Lezersrecensie
Wonen tussen de molens is niet vrijblijvend
Mijn grootvader woonde ooit in een molen in Langerak, Zuid-Holland, waar op een dag bij een donderbui de bliksem insloeg en de molen inbrand opging.
In het Zaansche land was het niet een brand, maar een windhoos die de oliemolen verminkte. De toen 22-jarige Frans Mars kwam in aktie. Niet alleen werd de molen hersteld, maar de Vereniging De Zaansche Molen zag het levenslicht.
Je kunt, zoals Frans Mars hart hebben voor het Nederlandse landschap en de molens die daar zonder meer bij horen. Een kaar met het hele gezin naar de Open Molen Dagen, of gewoon even langs de Zaanse Schans zoals iedere dag weer duizenden toeristen doen.
In het boek wordt echter duidelijk dat de jonge Frans Mars stapelverliefd was op de molens in het Zaansche land, en behalve dat hij zo betrokken was bij de Stichting, ging hij ook nog eens met hart en ziel op in de stichting van een Molen Museum.
Opvallend: ondanks zijn talent voor tekenen en schilderen, ging hij niet als kunstenaar zijn brood verdienen, maar werd hij onderwijzer.
Het zou zijn talent niet in de weg staan, getuige het werk dat uit zijn handen kwam.
Dit boek geeft vooral beeld van de hartstocht waarmee Frans zich, soms ook tevergeefs, stortte op het behoud van de molens in de Zaanstreek, maar laat ook de hand van de meester zien.
Frans schilderde veelal de molens, het Zaanse land, maar er kwam ook werk van zijn hand in houtskool. Prachtige linosnedes zijn er met molens.
Het boek is een kleine ode aan de drie: Frans Mars, de Sitchting de Zaansche Molen en het Molenmuseum, dat in het jaar van de uitgave van dit boek haar 75 jarig jubileum vierde.
Een mooi boek, prachtige illustraties met een goede balans van zwart-wit en kleur.
Het geschreven woord klinkt hier en daar een beetje over dramatisch, maar misschien is dat om dit alles plaatsvond in een tijd vol drama: twee wereld oorlogen, en de afbraak van zovele molens door de komst van de industriele revolutie.
In het Zaansche land was het niet een brand, maar een windhoos die de oliemolen verminkte. De toen 22-jarige Frans Mars kwam in aktie. Niet alleen werd de molen hersteld, maar de Vereniging De Zaansche Molen zag het levenslicht.
Je kunt, zoals Frans Mars hart hebben voor het Nederlandse landschap en de molens die daar zonder meer bij horen. Een kaar met het hele gezin naar de Open Molen Dagen, of gewoon even langs de Zaanse Schans zoals iedere dag weer duizenden toeristen doen.
In het boek wordt echter duidelijk dat de jonge Frans Mars stapelverliefd was op de molens in het Zaansche land, en behalve dat hij zo betrokken was bij de Stichting, ging hij ook nog eens met hart en ziel op in de stichting van een Molen Museum.
Opvallend: ondanks zijn talent voor tekenen en schilderen, ging hij niet als kunstenaar zijn brood verdienen, maar werd hij onderwijzer.
Het zou zijn talent niet in de weg staan, getuige het werk dat uit zijn handen kwam.
Dit boek geeft vooral beeld van de hartstocht waarmee Frans zich, soms ook tevergeefs, stortte op het behoud van de molens in de Zaanstreek, maar laat ook de hand van de meester zien.
Frans schilderde veelal de molens, het Zaanse land, maar er kwam ook werk van zijn hand in houtskool. Prachtige linosnedes zijn er met molens.
Het boek is een kleine ode aan de drie: Frans Mars, de Sitchting de Zaansche Molen en het Molenmuseum, dat in het jaar van de uitgave van dit boek haar 75 jarig jubileum vierde.
Een mooi boek, prachtige illustraties met een goede balans van zwart-wit en kleur.
Het geschreven woord klinkt hier en daar een beetje over dramatisch, maar misschien is dat om dit alles plaatsvond in een tijd vol drama: twee wereld oorlogen, en de afbraak van zovele molens door de komst van de industriele revolutie.
1
Reageer op deze recensie