Propaganda tijdens WOII
Evan Roxanna Ramzipoor bestudeerde tijdens haar universitaire studies propaganda van WOII. Tijdens haar onderzoek stuitte ze op het verhaal van de Faux Soir, een exemplaar van de Belgische krant Le Soir dat uitgegeven werd door een verzetsgroep. Deze onderneming was een bron van inspiratie voor haar roman Vrije woorden. Het grondige onderzoek in combinatie met de literaire vrijheid zorgen voor een veelzijdig debuut dat focus mist.
De roman begint met een opsomming van de acht hoofdpersonages en dat blijkt geen overbodige luxe. De personages spelen stuk voor stuk een noodzakelijke rol in de creatie van het krantenexemplaar dat de Duitse bezetters – die Le Soir eerder hadden overgenomen voor eigen propagandadoeleinden – voor schut zette. De omstandigheden die tot het idee van de Faux Soir hebben geleid worden uitvoerig behandeld. De manier waarop verteld wordt hoe een aantal mensen gedwongen wordt om mee te werken aan de Duitse propagandamachine is zowel een opstap voor het hoofdplot als een introductie van de hoofdpersonages. Weigeren zou hun dood worden, daarom bedachten ze een gewaagd plan om in 18 dagen tijd Le Soir te kapen. Maar voor de publicatie, moest er gezorgd worden voor artikels, papier, inkt, drukpersen…, een plan met heel wat voeten in de aarde dus.
De opbouw van de roman is sterk doordacht. In het heden vertelt een vrouw haar herinneringen over de omstandigheden waarin de Faux Soir gemaakt werd. De hoofdstukken waarin die geschiedenis aan bod komt, worden duidelijk aangeduid met titels die aftellen naar het moment van publicatie. Die opbouw geeft spanning en doel aan het verhaal. Desondanks komt het boek de eerste honderd pagina’s erg chaotisch over. Hierdoor is het moeilijk om vat te krijgen op de gebeurtenissen. De hoogdravende taal versterkt dat gevoel nog meer.
Bovendien worstelt de auteur met het vertelperspectief omdat ze aan het raamverhaal vastzit. Ze probeert dit op te lossen door personages korte hoofdstukken te geven, maar hierdoor raakt het perspectief – en de lezer – nog meer in de war. De verschillende personages, met elk een eigen naam, een bijnaam en een gedetailleerde beschrijving wisselen elkaar voortdurend af.
De verzetsgroep is een toevallig samengebrachte groep zonderlinge figuren; een saboteur, een smokkelaar, een krantenverkoper met voorliefde voor vuren, een professor… De auteur doet te veel haar best om elk personage zijn of haar moment in de spotlights te geven. De vele details en zijsprongen slepen als een te zwaar anker achter het hoofdplot aan. Het ritme ligt laag en de historische inslag verzandt in kleine weetjes en pogingen om het verhaal spannend te maken.
In haar nawoord verklaart Ramzipoor haar keuze voor het onderwerp en bepaalde nevenplots. Daar doet ze het verhaal nogmaals uit de doeken, maar deze keer zonder opsmuk en met een passie die de roman zelf mist. Hier toont de auteur haar werkelijke kwaliteiten.
Vrije woorden is geen boek dat naar de keel grijpt of dat je onmogelijk kan wegleggen. In tegendeel, het vraagt heel wat doorzettingsvermogen en mildheid van de lezer. Wie geïnteresseerd is in deze periode van de Belgische geschiedenis zal dat kunnen opbrengen, maar voor de meeste lezers is dit debuut waarschijnlijk te breedsprakerig om te blijven boeien.
Reageer op deze recensie