Lezersrecensie
Een symfonie vol woorden
Voor veel mensen gaan identiteit, opvoeding en familie samen. Sommige schrijvers voeren dan ook graag ouders en grootouders op als belangrijke personages, zoals Saša Stanišić die zijn schitterende roman Herkomst rondom zijn oma componeerde.
Een depressie
De Zuid-Afrikaanse schrijfster Deborah Levy pakte de zoektocht naar identiteit op een andere manier aan. Zij voert Elsa M. Anderson ten tonele, een vierendertigjarige concertpianiste die bij adoptieouders opgroeide, maar weigerde haar adoptiepapieren in te zien. Al vanaf toen ze kind was en ze onder de vleugels van de muziekvirtuoos Arthur Goldstein kwam, adoptief vader en leermeester, concentreerde haar leven zich enkel op een carrière als pianiste. Totdat het verleden op haar deur klopte in de vorm van een depressie.
Een eerste teken was dat Elsa haar fraaie, bruine haar blauw liet verven. Enkele weken later, in de Gouden Zaal in Wenen, weigerden haar handen het tweede concert voor piano van Rachmaninov uit te voeren. De vingers gingen hun eigen weg waardoor het concert moest worden afgebroken, wat min of meer een einde van haar glanzende carrière betekende.
De dubbelganger
Het boek begint enkele weken later, in Athene, vanwaar ze naar het Griekse eilandje Poros zal vertrekken om een jongetje les te geven. Op een rommelmarkt valt haar een vrouw op die zich de werking van twee mechanische danspaardjes laat uitleggen. De vrouw met de grote zwarte, gedeukte hoed verwart haar. Is zij dat zelf? De vrouw koopt de twee paardjes en gaat weg. De verkoper heeft geen andere mechanische danspaardjes en Elsa raakt gefrustreerd. Wanneer ze wegloopt vindt ze op straat de zwarte hoed van de vrouw die is verdwenen. Ze trekt hem stevig over haar hoofd en zweert dat ze de hoed ooit zal ruilen tegen de paardjes.
Elsa meent de vrouw ook in Londen en Parijs te zien. Ze geeft rijkeluiskinderen les op Poros en in Parijs, waarvan de ouders het fanatiekst zijn, hopend op een wonderkind, zoals Elsa ooit was. Ze slaat thuis in Londen aan het componeren en wordt naar Sardinië geroepen om haar oude, stervende mentor en diens vriend die ze nog niet kende te bezoeken.Steeds meer flarden van haar verleden poppen op – zoals ook twee paarden – waardoor de eerste jaren van haar leven steeds meer kleur beginnen te krijgen.
Kleurrijk verhaal
De in Zuid-Afrika geboren Britse Deborah Levy (1959) begon haar literaire carrière met het schrijven van toneelspelen voor de Royal Shakespeare Company, waarna ze korte verhalen en romans ging schrijven. Veelal bevolkt door onzekere, zoekende vrouwen, spelend in een internationale wereld, vooral in Europa, zoals ook in Augustusblauw waar Londen, Athene, Parijs, Poros en Sardinië de plekken zijn waar het verhaal zich grotendeels ontvouwt.
Elsa’s eigen compositie
In Augustusblauw weet Deborah Levy perfect de stemmingen te beschrijven van een vrouw die een dubbelganger nodig heeft om zichzelf weer in het leven te zetten. Elsa als vertelster weet bovendien te onderhouden, is niet op haar mondje gevallen en vervalt nergens in sentimenteel gezeur. Enkel haar zoektocht naar haar eigen muziek en kleine gebeurtenissen verklappen dat er wel degelijk iets serieus gaande is. Een soort midlife crisis, zeg maar. Deborah Levyrefereert aan de psychoanalyse van Freud en een rijke culturele wereld, die het tot zo’n kleurrijk verhaal maken, dat geen pagina verveelt.
Augustusblauw is een kleine maar intensieve roman vol proza. De woorden stromen als muzieknoten over de pagina’s. Geen Rachmaninov, maar ditmaal Elsa’s eigen compositie. Het boek ademt cultuur, zon en blauw. Mooie uitspraken, kleine verhaaltjes, een verlangen, een verstoring en toch een aaneenschakeling van noten die een symfonie vormen die het hart beroert. Een boek om meteen weer te herlezen.
Deborah Levy – Augustusblauw (August Blue, vert. Astrid Huisman en Madelon Janse), De Geus 2024
Deze bespreking is ook geplaatst in Smitakis Boekenlust, mét leestips: https://smitakisboekenlust.com/deborah-levy-augustusblauw/
Een depressie
De Zuid-Afrikaanse schrijfster Deborah Levy pakte de zoektocht naar identiteit op een andere manier aan. Zij voert Elsa M. Anderson ten tonele, een vierendertigjarige concertpianiste die bij adoptieouders opgroeide, maar weigerde haar adoptiepapieren in te zien. Al vanaf toen ze kind was en ze onder de vleugels van de muziekvirtuoos Arthur Goldstein kwam, adoptief vader en leermeester, concentreerde haar leven zich enkel op een carrière als pianiste. Totdat het verleden op haar deur klopte in de vorm van een depressie.
Een eerste teken was dat Elsa haar fraaie, bruine haar blauw liet verven. Enkele weken later, in de Gouden Zaal in Wenen, weigerden haar handen het tweede concert voor piano van Rachmaninov uit te voeren. De vingers gingen hun eigen weg waardoor het concert moest worden afgebroken, wat min of meer een einde van haar glanzende carrière betekende.
De dubbelganger
Het boek begint enkele weken later, in Athene, vanwaar ze naar het Griekse eilandje Poros zal vertrekken om een jongetje les te geven. Op een rommelmarkt valt haar een vrouw op die zich de werking van twee mechanische danspaardjes laat uitleggen. De vrouw met de grote zwarte, gedeukte hoed verwart haar. Is zij dat zelf? De vrouw koopt de twee paardjes en gaat weg. De verkoper heeft geen andere mechanische danspaardjes en Elsa raakt gefrustreerd. Wanneer ze wegloopt vindt ze op straat de zwarte hoed van de vrouw die is verdwenen. Ze trekt hem stevig over haar hoofd en zweert dat ze de hoed ooit zal ruilen tegen de paardjes.
Elsa meent de vrouw ook in Londen en Parijs te zien. Ze geeft rijkeluiskinderen les op Poros en in Parijs, waarvan de ouders het fanatiekst zijn, hopend op een wonderkind, zoals Elsa ooit was. Ze slaat thuis in Londen aan het componeren en wordt naar Sardinië geroepen om haar oude, stervende mentor en diens vriend die ze nog niet kende te bezoeken.Steeds meer flarden van haar verleden poppen op – zoals ook twee paarden – waardoor de eerste jaren van haar leven steeds meer kleur beginnen te krijgen.
Kleurrijk verhaal
De in Zuid-Afrika geboren Britse Deborah Levy (1959) begon haar literaire carrière met het schrijven van toneelspelen voor de Royal Shakespeare Company, waarna ze korte verhalen en romans ging schrijven. Veelal bevolkt door onzekere, zoekende vrouwen, spelend in een internationale wereld, vooral in Europa, zoals ook in Augustusblauw waar Londen, Athene, Parijs, Poros en Sardinië de plekken zijn waar het verhaal zich grotendeels ontvouwt.
Elsa’s eigen compositie
In Augustusblauw weet Deborah Levy perfect de stemmingen te beschrijven van een vrouw die een dubbelganger nodig heeft om zichzelf weer in het leven te zetten. Elsa als vertelster weet bovendien te onderhouden, is niet op haar mondje gevallen en vervalt nergens in sentimenteel gezeur. Enkel haar zoektocht naar haar eigen muziek en kleine gebeurtenissen verklappen dat er wel degelijk iets serieus gaande is. Een soort midlife crisis, zeg maar. Deborah Levyrefereert aan de psychoanalyse van Freud en een rijke culturele wereld, die het tot zo’n kleurrijk verhaal maken, dat geen pagina verveelt.
Augustusblauw is een kleine maar intensieve roman vol proza. De woorden stromen als muzieknoten over de pagina’s. Geen Rachmaninov, maar ditmaal Elsa’s eigen compositie. Het boek ademt cultuur, zon en blauw. Mooie uitspraken, kleine verhaaltjes, een verlangen, een verstoring en toch een aaneenschakeling van noten die een symfonie vormen die het hart beroert. Een boek om meteen weer te herlezen.
Deborah Levy – Augustusblauw (August Blue, vert. Astrid Huisman en Madelon Janse), De Geus 2024
Deze bespreking is ook geplaatst in Smitakis Boekenlust, mét leestips: https://smitakisboekenlust.com/deborah-levy-augustusblauw/
1
Reageer op deze recensie