Veelbelovend verhaal in slechte vertaling
In Het jaar van de plaag heeft een machineplaag – een nanotech-virus – bijna vijf miljard mensen uitgeroeid. De nanotech lijkt geprogrammeerd om zich boven een hoogte van 3048 te vernietigen, dus de overlevenden hebben zich gegroepeerd op de hoogste bergen. De tijd brengt de overlevenden steeds dichterbij de dood, aangezien eten, water, stookmateriaal en veiligheid steeds schaarser worden.
Een deel van de wereld kijkt naar een vooraanstaande nanotech-onderzoekster aan boord van het ISS. Ze hopen dat zij de plaag kan vernietigen. Een ander deel van de wereld is vervallen tot kleine eilandjes, zonder onderling contact. Een kleine groep overlevenden in Californië waagt zich – met de ogen gericht op een andere, grotere bergtop met een radio – aan een reis onder de hoogtegrens, waar de plaag in volle kracht heerst.
Sterk begin, goede sfeer
Het jaar van de plaag begint zeer sterk. De claustrofobische, donkere sfeer met amper lichtpuntjes is sterk neergezet, terwijl je meekijkt met Cam, een van de kleine groep overlevenden in Californië. De mens wordt in al zijn facetten geschetst en de meeste zijn – onder zulke omstandigheden – niet zo mooi. Nadat Cams situatie en de mensen om hem heen – en hun onderlinge verhoudingen – zijn geschetst, vertelt Carlson verder vanuit Ruth Goldman, de nanotech-onderzoekster aan boord van het ISS. Doordat zij totaal anders dan Cam is en in een andere situatie zit, is haar manier van vertellen ook anders. Zaken die al voor de oplettende lezer duidelijk zijn, worden door Ruth expliciet herhaald of benadrukt. Daarnaast wordt alles met zoveel afstand verteld dat de claustrofobische sfeer – ook al zitten ze opgesloten in een relatief kleine ruimte in de onmogelijk grote ruimte – wat meer verloren raakt en meer op de achtergrond blijft. Hierdoor lijkt het vervolg wat zwakker dan het echte begin vanuit Cam, maar het biedt de lezer wel even de benodigde ademruimte.
Taalfoutenfestival
Helaas lijkt het boek al snel niet meer de onverdeelde aandacht van zowel de vertaler als de eindredactie te hebben. De fouten volgen elkaar op. Verkeerde woorden, missende woorddelen, foutieve spelling, vreemde grammatica, missende woorden, woorden uit andere registers die totaal niet lijken te passen in de rest van het taalgebruik in dezelfde zin, et cetera. En dit stoort. Enorm. Elke keer trekt het de lezer uit het verhaal. Niet enkel omdat fouten van zichzelf al storen, maar ook omdat ze het begrijpen van wat je leest bemoeilijken. Als ergens ineens 'meter' staat waar dat 'kilometer' moet zijn, dan wordt het hele beeld op zijn kop gezet en moet je dat zelf eerst rechttrekken voordat je goed kunt doorlezen.
Deze desinteresse is funest voor het leesplezier. Alle herhalingen van de personages gaan storen, alle andere kleine dingen die je – bij een vloeiende lezing – de auteur probleemloos zou vergeven of zelfs perfect bij het verhaal zou vinden passen, storten zich in neonletters bovenop je, daar de fouten het weefsel dat je met het verhaal (met de personages) verbindt, lijken te vernietigen. Zoals de plaag de mensen van binnenuit vernietigt, sloopt deze vertaling met slechte eindredactie dit verhaal tot een schim van wat het had kunnen zijn.
Eindconclusie
Het jaar van de plaag is een veelbelovend verhaal, maar de slechte vertaling en eindredactie gooien flink roet in het eten. Het is te hopen dat er een tweede druk gaat komen waarin het verhaal het jasje krijgt dat het verdient, zodat het in een minder gemankeerde versie de Nederlandse lezer kan bereiken.
Reageer op deze recensie