af en toe een vleugje propere seks, een inspecteur Van In die op tijd zijn Duvel drinkt en zijn norse stemming van vandaag afwisselt met een nog norsere stemming morgen, een ernstige, plichtsgetrouwe onderzoekrechter Hannelore Martens (de echtgenote van Van In) die op tijd en stond een aanval van oncontroleerbare geilheid krijgt, enz. En als Van In tussendoor eens stevig afgeeft op het "zootje franskiljons" dan zijn vooral de Vlaamse fans helemaal in de wolken.
Is dit nu denigrerend bedoeld? Absoluut niet. Pieter Aspe voldoet aan een behoefte. Hij heeft een stijl ontwikkeld waarmee hij een hele groep mensen aan het lezen heeft gekregen - en aan het lezen houdt - die daar anders misschien nooit zou aan begonnen zijn. Dat kunnen we alleen maar toejuichen.
Reageer op deze recensie