Lezersrecensie
Het toppunt van vergankelijke roem
Met Headshot schrijft Rita Bullwinkel een knap debuut, vertaald door Barbara de Lange. We volgen acht tienermeisjes die strijden om de titel van beste boksvrouw onder de 18 jaar. Ronde na ronde volgt de schrijfster hen in hun dromen en motivaties, terwijl ze terzelfdertijd ook een korte blik werpt op hun toekomst.
Hoewel het veel personages zijn voor een redelijk dun boek doet de auteur haar best om over iedereen wel iets te vertellen dat hen maakt tot wie ze zijn: bvb Andi die het ‘rodeautootjeskind’ altijd met zich zal meedragen, of Rose die opgesloten geweest is in een berghok door pestende kinderen.
Headshot wordt gekenmerkt door een heel aparte stijl. Er wordt voortdurend heen en weer gesprongen tussen personages, maar ook vooruit en achteruit in de tijd. Wat me echter het meest opviel is het voortdurende gebruik van de volledige namen van de meisjes in plaats van ‘ze’ of ‘haar’ in de herhaling bvb … raakt Rachel Doricko Kate Heffer op Kate Heffers schouder. Het is iets wat dit boek kenmerkt, maar na een tijdje durft het ook wel irritant te worden.
Het boek staat bol van de mooie vergelijkingen en sterke beelden. Zo slaat Iggy de woorden van de coach weg als vliegen van een stuk vlees en is boksen met een slappe verdediging als een slecht ingepakt cadeautje.
De mooie zinnen en passages zijn legio.
‘De okselzweetvlekken van de juryleden zien er aards en ziekelijk uit, een duidelijk blijk van menselijke ontbinding, een uitstraling die compleet ontbreekt bij deze vechtmeisjes. Deze vechtmeisjes zijn het tegendeel van mensen in ontbinding. Ze stuiven met vaart en precisie weg van de dood. Ze geven een geur van onsterfelijkheid af.’
‘Artemis Victor kon weleens de sterke diepe kom zijn waarin Rachel Doricko tot moes wordt gestampt.’
Hoewel het boek gaat over de boksrondes van acht meiden die langzaam via eliminatie naar een finale leidt, is het niet heel spannend. Het boek gaat vooral over het vergankelijke van de roem. Hoewel de meiden alles opgegeven hebben en heel hard werken voor dit ene glorieuze moment, zal uiteindelijk elk van hen een andere professionele carrière volgen. Dit wordt goed uitgewerkt. Zo komen de coaches naar het toernooi om hun cheque van de bond te innen. Rachels coach is niet haar gebruikelijke coach want die had iets beters te doen die dag. Als er al iemand voor het boksen kiest, zijn het Kates ouders maar de reden is omdat hun dochter met een gedrongen figuur en die Griekse neus toch niet de gewone opties had. Er zijn amper toeschouwers, er is geen fotograaf, de wedstrijd vindt plaats op zaterdag want de jury had een baan en had iets beters te doen op werkdagen, bovendien houden sommigen van hen niet eens van boksen en hebben ze de regels van Youtube en van een A4’tje.
De auteur heeft me zeker kunnen raken. Zowel met het oneerlijke van het gebrek aan respect en interesse voor de sport, als met het hebzuchtige dat de coaches als gieren de winst verdelen, maar vooral met opmerkingen zoals over Artemis die op haar 60ste geen kop thee meer kan vasthouden omdat haar handen te vaak gebroken zijn of Rose die gelovig is, want in een gelovig dorp iets anders zijn dan de rest is zoals op restaurant een maaltijd die je besteld hebt terugsturen. Het is eenvoudiger om die gewoon op te eten.
Hoewel het boek over wedstrijden gaat, moet de lezer er niet naar grijpen voor de spanning. Het boek zal veel meer raken met het vergankelijke, het tijdelijke van de roem waar de meiden op dat moment zo naar streven. Bovenal is het een boek dat bulkt van de mooie taal en over een niet alledaags onderwerp gaat. Een knap debuut dat de lezer benieuwd zal maken wat Rita Bullwinkel nog meer in haar mars heeft.
Hoewel het veel personages zijn voor een redelijk dun boek doet de auteur haar best om over iedereen wel iets te vertellen dat hen maakt tot wie ze zijn: bvb Andi die het ‘rodeautootjeskind’ altijd met zich zal meedragen, of Rose die opgesloten geweest is in een berghok door pestende kinderen.
Headshot wordt gekenmerkt door een heel aparte stijl. Er wordt voortdurend heen en weer gesprongen tussen personages, maar ook vooruit en achteruit in de tijd. Wat me echter het meest opviel is het voortdurende gebruik van de volledige namen van de meisjes in plaats van ‘ze’ of ‘haar’ in de herhaling bvb … raakt Rachel Doricko Kate Heffer op Kate Heffers schouder. Het is iets wat dit boek kenmerkt, maar na een tijdje durft het ook wel irritant te worden.
Het boek staat bol van de mooie vergelijkingen en sterke beelden. Zo slaat Iggy de woorden van de coach weg als vliegen van een stuk vlees en is boksen met een slappe verdediging als een slecht ingepakt cadeautje.
De mooie zinnen en passages zijn legio.
‘De okselzweetvlekken van de juryleden zien er aards en ziekelijk uit, een duidelijk blijk van menselijke ontbinding, een uitstraling die compleet ontbreekt bij deze vechtmeisjes. Deze vechtmeisjes zijn het tegendeel van mensen in ontbinding. Ze stuiven met vaart en precisie weg van de dood. Ze geven een geur van onsterfelijkheid af.’
‘Artemis Victor kon weleens de sterke diepe kom zijn waarin Rachel Doricko tot moes wordt gestampt.’
Hoewel het boek gaat over de boksrondes van acht meiden die langzaam via eliminatie naar een finale leidt, is het niet heel spannend. Het boek gaat vooral over het vergankelijke van de roem. Hoewel de meiden alles opgegeven hebben en heel hard werken voor dit ene glorieuze moment, zal uiteindelijk elk van hen een andere professionele carrière volgen. Dit wordt goed uitgewerkt. Zo komen de coaches naar het toernooi om hun cheque van de bond te innen. Rachels coach is niet haar gebruikelijke coach want die had iets beters te doen die dag. Als er al iemand voor het boksen kiest, zijn het Kates ouders maar de reden is omdat hun dochter met een gedrongen figuur en die Griekse neus toch niet de gewone opties had. Er zijn amper toeschouwers, er is geen fotograaf, de wedstrijd vindt plaats op zaterdag want de jury had een baan en had iets beters te doen op werkdagen, bovendien houden sommigen van hen niet eens van boksen en hebben ze de regels van Youtube en van een A4’tje.
De auteur heeft me zeker kunnen raken. Zowel met het oneerlijke van het gebrek aan respect en interesse voor de sport, als met het hebzuchtige dat de coaches als gieren de winst verdelen, maar vooral met opmerkingen zoals over Artemis die op haar 60ste geen kop thee meer kan vasthouden omdat haar handen te vaak gebroken zijn of Rose die gelovig is, want in een gelovig dorp iets anders zijn dan de rest is zoals op restaurant een maaltijd die je besteld hebt terugsturen. Het is eenvoudiger om die gewoon op te eten.
Hoewel het boek over wedstrijden gaat, moet de lezer er niet naar grijpen voor de spanning. Het boek zal veel meer raken met het vergankelijke, het tijdelijke van de roem waar de meiden op dat moment zo naar streven. Bovenal is het een boek dat bulkt van de mooie taal en over een niet alledaags onderwerp gaat. Een knap debuut dat de lezer benieuwd zal maken wat Rita Bullwinkel nog meer in haar mars heeft.
2
Reageer op deze recensie