Hebban recensie
Het is door pure nieuwsgierigheid dat je halverwege het boek toch doorleest. De twists aan het einde maken veel goed en laten je toch achter met een voldaan gevoel.
Een dakloze zonder kortetermijngeheugen, een voormalig strafpleiter die als monnik door het leven gaat en de zogenoemde Koekjesman. Dit zijn nog maar enkele van de personages die in De tuinen van de doden betrokken raken bij een ingewikkeld mysterie dat na de dood van een advocate op gang komt.
Nadat advocate Elizabeth Glendinning sterft aan een hartkwaal, worden enkele van haar kennissen meegezogen in een draaikolk van vragen. Om achter de antwoorden te komen gaan ze, met behulp van de spaarzame aanwijzingen die Elizabeth vlak voor haar dood bewust heeft achtergelaten, op onderzoek uit. Al snel komen ze erachter dat het alles te maken heeft met een rechtzaak uit het verleden. Waarom hield Elizabeth zich jaren na dato nog bezig met die betreffende zaak? Wie is de Koekjesman? En wat heeft de verdrinking van een zoon van een getuige met dit alles te maken?
Wie verwacht dat dit de enige vragen zijn die in je opkomen tijdens het lezen van het boek, heeft het mis. Dit is slechts het begin. Als lezer weet je net zo weinig, zo niet minder, dan de hoofdrolspelers. De schrijfstijl van Brodrick maakt het er niet simpeler op, zowel een plus- als een minpunt. Het boek zit namelijk vol met met mooie metaforen en verschillende tijdslijnen, maar Brodrick slaat door in de vele flashbacks van allerlei personen. Mede hierdoor zit er weinig vaart en actie in het boek. Het is door pure nieuwsgierigheid dat je halverwege het boek toch doorleest. De twists aan het einde maken veel goed en laten je toch achter met een voldaan gevoel.
De tuinen van de doden is het tweede boek van William Brodrick. In zijn debuut Het zesde klaaglied werd pater Anselm geïntroduceerd, maar het is niet nodig om dat boek te lezen, voordat je begint aan De tuinen van de doden. Door de Engelse krant The Daily Telegraph wordt Brodrick al een toekomstige John le Carré genoemd. Zelf vind ik dat nog wat te voorbarig, daarvoor moeten de boeken van Brodrick net even wat sterker zijn en meer vaart hebben, maar ik wacht met spanning zijn volgende boek af.
Nadat advocate Elizabeth Glendinning sterft aan een hartkwaal, worden enkele van haar kennissen meegezogen in een draaikolk van vragen. Om achter de antwoorden te komen gaan ze, met behulp van de spaarzame aanwijzingen die Elizabeth vlak voor haar dood bewust heeft achtergelaten, op onderzoek uit. Al snel komen ze erachter dat het alles te maken heeft met een rechtzaak uit het verleden. Waarom hield Elizabeth zich jaren na dato nog bezig met die betreffende zaak? Wie is de Koekjesman? En wat heeft de verdrinking van een zoon van een getuige met dit alles te maken?
Wie verwacht dat dit de enige vragen zijn die in je opkomen tijdens het lezen van het boek, heeft het mis. Dit is slechts het begin. Als lezer weet je net zo weinig, zo niet minder, dan de hoofdrolspelers. De schrijfstijl van Brodrick maakt het er niet simpeler op, zowel een plus- als een minpunt. Het boek zit namelijk vol met met mooie metaforen en verschillende tijdslijnen, maar Brodrick slaat door in de vele flashbacks van allerlei personen. Mede hierdoor zit er weinig vaart en actie in het boek. Het is door pure nieuwsgierigheid dat je halverwege het boek toch doorleest. De twists aan het einde maken veel goed en laten je toch achter met een voldaan gevoel.
De tuinen van de doden is het tweede boek van William Brodrick. In zijn debuut Het zesde klaaglied werd pater Anselm geïntroduceerd, maar het is niet nodig om dat boek te lezen, voordat je begint aan De tuinen van de doden. Door de Engelse krant The Daily Telegraph wordt Brodrick al een toekomstige John le Carré genoemd. Zelf vind ik dat nog wat te voorbarig, daarvoor moeten de boeken van Brodrick net even wat sterker zijn en meer vaart hebben, maar ik wacht met spanning zijn volgende boek af.
1
Reageer op deze recensie