Lezersrecensie
Gekruid, gepokt en gemazeld
Voor aan het tweede deel van het Alexandrië kwartet ‘Balthazar’ te beginnen voelde ik me genoodzaakt het eerste deel ‘Justine’ te herlezen. Het werkte goed deze twee delen achter elkaar te lezen. De boeken werden geschreven tussen 1957 en 1960, ze beschrijven de periode voor WOII, in deel 4 is de oorlog uitgebroken. In dit tweede deel valt te lezen hoe Balthazar terugkijkt op zijn tijd in Alexandrië, hij stuurt het geannoteerde manuscript terug naar Darley. Darley was de naamloze verteller uit ‘Justine’ en zijn visie als verteller komt niet geheel overeen met die van Balthazar.
Kleurrijk, excentriek en zinnelijk zijn elementen die dit boek maken tot een levendig geheel. De personages zijn tot op het bot levende wezens die weten hoe het is langs de afgrond te scheren om daarmee hun doelen te bereiken. Het is een boek over liefde, kunst, jaloezie, politiek, tragedie, maskerade en verraad. Justine speelt in dit boek ook weer een belangrijke rol, een sleutelfiguur met meerdere belangen. Zij is Jodin, haar man Nessim, een Kopt, liefde tussen die twee is er niet. Liefdesrelaties vinden plaats in wisselende samenstellingen, als een groep bohémiens in Egypte.
Een passage waarin Nessim met zijn broer Narouz op reis gaat voor zaken is prachtig geschreven. Niet alleen de schitterende manier waarop de woestijn tot leven komt maar ook de verhouding tussen de broers wordt duidelijk. Nessim, de stadse Alexandrijn versus Narouz die zich als vanzelfsprekend stort in het leven van de Arabische veehoeders. Het verschil tussen hen beiden is zo groot, dat Nessim zich bewust wordt van zijn superioriteit, zijn intelligentie, kennis en zijn manieren.
Over de betrouwbaarheid van vertellers valt te discussiëren, Balthazar zegt hierover:
‘Feiten zijn van nature onbetrouwbaar. Narouz heeft ooit eens tegen me gezegd dat hij van de woestijn hield omdat daar ‘de wind je voetstappen als kaarsvlammen uitblies’. Datzelfde doet, naar het me voorkomt, de werkelijkheid. Hoe kunnen we dan op jacht gaan naar de waarheid?’
De boeken zitten barstensvol intriges, de vele personages en hun verschillende rollen, belangen maken het lezen niet gemakkelijk. Vooral wanneer er zoals gezegd meerdere visies zijn op bepaalde situaties. Juist door de aandacht te vestigen op de imperfecties krijg je als lezer toegang tot deze meerstemmige broedplaats van Egypte. De verschillende klanken passen bij de vele culturen die Alexandrië bevolken. Het feit dat Durrell er zelf gewerkt heeft (ook in andere delen van de wereld) zorgt voor een geloofwaardig verhaal over deze kleurrijke gemeenschap. Een extra aanbeveling is het verwerken van twee auteurs in het boek, daar kun je als auteur behoorlijk creatief mee aan de slag.
En nu uitkijken naar Mountolive!
Kleurrijk, excentriek en zinnelijk zijn elementen die dit boek maken tot een levendig geheel. De personages zijn tot op het bot levende wezens die weten hoe het is langs de afgrond te scheren om daarmee hun doelen te bereiken. Het is een boek over liefde, kunst, jaloezie, politiek, tragedie, maskerade en verraad. Justine speelt in dit boek ook weer een belangrijke rol, een sleutelfiguur met meerdere belangen. Zij is Jodin, haar man Nessim, een Kopt, liefde tussen die twee is er niet. Liefdesrelaties vinden plaats in wisselende samenstellingen, als een groep bohémiens in Egypte.
Een passage waarin Nessim met zijn broer Narouz op reis gaat voor zaken is prachtig geschreven. Niet alleen de schitterende manier waarop de woestijn tot leven komt maar ook de verhouding tussen de broers wordt duidelijk. Nessim, de stadse Alexandrijn versus Narouz die zich als vanzelfsprekend stort in het leven van de Arabische veehoeders. Het verschil tussen hen beiden is zo groot, dat Nessim zich bewust wordt van zijn superioriteit, zijn intelligentie, kennis en zijn manieren.
Over de betrouwbaarheid van vertellers valt te discussiëren, Balthazar zegt hierover:
‘Feiten zijn van nature onbetrouwbaar. Narouz heeft ooit eens tegen me gezegd dat hij van de woestijn hield omdat daar ‘de wind je voetstappen als kaarsvlammen uitblies’. Datzelfde doet, naar het me voorkomt, de werkelijkheid. Hoe kunnen we dan op jacht gaan naar de waarheid?’
De boeken zitten barstensvol intriges, de vele personages en hun verschillende rollen, belangen maken het lezen niet gemakkelijk. Vooral wanneer er zoals gezegd meerdere visies zijn op bepaalde situaties. Juist door de aandacht te vestigen op de imperfecties krijg je als lezer toegang tot deze meerstemmige broedplaats van Egypte. De verschillende klanken passen bij de vele culturen die Alexandrië bevolken. Het feit dat Durrell er zelf gewerkt heeft (ook in andere delen van de wereld) zorgt voor een geloofwaardig verhaal over deze kleurrijke gemeenschap. Een extra aanbeveling is het verwerken van twee auteurs in het boek, daar kun je als auteur behoorlijk creatief mee aan de slag.
En nu uitkijken naar Mountolive!
1
Reageer op deze recensie