Meer dan 6,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Rapportage van een naoorlogse joodse man

smets 25 april 2025
Het boek “Lopen hebben we moeten” van Arjeh Kalmann kwam ik op het spoor via het artikel “Molenstraat” in het Limburgs Dagblad geschreven door Sef Derkx. Mijn broer stuurde het naar mij toe. Kalmann woonde na de oorlog in onze straat. Hij zat bij ons op de lagere school, maar had een speciale plaats, omdat hij en zijn broers uit een joods gezin kwamen. Ze waren enigszins bevoorrecht, omdat ze niet naar de doodsaaie godsdienst lessen hoefden, niet naar de kerk en geen katechismus moesten leren. Kahlman was gezien, omdat hij een van de beste voetballers in onze straat was. We gingen behoedzaam met het jood zijn van hem en zijn broers om. We wisten dat de joden in de oorlog vervolgd waren, maar vroegen nooit naar hun geschiedenis. Te pijnlijk, te moeilijk. Raadselachtig was dat zijn vader uitgerekend in Duitsland werkte en boven hun voordeur stond: “Mejores no hai”. De vertaling kon niemand ons leveren. Ook de pastoor niet.

De roman die Arjeh Kalmann heeft geschreven, geeft antwoord op deze vragen. De vlucht van zijn vader in de oorlog vertelt hij in een hoofdstuk waar hij in 1968 zijn vader naar Zwitserland rijdt. Tijdens de rit vraagt hij voor het eerst door over de vlucht van zijn familie. De grootouders aan vaders kant, ondernemers, zijn vóór de oorlog uit Duitsland naar Nederland verhuisd toen de nazi’s aan de macht kwamen. Ze startten verschillende bedrijven om in hun levensonderhoud te voorzien. De laatste onderneming was een schoudervullingfabriek, die vooral voor de Duitse markt produceerde. Schoudervullingen waren in trek, omdat het de magere mensen in de crisisjaren een gezond gevuld aanzien gaf. In 1940 raakte Nederland betrokken bij de oorlog en zat de familie in de val. Zijn grootmoeder stuurde haar twee zonen op pad om een vluchtroute te vinden. De twee jongens, waaronder zijn vader, konden met hulp van mensensmokkelaars de weg naar Zuid Frankrijk vinden. In codebrieven informeren ze hun ouders, die naar Marseille in Frankrijk komen via de gevonden smokkelroute. In Frankrijk blijkt al snel dat het ook niet veilig is, zodat ze met zijn allen verder vluchten en lopend door de bergen naar Zwitserland gaan. De Zwitserse ontvangst is niet erg hartelijk.
Na de oorlog trouwt zijn vader met zijn moeder. Zijn vader wil het werk in zijn onderneming weer oppakken, maar zijn moeder wil zeker niet in Duitsland wonen. Zo komen ze in Venlo terecht. Direct over de grens ligt Kaldenkirchen, waar de fabriek van zijn vader staat. In de joodse gemeenschap worden kritische vragen gesteld over het handel drijven in en met Duitsers. Zijn vader weerspreekt de critici en gaat voort op zijn pad.

In het vervolg van het boek beschrijft Kahlman een fase uit het leven van de hoofdpersoon in Israël, waar hij naar geemigreerd is na zijn opleiding. De scheiding van zijn ouders, de moeilijkheden van een verwarde broer en het overlijden van zijn vader zijn de ander delen van de roman.

Arjeh Kahlman is journalist geworden en dat is te merken aan de manier waarop de (autobiografische) roman geschreven is. Het boek heeft de vorm van een lange rapportage. Het verhaal wordt gedragen door veel citaten uit vraaggesprekken. De kracht van de roman is dat duidelijk wordt hoe groot de invloed van de jodenvervolging is op het leven van joden in ons land. Natuurlijk tijdens de oorlog, maar ook het hele leven daarna, als ze weer een weg moeten zien te vinden. De kinderen hebben daar ook mee te maken. Niet alleen als kind van vervolgde ouders en vermoorde voorouders, maar ook om zelf een plek in te nemen in een onveilige wereld afkomstig uit een kleine joodse gemeenschap. Kahlmann schrijft over een familie met weerbare karakters die de levenskracht en wijsheid hebben om te overleven in moeilijke omstandigheden.
En de puzzel van “Mejores no hai” lost Kahmann op. Het is: “Er is niets beters.” Een reclameslogan van Philips in Spanje. Zijn ouders zetten de spreuk boven hun deur, omdat ze in 1953 dolgelukkig waren met het huis in de Molenstraat.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van smets

Gesponsord

Als Hyoyoung wordt gevraagd in een brievenwinkel in Seoul te komen werken, realiseert ze zich al snel hoe helend een brief kan zijn. Schrijf je nu in voor de Hebban Leesclub.