Lezersrecensie
Voor liefhebbers van Opperlans en Oulipo
Heb je nog nooit van Opperlans of Oulipo gehoord?
Geen nood, hier volgt een kleine introductie.
OPPERLANS is een term die uitgevonden werd door de Nederlandse schrijver en wetenschapper Hugo Brandt Corstius.
Hij omschreef het zelf als “Nederlands met vakantie”. Het is eigenlijk spelen met taal, zonder veel belang te hechten aan de betekenis van de woorden.
In 1981 publiceerde hij onder de naam Battus het boek “Opperlandse taal- en letterkunde”.
Later besloot hij dat de ‘d’ in Opperlands overbodig was en maakte hij er Opperlans van.
In 2002 verscheen het boek “Opperlans” (https://www.hebban.nl/boeken/opperlans-battus) dat eigenlijk een herwerkte versie is van zijn eerste boek, of zoals Battus het op de cover zo mooi weet te verwoorden een “tweede, geheel herziene, aangevulde, gesystematiseerde, van nieuwe fouten voorziene, absoluut allerlaatste internet-editie, voor u gedownload in 676 gedrukte bladzijden” ;-)
Enkele voorbeelden van Opperlans zijn:
- de medeklinkerstapeling waarbij je zoveel mogelijk medeklinkers na elkaar plaatst (vb: angstschreeuw, slechtstschrijvend)
- isogrammen oftwel woorden waarin elke letter slechts eenmaal voorkomt (vb: dampkringslucht, prachtsymboliek)
- palindromen oftewel woorden of zinnen die zowel van links naar rechts als van rechts naar links kunnen gelezen worden (vb: koortsmeetsysteemstrook; er is daar nog onraad, Sire)
- …
OULIPO kan in feite beschouwd worden als een soort Franstalige tegenhanger van Opperlans.
Het woord staat voor “OUvroir de LIttérature POtentielle” oftewel “werkplaats voor potentiële literatuur”.
De officiële website vind je terug op http://www.oulipo.net/
Oulipo werd in de herfst van 1960 opgericht door Raymond Queneau en François Le Lionnais, samen met een tiental geestverwanten. Deze groep Franse schrijvers en wiskundigen legt zichzelf beperkingen op bij het schrijven van teksten. Deze beperkingen kunnen betrekking hebben op letters, klanken, woorden, stijlen,…
Enkele voorbeelden van Oulipo zijn:
- schrijf een tekst waarin slechts 1 klinker is toegelaten (monovocalisme)
- schrijf een tekst waarin 1 bepaalde klinker niet mag voorkomen
- schrijf een tekst waarin elk woord één letter langer is dan het vorige
- …
In 1967 sloot ook Georges Perec zich aan bij de Oulipo-beweging.
Eén van zijn gekendste werken is “La disparition” uit 1969 (in het Nederlands vertaald als “’t Manco”), een literaire thriller rond de verdwijning van de letter “e”.
Drie jaar later deed hij net het omgekeerde en publiceerde hij het boek “Les revenentes” waarin énkel de klinker “e” voorkwam.
Het boek “Tips en wenken voor wie zijn afdelingschef om opslag wil vragen” heeft als oorspronkelijke titel “L'art et la manière d'aborder son chef de service pour lui demander une augmentation”.
Hoewel het reeds in 1968 in een obscuur tijdschrift werd gepubliceerd, is het in Frankrijk pas in 2008 voor het eerst in boekvorm verschenen. Drie jaar later werd het ook in het Nederlands vertaald.
Enkele vondsten van de vertaler voelen wat stroef aan. Zo klinkt de uitdrukking “dan is het van tweeën één” wat minder vlot in de oren. En ook de veelgebruikte zinsconstructie “ofwel mr x is in zijn kantoor ofwel mr x is niet in zijn kantoor” zou veel aangenamer lezen als deze zou vervangen worden door “ofwel is mr x in zijn kantoor ofwel is mr x niet in zijn kantoor”. Afgezien van deze kleine ergernissen heeft de vertaler een mooi staaltje vakmanschap afgeleverd.
Het eerste wat je in het boek tegenkomt is een stroomdiagram met tips en wenken voor wie zijn afdelingschef wil aanspreken. Dit schema dat slechts 2 bladzijden inneemt, wordt door Georges Perec uitgeschreven in meer dan 70 bladzijden. De hele tekst vormt één lange zin zonder interpunctie. Sommige lezers zullen dit mogelijk vermoeiend vinden. Ook de ontelbare ogenschijnlijke herhalingen in het boek zijn niet voor iedereen weggelegd. Maar als je toch voldoende doorzettingsvermogen aan de dag kan leggen, zal je merken dat deze herhalingen telkens subtiele verschillen bevatten die boordevol fijne humor zitten. Je geduld wordt beloond! Of dat ook het geval is voor de hoofdpersoon die opslag wil vragen aan zijn dienstchef, dat laat ik je zelf ontdekken ;-)
“Om het eenvoudig te houden want je moet het altijd eenvoudig houden” kan ik enkel zeggen dat dit boek een aanrader is voor alle liefhebbers van Opperlans en Oulipo!
Geen nood, hier volgt een kleine introductie.
OPPERLANS is een term die uitgevonden werd door de Nederlandse schrijver en wetenschapper Hugo Brandt Corstius.
Hij omschreef het zelf als “Nederlands met vakantie”. Het is eigenlijk spelen met taal, zonder veel belang te hechten aan de betekenis van de woorden.
In 1981 publiceerde hij onder de naam Battus het boek “Opperlandse taal- en letterkunde”.
Later besloot hij dat de ‘d’ in Opperlands overbodig was en maakte hij er Opperlans van.
In 2002 verscheen het boek “Opperlans” (https://www.hebban.nl/boeken/opperlans-battus) dat eigenlijk een herwerkte versie is van zijn eerste boek, of zoals Battus het op de cover zo mooi weet te verwoorden een “tweede, geheel herziene, aangevulde, gesystematiseerde, van nieuwe fouten voorziene, absoluut allerlaatste internet-editie, voor u gedownload in 676 gedrukte bladzijden” ;-)
Enkele voorbeelden van Opperlans zijn:
- de medeklinkerstapeling waarbij je zoveel mogelijk medeklinkers na elkaar plaatst (vb: angstschreeuw, slechtstschrijvend)
- isogrammen oftwel woorden waarin elke letter slechts eenmaal voorkomt (vb: dampkringslucht, prachtsymboliek)
- palindromen oftewel woorden of zinnen die zowel van links naar rechts als van rechts naar links kunnen gelezen worden (vb: koortsmeetsysteemstrook; er is daar nog onraad, Sire)
- …
OULIPO kan in feite beschouwd worden als een soort Franstalige tegenhanger van Opperlans.
Het woord staat voor “OUvroir de LIttérature POtentielle” oftewel “werkplaats voor potentiële literatuur”.
De officiële website vind je terug op http://www.oulipo.net/
Oulipo werd in de herfst van 1960 opgericht door Raymond Queneau en François Le Lionnais, samen met een tiental geestverwanten. Deze groep Franse schrijvers en wiskundigen legt zichzelf beperkingen op bij het schrijven van teksten. Deze beperkingen kunnen betrekking hebben op letters, klanken, woorden, stijlen,…
Enkele voorbeelden van Oulipo zijn:
- schrijf een tekst waarin slechts 1 klinker is toegelaten (monovocalisme)
- schrijf een tekst waarin 1 bepaalde klinker niet mag voorkomen
- schrijf een tekst waarin elk woord één letter langer is dan het vorige
- …
In 1967 sloot ook Georges Perec zich aan bij de Oulipo-beweging.
Eén van zijn gekendste werken is “La disparition” uit 1969 (in het Nederlands vertaald als “’t Manco”), een literaire thriller rond de verdwijning van de letter “e”.
Drie jaar later deed hij net het omgekeerde en publiceerde hij het boek “Les revenentes” waarin énkel de klinker “e” voorkwam.
Het boek “Tips en wenken voor wie zijn afdelingschef om opslag wil vragen” heeft als oorspronkelijke titel “L'art et la manière d'aborder son chef de service pour lui demander une augmentation”.
Hoewel het reeds in 1968 in een obscuur tijdschrift werd gepubliceerd, is het in Frankrijk pas in 2008 voor het eerst in boekvorm verschenen. Drie jaar later werd het ook in het Nederlands vertaald.
Enkele vondsten van de vertaler voelen wat stroef aan. Zo klinkt de uitdrukking “dan is het van tweeën één” wat minder vlot in de oren. En ook de veelgebruikte zinsconstructie “ofwel mr x is in zijn kantoor ofwel mr x is niet in zijn kantoor” zou veel aangenamer lezen als deze zou vervangen worden door “ofwel is mr x in zijn kantoor ofwel is mr x niet in zijn kantoor”. Afgezien van deze kleine ergernissen heeft de vertaler een mooi staaltje vakmanschap afgeleverd.
Het eerste wat je in het boek tegenkomt is een stroomdiagram met tips en wenken voor wie zijn afdelingschef wil aanspreken. Dit schema dat slechts 2 bladzijden inneemt, wordt door Georges Perec uitgeschreven in meer dan 70 bladzijden. De hele tekst vormt één lange zin zonder interpunctie. Sommige lezers zullen dit mogelijk vermoeiend vinden. Ook de ontelbare ogenschijnlijke herhalingen in het boek zijn niet voor iedereen weggelegd. Maar als je toch voldoende doorzettingsvermogen aan de dag kan leggen, zal je merken dat deze herhalingen telkens subtiele verschillen bevatten die boordevol fijne humor zitten. Je geduld wordt beloond! Of dat ook het geval is voor de hoofdpersoon die opslag wil vragen aan zijn dienstchef, dat laat ik je zelf ontdekken ;-)
“Om het eenvoudig te houden want je moet het altijd eenvoudig houden” kan ik enkel zeggen dat dit boek een aanrader is voor alle liefhebbers van Opperlans en Oulipo!
1
Reageer op deze recensie