Lezersrecensie
Een bijzondere hervertelling
O Pinokkio vertelt het bekende verhaal van de jongen van hout, een marionet die gemaakt is door zijn vader en die een neus heeft die groeit als hij liegt. Imme Dros heeft het Italiaanse verhaal van Carlo Collodi uit 1883 bewerkt en er een eigen versie van gemaakt. Wat deze editie vooral uniek maakt, zijn de bijzondere illustraties van Carll Cneut.
In O Pinokkio maakt de oude Geppetto speelgoed van hout. Als hij speelgoed wil maken van een stuk pijnboomhout, begint het hout te gillen. Het doet zeer als Geppetto er met zijn hamer op tikt. Als hij verder gaat met het bewerken van het hout, wordt er uit het hout een marionet gemaakt. Alleen deze marionet leeft! Geppetto noemt hem Pinokkio. Hij is nogal ondeugend en moet alles nog leren. Als hij de volgende dag naar school gaat, komt hij langs het marionettentheater. Hij ruilt zijn abc-boek voor een kaartje en vanaf dat moment komt hij erachter hoe het leven in elkaar steekt en dat niet iedereen het beste met hem voor heeft.
Imme Dros (1963) is in de Nederlandse jeugdliteratuur een bekende schrijfster en vertaalster. Tijdens haar studie Nederlands ontmoette ze haar echtgenoot Harrie Geelen. Ze zouden later een goed duo vormen, Dros schreef en Geelen illustreerde. In 1971 schreef Dros haar eerste boek, daarna volgden vele Griffels. In 2003 ontving ze de Theo Thijssenprijs voor haar gehele oeuvre. Dros vindt het fijn om kinderboeken te maken: ‘Kinderboeken zijn kort, daarom maak ik die graag. Ik hou niet zo van beschrijvingen.’
Carll Cneut (1969) studeerde grafische vormgeving en begon in 1996 met het illustreren van kinderboeken. In 2002 verscheen zijn eerste prentenboek Het ongelooflijke liefdesverhaal van Heer Morf. Daarna illustreerde hij nog veel meer boeken. Een van de bekendste is Het geheim van de keel van de nachtegaal (met tekst van Peter Verhelst). Met zijn werk wil Cneut de ‘fantasie van de lezer prikkelen en hem stimuleren om de prenten te interpreteren en open ruimtes in te vullen’.
Dat Dros niet van beschrijvingen houdt, is ook goed te merken in O Pinokkio. Dros vertelt met name wat Pinokkio meemaakt. Hoe dat eruit ziet, is terug te zien in de illustraties van Cneut. Dit komt ook doordat Dros deze versie van Pinokkio schreef voor een familievoorstelling van Het Balletorkest in 2020. Dros herschreef de tekst voor deze uitgave in boekvorm.
Deze versie is iets minder luguber dan het origineel, waardoor het voor wat jongere kinderen ook te lezen is. Het kan dan alsnog wel wat griezelig en eng zijn, want Pinokkio wordt bedrogen en bestolen. Ook wordt hij opgehangen en rekt hij helemaal uit. Dit is ook terug te zien in de illustraties.
Cneut werkte vier jaar aan de illustraties van O Pinokkio. De beelden zijn bijzonder en ietwat vreemd, kenmerkend voor de stijl van Cneut. De meeste illustraties zijn in kleur en paginagroot. Daarnaast zijn er ook zwart-wit beelden, die er wat schetsmatig uitzien. In de gekleurde tekeningen is goed te zien dat Cneut vaak start vanuit een archetypisch figuur en daarom heen het andere beeld maakt. De personages zijn vaak heel gedetailleerd, maar het beeld eromheen is abstract en bestaat soms uit grote, gekleurde vlakken. Cneut vertelt: “Nieuw in O Pinokkio zijn bijvoorbeeld de grote, rode kleurvlakken en de vele onafgewerkte figuurtjes.” Dit zorgt ervoor dat je focus naar de hoofdpersonages van de illustraties wordt getrokken. Het brengt ook een bijzonder contrast tussen de personages en de achtergrond.
In O Pinokkio zorgen Imme Dros en Carll Cneut er samen voor dat het verhaal over de houten marionet tot leven komt. Dros brengt de tekst van het verhaal helder en duidelijk over en de illustraties van Cneut zorgen ervoor dat deze editie eruit springt.
In O Pinokkio maakt de oude Geppetto speelgoed van hout. Als hij speelgoed wil maken van een stuk pijnboomhout, begint het hout te gillen. Het doet zeer als Geppetto er met zijn hamer op tikt. Als hij verder gaat met het bewerken van het hout, wordt er uit het hout een marionet gemaakt. Alleen deze marionet leeft! Geppetto noemt hem Pinokkio. Hij is nogal ondeugend en moet alles nog leren. Als hij de volgende dag naar school gaat, komt hij langs het marionettentheater. Hij ruilt zijn abc-boek voor een kaartje en vanaf dat moment komt hij erachter hoe het leven in elkaar steekt en dat niet iedereen het beste met hem voor heeft.
Imme Dros (1963) is in de Nederlandse jeugdliteratuur een bekende schrijfster en vertaalster. Tijdens haar studie Nederlands ontmoette ze haar echtgenoot Harrie Geelen. Ze zouden later een goed duo vormen, Dros schreef en Geelen illustreerde. In 1971 schreef Dros haar eerste boek, daarna volgden vele Griffels. In 2003 ontving ze de Theo Thijssenprijs voor haar gehele oeuvre. Dros vindt het fijn om kinderboeken te maken: ‘Kinderboeken zijn kort, daarom maak ik die graag. Ik hou niet zo van beschrijvingen.’
Carll Cneut (1969) studeerde grafische vormgeving en begon in 1996 met het illustreren van kinderboeken. In 2002 verscheen zijn eerste prentenboek Het ongelooflijke liefdesverhaal van Heer Morf. Daarna illustreerde hij nog veel meer boeken. Een van de bekendste is Het geheim van de keel van de nachtegaal (met tekst van Peter Verhelst). Met zijn werk wil Cneut de ‘fantasie van de lezer prikkelen en hem stimuleren om de prenten te interpreteren en open ruimtes in te vullen’.
Dat Dros niet van beschrijvingen houdt, is ook goed te merken in O Pinokkio. Dros vertelt met name wat Pinokkio meemaakt. Hoe dat eruit ziet, is terug te zien in de illustraties van Cneut. Dit komt ook doordat Dros deze versie van Pinokkio schreef voor een familievoorstelling van Het Balletorkest in 2020. Dros herschreef de tekst voor deze uitgave in boekvorm.
Deze versie is iets minder luguber dan het origineel, waardoor het voor wat jongere kinderen ook te lezen is. Het kan dan alsnog wel wat griezelig en eng zijn, want Pinokkio wordt bedrogen en bestolen. Ook wordt hij opgehangen en rekt hij helemaal uit. Dit is ook terug te zien in de illustraties.
Cneut werkte vier jaar aan de illustraties van O Pinokkio. De beelden zijn bijzonder en ietwat vreemd, kenmerkend voor de stijl van Cneut. De meeste illustraties zijn in kleur en paginagroot. Daarnaast zijn er ook zwart-wit beelden, die er wat schetsmatig uitzien. In de gekleurde tekeningen is goed te zien dat Cneut vaak start vanuit een archetypisch figuur en daarom heen het andere beeld maakt. De personages zijn vaak heel gedetailleerd, maar het beeld eromheen is abstract en bestaat soms uit grote, gekleurde vlakken. Cneut vertelt: “Nieuw in O Pinokkio zijn bijvoorbeeld de grote, rode kleurvlakken en de vele onafgewerkte figuurtjes.” Dit zorgt ervoor dat je focus naar de hoofdpersonages van de illustraties wordt getrokken. Het brengt ook een bijzonder contrast tussen de personages en de achtergrond.
In O Pinokkio zorgen Imme Dros en Carll Cneut er samen voor dat het verhaal over de houten marionet tot leven komt. Dros brengt de tekst van het verhaal helder en duidelijk over en de illustraties van Cneut zorgen ervoor dat deze editie eruit springt.
1
Reageer op deze recensie