Lezersrecensie
Een ode aan de muziek en de liefde
"Dat uit zo'n tenger lijf zo'n klankenrijkdom voort kan komen. Wat een geest moet er wonen in deze man. Hoe hij de lente voelbaar maakt in het begin! De muziek was het ruizelende leven, de bladeren, de vogels, de lichtval, het schaduwgewemel. En dan dat verliefde fluitmotief van Marsyas dat telkens opdook! Het mijmerende tussenspel, de nimfendansen, het maanovergoten liefdesduet tussen fluit en viool in de prelude tot de zomernacht."
Met 'Het grote zwijgen' brengt Erik Menkveld (1959-2014) een ode aan muziek en de liefde. Op poëtische wijze neemt Menkveld de lezer mee terug naar de beginjaren van de 20e eeuw. Recensent Mathijs van der Meulen -later Vermeulen - wordt volledig overrompeld door het blijspel Marsysas van componist Alphons Diepenbrock en uitgevoerd door dirigent Willem Mengelberg. Vermeulens' recensie wordt opgemerkt door Elsa (Elisabeth), de vrouw van Diepenbrock, en tot Vermeulens grote verbazing wordt hij uitgenodigd bij de grote Diepenbrock thuis. Er ontstaat een roerige vriendschap tussen de twee.
In verschillende verhaallijnen -kunstig door elkaar verweven- beleeft de lezer hoe Diepenbrock de schone schijn ophoudt met een mooi huis, vrouw en kinderen, maar eigenlijk liever een leven opbouwt met minnares Jo en daar ook muzikaal door geïnspireerd is en hoe tegelijkertijd Vermeulen zelf een poging doet om een muziekstuk vergelijkbaar met Marsyas te schrijven, vergeefs verwoede pogingen doet opgemerkt te worden. Behalve door de vrouw van Diepenbrock.
"Die heerlijke berekendheid van de geheime liefde! Die schaamteloze inventiviteit! Samen met Elisabeth een hele dag wandelen in de natuur. Hij durft er bijna niet aan te denken. [...] Maar het was veel meer dan dat, het voelde als een allesomvattende dragende en scheppende liefde, een zwijgen waarin alles gezegd wordt, een volmaakte stilte die tegelijk muziek is."
Niet alleen de vriendschap tussen Diepenbrock en Vermeulen is roerig, maar ook de tijd waarin het verhaal zich afspeelt is roerig; begin 20 eeuw, de oorlog verandert tijden en mensen, verandert de literatuur en de muziek. Menkveld heeft op uitmuntende wijze weergegeven hoe ieder verschillend acteert in moeilijke tijden, hoe ieder anders reageert op veranderingen.
Menkveld, met zijn vier dichtbundels al een gevierd dichter, debuteerde met deze roman op wervelende wijze als romanschrijver. Als jongvolwassene wilde Menkveld graag muziekwetenschappen studeren, hij bespeelde echter zelf geen instrument en had daarmee geen toegang tot deze opleiding. Menkveld besloot literatuurwetenschappen te studeren en ontdekte gaandeweg de muziek en boeken van Matthijs Vermeulen. Via 'Het grote zwijgen' heeft Menkveld op kunstige wijze zijn bijdrage aan de muziek geleverd. Zijn roman, gebaseerd op historische figuren, brengt een ode aan de muziek. Het kan bijna niet anders dan dat de lezer al lezend opgaat in de muziek zonder deze zelf te horen. Het boek krijgt dan ook nog een extra lading als de lezer de oorspronkelijke muziek beluistert met de dichterlijke uiteenzetting van Menkveld zwevend in gedachten.
Het hele verhaal bestaat uit de fraaiste uiteenzettingen, de personages worden uitvoerig uitgewerkt, emoties worden bijna zelf beleefd door de lezer. Het einde daarentegen voelt een beetje afgeraffeld, alsof de boodschap gebracht was en er nu een eind aan het verhaal geschreven moest worden. Met een uitvoeriger uitgewerkt einde zou dit boek zeker een 5-sterren beoordeling verdienen!
Met 'Het grote zwijgen' brengt Erik Menkveld (1959-2014) een ode aan muziek en de liefde. Op poëtische wijze neemt Menkveld de lezer mee terug naar de beginjaren van de 20e eeuw. Recensent Mathijs van der Meulen -later Vermeulen - wordt volledig overrompeld door het blijspel Marsysas van componist Alphons Diepenbrock en uitgevoerd door dirigent Willem Mengelberg. Vermeulens' recensie wordt opgemerkt door Elsa (Elisabeth), de vrouw van Diepenbrock, en tot Vermeulens grote verbazing wordt hij uitgenodigd bij de grote Diepenbrock thuis. Er ontstaat een roerige vriendschap tussen de twee.
In verschillende verhaallijnen -kunstig door elkaar verweven- beleeft de lezer hoe Diepenbrock de schone schijn ophoudt met een mooi huis, vrouw en kinderen, maar eigenlijk liever een leven opbouwt met minnares Jo en daar ook muzikaal door geïnspireerd is en hoe tegelijkertijd Vermeulen zelf een poging doet om een muziekstuk vergelijkbaar met Marsyas te schrijven, vergeefs verwoede pogingen doet opgemerkt te worden. Behalve door de vrouw van Diepenbrock.
"Die heerlijke berekendheid van de geheime liefde! Die schaamteloze inventiviteit! Samen met Elisabeth een hele dag wandelen in de natuur. Hij durft er bijna niet aan te denken. [...] Maar het was veel meer dan dat, het voelde als een allesomvattende dragende en scheppende liefde, een zwijgen waarin alles gezegd wordt, een volmaakte stilte die tegelijk muziek is."
Niet alleen de vriendschap tussen Diepenbrock en Vermeulen is roerig, maar ook de tijd waarin het verhaal zich afspeelt is roerig; begin 20 eeuw, de oorlog verandert tijden en mensen, verandert de literatuur en de muziek. Menkveld heeft op uitmuntende wijze weergegeven hoe ieder verschillend acteert in moeilijke tijden, hoe ieder anders reageert op veranderingen.
Menkveld, met zijn vier dichtbundels al een gevierd dichter, debuteerde met deze roman op wervelende wijze als romanschrijver. Als jongvolwassene wilde Menkveld graag muziekwetenschappen studeren, hij bespeelde echter zelf geen instrument en had daarmee geen toegang tot deze opleiding. Menkveld besloot literatuurwetenschappen te studeren en ontdekte gaandeweg de muziek en boeken van Matthijs Vermeulen. Via 'Het grote zwijgen' heeft Menkveld op kunstige wijze zijn bijdrage aan de muziek geleverd. Zijn roman, gebaseerd op historische figuren, brengt een ode aan de muziek. Het kan bijna niet anders dan dat de lezer al lezend opgaat in de muziek zonder deze zelf te horen. Het boek krijgt dan ook nog een extra lading als de lezer de oorspronkelijke muziek beluistert met de dichterlijke uiteenzetting van Menkveld zwevend in gedachten.
Het hele verhaal bestaat uit de fraaiste uiteenzettingen, de personages worden uitvoerig uitgewerkt, emoties worden bijna zelf beleefd door de lezer. Het einde daarentegen voelt een beetje afgeraffeld, alsof de boodschap gebracht was en er nu een eind aan het verhaal geschreven moest worden. Met een uitvoeriger uitgewerkt einde zou dit boek zeker een 5-sterren beoordeling verdienen!
3
Reageer op deze recensie