Lezersrecensie
De hond die naar de sterren rende en jou meesleept
Een geheim genootschap, zo noemt Joel zijn door hemzelf opgerichte club. Oorspronkelijk met maar één lid, Joel zelf. Als hij 's nachts wakker wordt en uit het raam kijkt ziet hij een hond. Deze hond is de aanleiding om zijn gedachten op papier te gaan zetten, het genootschap is geboren. Hij schrijft de naam van het genootschap op de kaft van een schrift Het zoeken naar de hond die naar een ster rende en onderstreept de eerste letter van ieder woord.
Joel is 11 jaar oud en woont samen met zijn vader in het hoge noorden van Zweden. Op school heeft hij geen echte vrienden. Zijn klasgenoot Otto pest hem geregeld. Joel leeft in zijn eigen wereldje, langs de rivier (die hij op z'n 10e nog als zee kon zien) ligt een rotsblok, zijn naam heeft hij erin gekrast. Het rotsblok is in 2 gespleten, het is zijn geheime plek.
Pappa Samuel vertelt verhalen uit de tijd dat hij als matroos over de zeeën voer. Bovenop de kachel staat een glazen stolp met een scheepsmodel, de Celestine. Dit schip wakkert de fantasie van Joel flink aan. Ergens was er ook een moeder, Jenny. Zij is ervandoor gegaan toen Joel nog klein was.
Het zoeken naar de hond die naar een ster rende begon op 8 maart 1956. Het wordt een logboek, dat hij zal verstoppen onder de Celestine.
Omdat hij de hond 's nachts voor het eerst gezien heeft, gaat Joel ook 's nachts naar hem op zoek. Dat is best spannend als 11-jarige. Zijn vader moet eerst slapen voordat hij de deur uit kan sluipen. Als hij bijna betrapt wordt door Simon Onweer, bijgenaamd de Oude Metselaar, schuilt hij in de schaduw. Dit moet in het logboek geschreven worden. Dan staat hij opeens in de fietsenwinkel. Die bleek niet op slot te zijn. Daar staat 'zijn' mooie rode fiets in de etalage. Hij tilt hem eruit en gaat een stukje fietsen over de bevroren straten. Dan schrikt hij van een auto en valt met fiets en al in een sneeuwhoop. De Oude Metselaar helpt hem overeind en Joel zet snel de fiets terug in de etalage. En net als hij naar buiten kijkt rent daar die hond weer.
Op een dag zit er een vreemde jongen op zijn rotsblok, Joel weet meteen dat hij hem niet mag. Hij heeft echte sneeuwschoenen aan. Toch maakt hij hem deelgenoot van zijn geheime genootschap, wat alleen 's nachts werkt. Ture von Svala haalt Joel over om dingen te doen die hij niet wil. Zo gooien ze mieren naar binnen bij Gertrude, de vrouw zonder neus. Dan wil Ture dan Joel de klimop losknipt. Joel wil niet, maar wil ook niet laf gevonden worden.
Als Joel met de tuinschaar de eerste ranken geknipt heeft, komt Gertrude naar buiten. Ze vraagt waarom hij doet wat hij doet. Ture is in geen velden of wegen te bekennen. Na afloop zegt Ture dat hij zich niet aan de afspraak heeft gehouden en dwingt hij Joel om op de overspanningsboog van de brug te klimmen.
Die boog blijkt iets te hoog, als Joel bovenop zit, durft hij niet meer naar beneden. Zijn vader komt hem helpen. Het is dan dat Joel beseft dat zijn vader hem nooit in de steek zal laten, iets waar hij wel bang voor was.
Het boek is alleen nog tweedehands te koop, misschien nog via de bieb te leen. Kruip in het hoofd van een 11-jarige en laat je meeslepen.
Joel is 11 jaar oud en woont samen met zijn vader in het hoge noorden van Zweden. Op school heeft hij geen echte vrienden. Zijn klasgenoot Otto pest hem geregeld. Joel leeft in zijn eigen wereldje, langs de rivier (die hij op z'n 10e nog als zee kon zien) ligt een rotsblok, zijn naam heeft hij erin gekrast. Het rotsblok is in 2 gespleten, het is zijn geheime plek.
Pappa Samuel vertelt verhalen uit de tijd dat hij als matroos over de zeeën voer. Bovenop de kachel staat een glazen stolp met een scheepsmodel, de Celestine. Dit schip wakkert de fantasie van Joel flink aan. Ergens was er ook een moeder, Jenny. Zij is ervandoor gegaan toen Joel nog klein was.
Het zoeken naar de hond die naar een ster rende begon op 8 maart 1956. Het wordt een logboek, dat hij zal verstoppen onder de Celestine.
Omdat hij de hond 's nachts voor het eerst gezien heeft, gaat Joel ook 's nachts naar hem op zoek. Dat is best spannend als 11-jarige. Zijn vader moet eerst slapen voordat hij de deur uit kan sluipen. Als hij bijna betrapt wordt door Simon Onweer, bijgenaamd de Oude Metselaar, schuilt hij in de schaduw. Dit moet in het logboek geschreven worden. Dan staat hij opeens in de fietsenwinkel. Die bleek niet op slot te zijn. Daar staat 'zijn' mooie rode fiets in de etalage. Hij tilt hem eruit en gaat een stukje fietsen over de bevroren straten. Dan schrikt hij van een auto en valt met fiets en al in een sneeuwhoop. De Oude Metselaar helpt hem overeind en Joel zet snel de fiets terug in de etalage. En net als hij naar buiten kijkt rent daar die hond weer.
Op een dag zit er een vreemde jongen op zijn rotsblok, Joel weet meteen dat hij hem niet mag. Hij heeft echte sneeuwschoenen aan. Toch maakt hij hem deelgenoot van zijn geheime genootschap, wat alleen 's nachts werkt. Ture von Svala haalt Joel over om dingen te doen die hij niet wil. Zo gooien ze mieren naar binnen bij Gertrude, de vrouw zonder neus. Dan wil Ture dan Joel de klimop losknipt. Joel wil niet, maar wil ook niet laf gevonden worden.
Als Joel met de tuinschaar de eerste ranken geknipt heeft, komt Gertrude naar buiten. Ze vraagt waarom hij doet wat hij doet. Ture is in geen velden of wegen te bekennen. Na afloop zegt Ture dat hij zich niet aan de afspraak heeft gehouden en dwingt hij Joel om op de overspanningsboog van de brug te klimmen.
Die boog blijkt iets te hoog, als Joel bovenop zit, durft hij niet meer naar beneden. Zijn vader komt hem helpen. Het is dan dat Joel beseft dat zijn vader hem nooit in de steek zal laten, iets waar hij wel bang voor was.
Het boek is alleen nog tweedehands te koop, misschien nog via de bieb te leen. Kruip in het hoofd van een 11-jarige en laat je meeslepen.
1
Reageer op deze recensie