Goed geschreven, maar wel luguber
Dat Kevin Brooks een goede schrijver is, bewijzen de prijzen die hij heeft ontvangen voor zijn boeken. Voor Bunkerdagboek heeft Brooks in 2014 zelfs de Carnegie Medal in ontvangst mogen nemen. En terecht.
Jeetje zeg, wat een boek. Het verhaal is tot in de puntjes uitgewerkt. Met details die bewust worden weggelaten weet Brooks het verhaal alleen maar te versterken, iets wat niet iedere schrijver voor elkaar weet te krijgen. Zodra je begint te lezen, valt de schrijfstijl meteen op. De woordkeuze en de zinsopbouw neigen sterk naar een mengeling tussen literatuur en Young Adult. Het bezit een bepaalde klasse, maar blijft wel toegankelijk. De karakters zijn zorgvuldig uitgewerkt en de vertaling is ook foutloos, iets wat opvalt aangezien niet elke vertaling even foutloos in de boekhandel verschijnt.
De kaft geeft grotendeels de sfeer van het verhaal weer. Deze vormgeving zie je overigens bij alle boeken van Kevin Brooks terugkomen. Helaas zegt de kwaliteit van schrijven nog niets over het verhaal. Je wordt dan ook niet meteen het verhaal ingezogen. Het is aan het begin wat saai en het lijkt langdradig te worden. Dat is ook niet heel gek als je bedenkt dat het verhaal zich in een vrijwel kale bunker afspeelt.
Daarnaast gebeurt er relatief weinig, zeker in het begin. Of krijg je misschien niet alles mee omdat het een dagboek betreft? Er zijn dingen die worden verzwegen en later in het verhaal verklaard worden. Daarnaast blijft er genoeg ruimte over voor eigen verbeelding. Dat is mede doordat de ervaring van zes mensen maar door één persoon, Linus, wordt beschreven. Iets wat overigens niet ten koste gaat van de andere vijf personages.
Alle karakters worden gaandeweg het verhaal duidelijker uitgewerkt. Sommige met meer woorden dan de ander, maar allemaal met een eigen duidelijke persoonlijkheid. Ze beginnen allemaal als stereotype, maar al snel blijkt dit de eerste indruk te zijn die we allemaal hebben als we iemand voor het eerst ontmoeten. De band die je opbouwt met Linus, doordat hij naast de bunkerervaring ook zijn eigen leven beschrijft, maakt dat je echt betrokken raakt bij het verhaal.
Halverwege het verhaal word je ineens in een draaikolk getrokken. Het verhaal wordt spannend, gemeen en zielig, je voelt je als lezer angstig en machteloos. Je wordt één met het boek en het lijkt alsof je Linus en de rest van de gevangenen van dichtbij observeert, maar niks kan doen. Naarmate het verhaal het einde nadert wordt het alleen maar spannender. Je bent nieuwsgierig hoe het afloopt en natuurlijk is de grote vraag: komt het ook goed?
Kortom, Bunkerdagboek is een verhaal waar je even doorheen moet bijten, maar wat jou dan vervolgens bijt om niet meer los te laten. Het is echt een heel goed verhaal dat soms bijna luguber is. Het is geen boek dat voor iedereen weggelegd is, maar als je het gelezen hebt, geeft hij wel stof om over na te denken...
Reageer op deze recensie