Venetiaanse sfeeromschrijvingen
Hoe blijf je ideeën krijgen als je al tientallen boeken over hetzelfde hoofdpersonage schrijft? De Amerikaanse auteur Donna Leon neemt haar lezers al jaren mee in de avonturen van commissario Guido Brunetti, zo ook in het 26ste deel Wat niet verdwijnt. In een interview met de Britse krant The Guardian vertelde Leon dat Brunetti best wat grimmiger is geworden doordat ze in intellectueel opzicht de wereld zelf door een donkerdere bril is gaan bekijken. En dat komt onder andere door het ontkennen van klimaatverandering, waarover ze zegt:
‘Politiek interesseert me niet, behalve de impact die het heeft op ecologie. Het lijkt erop dat steeds meer mensen in machtsposities hebben besloten dat ze zich hier niet druk om willen maken, dat de opwarming van de aarde maar lastig is en ze er daarom niet over willen praten. Het verbaast me dat mensen met kinderen zich niet bewapenen. Ik kan de passiviteit van mensen in het aangezicht hiervan niet begrijpen… ik raak er geprikkeld door.’
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Leon haar boeken aangrijpt om dit soort maatschappelijke thema’s aan de kaak te stellen. In Wat niet verdwijnt neemt Brunetti een paar weken pauze van zijn werk na een incident met een verdachte. Hij raakt bevriend met een oude vriend van zijn vader en is geschokt als deze oude vriend plots dood wordt gevonden. En hoewel dit ook allemaal op de achterflap van het boek staat beschreven, gebeurt dit cruciale punt pas vrij laat in het boek. Voor die tijd leest het boek daardoor ook meer als een roman dan als een thriller.
Overigens is Wat niet verdwijnt mede door juist dit romanaspect prima als alleenstaand boek te lezen, ook al zijn hiervoor al 25 boeken geschreven met Brunetti in de hoofdrol. Ja, je mist natuurlijk een stukje geschiedenis en wellicht zijn bepaalde keuzes van Brunetti logischer als je die thrillers hebt gelezen, maar omdat het grootste deel van het boek zich afspeelt op een eiland met personages die Brunetti ook niet kende, valt het mee hoeveel je mist. Verwarrender is dat de meeste achternamen op -i eindigen, waardoor je soms goed op moet letten wie wie ook alweer is, vooral als je niet goed bent in het onthouden van namen.
Lees deze thriller niet door constant op het puntje van je stoel te zitten, en lees het wel voor mooie sfeerbeschrijvingen over het Venetiaanse leven en de omgeving. De vertaler, Lilian Schreuder, heeft er ook goed aan gedaan om sommige Italiaanse woorden onveranderd te laten, waardoor je je net iets meer in Italië waant. Daar moet wel bij gezegd worden: in sommige gevallen kan het ook wat storen, zoals het woord ‘telefonino’ dat in de verder vrij nuchtere Nederlandse taal bijna een beetje kinderachtig overkomt.
Reageer op deze recensie