Een prachtig prentenboek om bij weg te dromen
Aron is met zijn vader op weg naar huis. Aanvankelijk stil en teruggetrokken begint hij schoorvoetend en timide te vertellen over zijn schooldag. Ze hebben het in de klas gehad over later, over wat je wilt worden als je groot bent. Alleen heeft Aron geen idee wat bij hem past. Er ontstaat een waardevol gesprek tussen Aron en zijn vader, over denkers en over doeners. Maar als je geen van beide bent, wat ben je dan wel?
Mark Janssen (1974) werkte sinds zijn afstuderen als illustrator aan meer dan 400 boeken voor diverse uitgeverijen. Zo verzorgde hij onder andere de illustraties bij de verhalen van Marianne Busser & Ron Schröder, Sanne Rooseboom en Tiny Fisscher. In 2016 verscheen het eerste boek dat hij volledig zelf schreef en illustreerde, waarna succesvolle en soms woordloze prentenboeken als Eiland, Dino’s bestaan niet, Raar en Altijd dichtbij volgden.
In Dromer, het prentenboek ter ere van de Kinderboekenweek van 2021, zet Janssen wederom zijn unieke dromerige stijl in. Pagina’s vol prenten in de meest uiteenlopende kleurtinten en schakeringen sieren het boek. Met een aquareltechniek is de achtergrond zacht en lief afgebeeld, terwijl Aron, zijn vader en de auto veel gedetailleerder, maar even fijn en kleurrijk zijn geïllustreerd. De dennenbomen torenen hoog boven Aron uit en als een roofvogel hangend in de lucht ziet de lezer het tafereel onder zich voltrekken om steeds verder het boek ingezogen te worden.
Naast de prenten is er ook ruimte voor het geschreven woord. Elke pagina bevat een kleine hoeveelheid tekst die lezers zou moeten begeleiden bij wat ze zien. Maar wanneer de illustraties het bijna voor elkaar hebben je op te slokken in een dromerige wereld, wordt Aron ineens helder en zijn het woorden die de lezer wekken. Op het punt dat Janssen het pad van gelijkheid en diversiteit lijkt in te willen slaan, gebeurt dat uiteindelijk toch niet. En dat is jammer. Het zorgt voor een onderbreking en verwarring tijdens het lezen. De veilige bubbel die bijna was bereikt, spat uiteen. Met een makkelijk 'iedereen is gelijk, maar toch ook heel anders' gaat het verhaal onverstoorbaar verder. Gelukkig krijgt de betoverende illustratiestijl van Janssen de lezer niet veel later toch volledig in zijn greep.
Als de ondergaande zon de boomtoppen langzaam rood kleuren en de gedachten van Aron wegdwalen, verschijnen heel voorzichtig bijzondere wezens in het verhaal. Eerst nog verborgen achter bomen of in de weerspiegeling van het water, al snel zijn ze steeds brutaler en nemen ze hele pagina’s over. Wie goed kijkt, zal de meest bijzondere dieren zien en bij een tweede, derde of vijftiende keer ongetwijfeld weer nieuwe figuren weten te spotten. En daardoor is Dromer een prachtig prentenboek voor jongere lezertjes, die hun ongetemde fantasie nog alle kanten op kunnen laten gaan. Helemaal omdat veel van hen zich zullen herkennen in Aron en zijn gedachtenwereld. Misschien zelfs wel die denkers en die doeners. Want zit niet in iedereen een dromer verscholen?
Tekstueel gezien kent Dromer wellicht wat minder diepgang, maar de prenten zijn fabuleus. Duidelijk wordt dat er niet altijd woorden nodig zijn om een verhaal te vertellen. En beeldtaal verstaat Janssen gelukkig maar al te goed, met een prachtig kijkboek tot gevolg. Het hele boek, inclusief het nawoord dat tientallen iconische dromers bevat, is een ode aan alle mensen met een creatieve geest. Te hopen is dat Dromer voor velen een inspiratiebron mag zijn, zodat de wereld – later als het groot is – een flink aantal dromers rijker is.
Reageer op deze recensie