Onwrikbare alibi?

Het lijkt bijna een onmogelijke zaak: een lijk dat dreigt te verdwijnen vanwege de opkomende vloed, de ontdekking ervan door de jongedame die zelf nog maar pas vrijgesproken was van moord door vergiftiging, en een verdachte die voor zowel het tijdstip van de moord als voor een eventueel ander tijdstip (vanwege twijfel over het uur van het slachtoffer zijn dood) een perfect alibi lijkt te hebben.

Maar Lord Peter Wimsey bijt zich in deze zaak vast, en als alles onmogelijk lijkt, komt door 'toeval' het alibi te vervallen, dankzij een opvallende (of juist niet opvallende?) getuige.