Heimwee naar de Koude Oorlog
‘Miste hij de Muur? Er was zoveel wat je destijds niet hoefde te zien. De propaganda gaf een zekere gemoedsrust; de prozac van het Realsozialismus. Ja, hij miste de Muur. Zolang die er had gestaan, was hij een held geweest, in zijn ogen tenminste.’
Aan het woord is Ludwig Licht, in een vorig leven Stasi-agent en CIA-informant in Oost-Berlijn. Nu is hij uitbater van een kroeg, worstelt hij met een drankprobleem en wordt hij af en toe ingehuurd door een oude bekende van de CIA voor klussen die beter buiten de officiële circuits kunnen blijven. Deze CIA-man, Cliver Berner, heeft zo zijn eigen kijk op de ontwikkelingen in de wereld. Zoals hij het omschrijft:
‘Alles is zo vaag tegenwoordig. Vroeger had je een witte zone, dat waren wij, een zwarte zone met de communisten en dan nog een derde zone waar het conflict zich afspeelde. Maar nu? […] Nu is er maar één zone, en die is zo grijs als de darmen van een ontploft varken.’
Het moge duidelijk zijn, beide mannen hebben heimwee naar de tijd waarin ze een duidelijke rol hadden en hun uiterste best deden om hun versie van de waarheid te verdedigen. Maar die tijd, de tijd van de Koude Oorlog, is voorbij en hun rol is uitgespeeld. Of toch niet? Ludwig piekert over ‘… de jaren negentig, de donkerste periode uit zijn leven: het einde van een tijdperk, open ruimtes, samenwerking en wederzijds begrip en consensus. Alles werd weer als vanouds toen de Twin Towers op Manhattan instortten. De tussenperiode was voorbij. De werkelijkheid kwam weer op gang. Op volle kracht achteruit.’
Terug naar de Koude Oorlog dus. En terug naar de spionagethrillers die geworteld zijn in die tijd. Thomas Engström blaast dat genre nieuw leven in, op 21e eeuwse wijze. De aanleiding voor het verhaal, de moord op een paar Amerikanen in Marrakech, speelt zich eigenlijk op de achtergrond af. Er is een getuige die meer informatie heeft, en die zich in Duitsland bevindt. Het is aan Licht om haar af te schermen van andere partijen die wellicht ook met haar willen spreken. Het duurt vrij lang voordat duidelijk wordt hoe dit gegeven relevant is voor het verhaal. Pas tegen het eind wordt het echt interessant, wanneer de ontknoping de vraag opwerpt wie precies de vijand is, hoe ver je wilt, mag en kunt gaan om de vrijheid te beschermen, en hoe je daarbij om wilt gaan met de waarheid.
Engström zet een sterke start neer voor de rest van zijn serie, aangekondigd als het Ludwig Licht-kwartet. Die volgen vlot op elkaar in april, juli en oktober van dit jaar. Lichts achtergrond als ‘foute Stasi-agent’ is interessant, en hij krijgt voldoende diepgang mee. Hopelijk lukt het Engström in de volgende delen om ook de andere personages van wat meer kleur te voorzien, want zij zijn soms nog wat vlak. Hetzelfde geldt voor de omgeving: er is meer te halen uit de beschrijvingen van Berlijn, die zich nu nog wat beperken tot de directe woonomgeving van Licht, in Kreuzberg.
Al met al wordt het interessant om te zien hoe het verder zal gaan met Ludwig Licht, en hoe hij zich verder staande zal houden in dit grimmige speelveld, op het 21e eeuwse snijvlak van oost en west.
Reageer op deze recensie