Zouteloze vertelling
De liefde voor je kinderen en de angst ze te verliezen, vormt het thema in Ik tel tot tien. Auteur Linda Green publiceerde eerder verschillende romans. Ik tel tot tien is haar eerst vertaalde werk naar het Nederlands door Yolande Ligterink.
Lisa speelt met haar vierjarige dochter Ella verstoppertje in het park. Op het moment dat Lisa zich na het tellen omdraait om Ella te gaan zoeken, kan ze haar niet vinden. Lisa zoekt rustig verder tot het moment dat ze niet meer kan ontkennen dat Ella nergens te vinden is. De politie neemt de vermissing direct serieus en stelt alles in het werk om Ella te vinden. Terwijl haar familie in gekmakende onzekerheid verkeert over haar lot, blijkt er geen spoor van haar of van de dader te vinden.
Linda Green kiest voor haar thriller een thema dat onderwerp is in talloze boeken en films. Dat hoeft niet hinderlijk te zijn, mits de wijze waarop er invulling aan wordt gegeven dat wel is of in ieder geval boeiend is. Juist daar slaagt Green niet in. De vermissing van Ella blijft 333 bladzijden lang een vlak verhaal, waarin de ouders (en ook de lezer) nergens opveren in de hoop dat er positieve ontwikkelingen in de opsporing zijn. De rookgordijntjes die worden opgeworpen, kunnen niet serieus worden genomen.
Doordat de personages niet bijzonder worden uitgediept, is het moeilijk je in te leven in Lisa. Vader Alex wordt door de auteur, maar ook door Lisa een bijrol toebedeeld. Het is daarentegen wel duidelijk dat de dader een persoon is die er bijzondere en afwijkende denkwijzen op nahoudt, maar hoe is diegene zo geworden? Dat toelichten zou zeker een interessante bijdrage hebben geleverd. De rol van de politie speelt op de achtergrond, als lezer krijg je daar weinig van mee. Een inkijk in het politieonderzoek had het verhaal interessanter gemaakt.
Vanuit de perspectieven van de moeder en de dader lezen we over de periode tussen vermissing en ontknoping. Na de vermissing van Ella, waarvan gelijk wel duidelijk is dat het om een ontvoering gaat, wordt al heel snel weggegeven wie de dader is en waar Ella is. Twee verhaallijnen die Green pas op het allerlaatste moment op een gemakkelijke en op toeval berustende manier samenbrengt, terwijl de lezer in een veel eerder stadium het verband al kan doorzien. Het gevolg is een boek dat zonder spanning voortkabbelt en waarbij de lezer zijn tijd moet uitzitten.
Een kinderontvoering is bij uitstek een gebeurtenis die erom vraagt psychologisch haarfijn te worden uitgediept en rauwe emoties te beschrijven die je als lezer raken. Dit is dan ook het grootste manco in Ik tel tot tien. De auteur heeft getracht dit te doen, maar het eenvoudige taalgebruik schiet hierin te kort: 'Ik bel Alex nog eens, maar ik krijg meteen de voicemail. (…) Hij denkt nog steeds dat dit grappig is. Hij heeft geen idee dat het helemaal niet leuk meer is.'
Ik tel tot tien zal best wat lezers aanspreken, doordat de ontvoering van een kind dermate tot de verbeelding spreekt dat mensen zich gemakkelijk met het lot van de ouders kunnen vereenzelvigen. Echter, het verhaal mist pit en laat schrijftechnisch veel te wensen over.
Reageer op deze recensie